Gerard Kleisterlee neemt binnenkort afscheid als CEO bij Philips. Hij heeft in 10 jaar tijd de aardige som van 25 miljoen verdient.De vraag is echter of ook een topprestatie heeft geleverd.
DOCUMENT
From the article: "After 1993, the concept of strategic alignment is evaluated from the connection between IT and business to much broader definitions in which the connection between all business functions, horizontally and vertically, and later also with projects and stakeholders is mentioned. To achieve stategic alignment there must be a coordination between the strategy of organizations and those who contribute to the implementation of the strategy and the actual performance of an organization. This process is called Human Oriented Performance Management (HOPM). The HOPM model consists of four dimensions: strategy translation, information and visualization, dialogue and action orientation, and continues improvement and organizational learning. To measure the effect of strategic alignment a range of financial performance indicators are used. Based on a literature review this paper explores which financial performance indicators could be used to measure the effect of HOPM. The literature was selected over a period from 1996 – 2015. The research is not only focused on the top of the strategy map, but also on the cause-effect relationships in the strategy map. The underlying performance indicators in the strategy map can show on which figures the dialogue in the HOPM model about strategy implementation must be based. This dialogue is the input to action in which strategic alignment comes about. The goal of the research is to optimize this dialogue by looking for performance indicators that can show the effect of HOPM" The article is used for the course: 'corporate policy' minor MSMM (Masterclass Strategic Marketing Management).
DOCUMENT
hoofdstuk 5 in HRM Heden en Morgen In dit hoofdstuk presenteren we de wetenschappelijke en professionele stand van zaken op het gebied van gezondheid en vitaliteit, om hier vervolgens enkele conclusies aan te verbinden die organisaties en professionals op dit gebied verder zouden kunnen helpen. Hiertoe definiëren we – na een meer algemene beschrijving van de maatschappelijke context van en ontwikkelingen rond dit thema – eerst de algemene begrippen gezondheid en vitaliteit, waarna verschillende perspectieven op gezondheidsbeleid worden gepresenteerd. …
DOCUMENT
Inleiding In het vorige hoofdstuk hebben we de ondernemendheid van welzijnswerkers en wijkopbouwers besproken. In dit hoofdstuk nemen we de ondernemendheid van maatschappelijke werkers onder de loep. Aangezien beide beroepsgroepen in hun dagelijkse werk geconfronteerd worden met vergelijkbare omstandigheden en invloeden –te denken valt aan WMO, WNS, marktwerking & concurrentie, bezuinigingen, reorganisaties, afslankingen en ontslagen- zullen we vooral inzoomen op de meest in het oogvallende aspecten van de maatschappelijke werkers en hun pogingen ondernemendheid aan de dag te leggen. Kenmerkend voor het werk van maatschappelijk werkers is de uitgesproken één-op-één-relatie met cliënten terwijl het werk van welzijnswerkers en vooral wijkopbouwwerkers vooral op collectiviteiten, op groepen van mensen, is gericht. Te denken valt hierbij aan bewoners van een bepaalde buurt, aan wie bepaalde gezamenlijke activiteiten wordt aangeboden (Nederlandse les, leren fietsen, samen zwemmen). Bij maatschappelijk werkers is het startpunt in beginsel de individuele behoefte of problematiek. Deze overwegende individuele relatie vindt plaats binnen één van de werkgebieden van Maatschappelijk Werk: algemeen maatschappelijk werk, sociaal raadswerk, SHV en ouderenwerk. In dit hoofdstuk volgen we Moniek op de voet. Zij is algemeen maatschappelijk werkster, 53 jaar oud en zij woont en werkt in Rommeldam. In onderstaande interviewreportage leren wij haar en haar werk kennen. Samen gaan we op zoek naar de mogelijkheden en de belemmeringen in haar dagelijkse werk om ondernemend aan de slag te gaan.
DOCUMENT
Sociale ondernemingen lijken een rol te kunnen spelen in de re-integratie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Enerzijds wordt geprobeerd zoveel mogelijk een reguliere werkplek te benaderen, anderzijds is er meer aandacht voor de persoonlijke problemen van de werknemers. Daarmee opereert men op het snijvlak tussen werk en zorg. Veelal blijft echter impliciet hoe sociale ondernemingen dat doen. Dit onderzoek, gesubsidieerd door ZonMw in het kader van het programma 'Vakkundig aan het werk', is opgezet om te verduidelijken hoe één zo'n sociale onderneming werkt en hoe men daar invulling geeft aan de verhouding tussen werk en zorg. Het onderzoek is verricht door enerzijds observaties ter plekke te verrichten en anderzijds door diepte-interviews af te nemen bij (oud)werknemers van Binthout en diens werkgevers, bij zorginstellingen die cliënten hebben die bij Binthout werken en bij gemeenteambtenaren.
DOCUMENT