Design en onderzoek zijn twee kennisgebieden die elk hun eigen tradities, methoden, standaarden en praktijken hebben. Deze twee werelden lijken behoorlijk gescheiden, waarbij onderzoekers onderzoeken wat er is en ontwerpers visualiseren wat er zou kunnen zijn. Dit boek slaat een brug tussen beide werelden door te laten zien hoe design en onderzoek geïntegreerd kunnen worden om een nieuw kennisveld te ontwikkelen. Dit boek bevat 22 inspirerende beschouwingen die laten zien hoe de unieke kwaliteiten van onderzoek (gericht op het bestuderen van het heden) en ontwerp (gericht op het ontwikkelen van de toekomst) gecombineerd kunnen worden. Dit boek laat zien dat de transdisciplinaire aanpak toepasbaar is in een veelheid van sectoren, variërend van gezondheidszorg, stedelijke planning, circulaire economie en de voedingsindustrie. Het boek bestaat uit vijf delen en biedt een scala aan illustratieve voorbeelden, ervaringen, methoden en interpretaties. Samen vormen ze het kenmerk van een mozaïek, waarbij elk stukje een deel van het complete plaatje bijdraagt en alle stukjes samen een veelzijdig perspectief bieden op wat toegepast ontwerponderzoek is, hoe het wordt geïmplementeerd en wat de lezer ervan kan verwachten.
Het mkb heeft vragen over hoe producten te ontwerpen en te maken vanuit restmateriaal. Vragen gaan specifiek over hergebruik van (onderdelen van) afgedankte producten in nieuwe toepassingen waarbij de waarde van het oorspronkelijke product zoveel mogelijk behouden blijft: ‘Repurpose’ van producten. Daarbij is het restmateriaal niet uniform, kent verschillen in kwaliteit en is niet onbeperkt en continu beschikbaar. Huidige ontwerp- en productiemethoden, die uitgaan van de functie van het te ontwerpen product en een oneindige voorraad op elk moment beschikbaar ‘virgin’ uitgangsmateriaal, zijn niet van toepassing in het geval van Repurpose. Dit project, ‘RDD&M’, beoogt kennis te genereren over nieuwe ontwerpmethoden, productiemethoden en businessmodellen die geschikt zijn om in te zetten voor Repurpose. Het project draagt daarmee bij aan de uitdaging van het anders ontwikkelen van producten door het inzetten van afval als grondstof en het doorgronden van het proces van ketenvorming dat nodig is om te komen tot nieuwe waardesystemen voor de circulaire economie. Om deze kennis te genereren werken verschillende ontwerpende bedrijven (Cartoni, Studio Hamerhaai, Tolhuijs Design, VerdraaidGoed, Fabrique), productbedrijven (Ahrend, Springtime, Fiction Factory) en reststroom-inzamelaars (Groencollect, Renewi) samen in dit project. De kennis wordt ontwikkeld met een kwalitatieve studie waarin een aantal past- en future cases op het gebied van Repurpose beschouwd, respectievelijk uitgevoerd wordt. Er wordt gekeken naar het ontwikkelproces en de waardesystemen, maar ook naar welke circulaire ontwerp- en businessmodelstrategieën toepasbaar zijn. Resultaten worden vastgelegd in zowel wetenschappelijke- als vakpublicaties en in communicatiemiddelen die bijdragen aan het verspreiden van de kennis over Repurpose: een tentoonstelling tijdens de Dutch Design Week 2020 en in Circl, het circulaire paviljoen van ABN AMRO. De tentoonstelling wordt gecombineerd met een inspiratieboek over Repurpose. RDD&M wordt uitgevoerd met directe betrokkenheid van bovengenoemde bedrijven (mkb en grootbedrijven). Andere betrokkenen zijn TU Delft, FME, CIRCO/CLICKNL, Circl en Amsterdam Made.
"Rising Tides, Shifting Imaginaries: Participatory Climate Fiction-Making with Cultural Collections," is an transdisciplinary research project that merges information design, participatory art, and climate imaginaries to address the pressing challenge of climate change, particularly the rising sea levels in the Netherlands. The doctoral research project aims to reimagine human coexistence with water-based ecosystems by exploring and reinterpreting audiovisual collections from various archives and online platforms. Through a creative and speculative approach, it seeks to visualize existing cultural representations of Dutch water-based ecosystems and, with the help of generative AI, develop alternative narratives and imaginaries for future living scenarios. The core methodology involves a transdisciplinary process of climate fiction-making, where narratives from the collections are amplified, countered, or recombined. This process is documented in a structured speculative archive, encompassing feminist data visualizations and illustrated climate fiction stories. The research contributes to the development of Dutch climate scenarios and adaptation strategies, aligning with international efforts like the CrAFt (Creating Actionable Futures) project of the New European Bauhaus program. Two primary objectives guide this research. First, it aims to make future scenarios more relatable by breaking away from traditional risk visualizations. It adopts data feminist principles, giving space to emotions and embodiment in visualization processes and avoiding the presentation of data visualization as neutral and objective. Second, the project seeks to make scenarios more inclusive by incorporating intersectional and more-than-human perspectives, thereby moving beyond techno-optimistic approaches and embracing a holistic and caring speculative approach. Combining cultural collections, digital methodologies, and artistic research, this research fosters imaginative explorations for future living.