De reconstructie van rituelen rondom dood en begraven in Roermond tussen 1870 en 1940. Promotieartikel.
DOCUMENT
De begin vorig jaar overleden wiskundige Arjen Sevenster hield tijdens zijn ziekteproces vrienden en bekenden op de hoogte middels wat hij noemde zijn kroniek: per e-mail verstuurde updates van zijn ziekte, vergezeld gaand met zijn overpeinzingen en gedichten over leven, werk en de naderende dood. Deze kroniek is nu verschenen in boekvorm. Wiskundige en dichteres Marjolein Kool las het met veel bewondering.
DOCUMENT
Hoofdstuk 18 in 'Lessen uit crises en mini-crises 2012' van Duin, van M., Wijkhuijs, V. en Jong, W. (red.) (p. 255-268). Op 3 december 2012 overlijdt Richard Nieuwenhuizen, grensrechter bij de Almeerse voetbalvereniging Buitenboys, nadat hij een dag eerder na een wedstrijd was toegetakeld door spelers van het bezoekende voetbalteam. De dagen na het incident is er veel aandacht voor de gebeurtenis in Almere. Hoewel daarbij geen sprake is van een bestuurlijk dilemma, is het interessant te bezien hoeveel verschillende invalshoeken in de media te berde werden gebracht. Al deze verschillende invalshoeken zeggen niet alleen iets over de aandacht voor, en de impact van de gebeurtenis, maar ook iets over de gebeurtenis zelf. Kennelijk is het een gebeurtenis die – zoals dat vaker met echte crises het geval is – relaties heeft met of (al dan niet terecht) gekoppeld wordt aan verschillende beleidsterreinen en thema’s. Door vertegenwoordigers van een groot aantal organisaties en instanties zijn uiteenlopende meningen en standpunten geventileerd, die steeds weer een andere kijk op de gebeurtenis geven en die relaties leggen met verschillende maatschappelijke problemen. Anders geformuleerd, er kan ook gesteld worden dat de dood van de grensrechter bij uitstek voor velen het momentum bood om datgene te zeggen wat men al langer wilde zeggen of soms al tientallen keren had gezegd. De gebeurtenis bood mogelijkheden: de crisis gaf kansen om bepaalde gedachten te expliciteren en ventileren. In tegenstelling tot de meeste andere hoofdstukken is in het kader van dit hoofdstuk niet gesproken met betrokkenen (bijvoorbeeld de burgemeester van Almere). Het hoofdstuk geeft een ‘tour de horizon’ van datgene wat de eerste paar weken allemaal over deze casus in met name kranten te berde werd gebracht
DOCUMENT
Het regelen van je digitale nalatenschap is nog iets wat in de kinderschoenen staan, en weinig mensen denken eraan wanneer ze familiezaken regelen bij een notaris. Basale dingen als ‘wat gebeurt er met mijn e-mailaccount, social media of dating-app profielen’ zijn vaak niet geregeld.
LINK
Engelse vertaling van Anthonis de Roovere's droom over de dood van hertog Karel de Stoute
DOCUMENT
Artikel in Cliëntveiligheid: Bij euthanasie of hulp bij zelfdoding faciliteert een arts een patiënt bij het uitvoeren van een zelfgekozen dood. Tegelijk willen we in de GGZ suïcidale patiënten beschermen voor een zelfgekozen dood. Suïcidaal gedrag komt veel voor en is een complex probleem. In Nederland hebben naar schatting jaarlijks 410.000 mensen gedachten over suïcide. 94.000 mensen doen een suïcidepoging.1 In 2020 werden 88 patiënten geëuthanaseerd op basis van een psychiatrische aandoening. 2 Wat zijn globaal de verschillen en overeenkomsten tussen suïcidaal gedrag en het uiten van een wens tot euthanasie? Dit artikel spitst zich bij het beantwoorden van deze vragen toe op patiënten in de GGZ die om euthanasie vragen, of zich suïcidaal uiten
DOCUMENT
Als na afloop van een brandincident een stoffelijk overschot wordt aangetroffen, is het van belang dat de causaliteit tussen de brand en het overlijden wordt onderzocht. Brand is zeer destructief voor het menselijk lichaam. Dit bemoeilijkt de interpretatie van onderzoeksbevindingen aan een lichaam. Er zijn diverse verschijnselen die tot op zekere hoogte duiden op vitaliteit (de betrokkene was levend) ten tijde van de brand. In dit artikel worden deze verschijnselen tegen het licht gehouden. Op basis van de huidige wetenschappelijke theorieën bestaan er geen verschijnselen die leiden tot de eenduidige conclusie over al dan niet vitale blootstelling. Wel kunnen verschijnselen een vermoeden van vitale blootstelling tot op zekere hoogte ondersteunen. Ontbreken de verschijnselen, dan is het niet mogelijk om een conclusie te trekken; de afwezigheid is geen bewijs van overlijden vóór het ontstaan van de brand. Om in de rechtszaal een uitspraak te kunnen doen over de causaliteit tussen brand en overlijden, wordt het noodzakelijk geacht om de waarde voor de aannemelijkheid van vitale blootstelling per verschijnsel te motiveren.
DOCUMENT