Veel bedrijven in de Eems-Dollard Regio (EDR) klagen over een gebrek aan de zogenaamde ‘blue collar workers’ of ‘blauwe boorden’: geschoolde arbeiders, werkzaam in de industriële sector. Ondanks het feit dat er al een groot aantal initiatieven zijn geweest om meer personeel te werven, lijkt het steeds moeilijker te worden om dit type personeel te vinden.
DOCUMENT
ID3AS is a programme in the field of sensor technology to stimulate innovation and network creation in the Eems Dollard Region (EDR), the most northern region along the Dutch-German border. The ID3AS-programme provided an opportunity for over 80 students with different backgrounds to participate on a scala of real world challenges. Real world learning environments like these are becoming increasingly popular in education, so it is important that we know how to organise the participation of students and tutors effectively.However, in ID3AS it proved challenging to realise a fruitful learning experience for the students, while simultaneously adding real value to the projects. The difficulty stems from the fact that both students and tutors struggle with the inherent unclarity of innovation projects, while at the same time industry partners need actual results. We think that the currently prevailing approach of the student learning by discovery, with the tutor in the role of process supervisor, is suboptimal in these conditions. Based on our experiences we propose to have students join a consortium as an 'apprentice’ to a ‘master’. The master, being a tutor from either university or company, should be comfortable with leading by example in an uncertain environment where both learning outcomes and concrete results are expected. We present several examples where this approach worked and give the outline of an experiment we plan to conduct on this topic.
DOCUMENT
In het meerlagige bestuur van de Europese Unie (EU) hebben gemeenten veel te maken met fondsen, wetgeving, beleidskaders en netwerken. Hetzelfde geldt voor provincies; een bestuursniveau hoger. Wat is de verhouding tussen EU, provincies en gemeenten en hoe zijn deze met elkaar verbonden? En specifiek: Hoe ondersteunen de twaalf provincies de gemeenten in hun regio als het gaat om hun verhouding tot de Europese Unie (EU)? Dit is de centrale vraag van het onderzoek dat in dit rapport wordt gepresenteerd. Dit onderzoek vond plaats in het kader van een verkenning door het lectoraat European Impact van De Haagse Hogeschool in samenwerking met Platform31, de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en Kenniscentrum Europa Decentraal (KED), over de manier waarop de Nederlandse medeoverheden kunnen worden geëquipeerd met de kennis en kunde om effectief Europese kansen te verzilveren. Het doel is om de Nederlandse gemeenten, provincies en waterschappen van praktische handvatten te voorzien. De bevindingen van dit rapport zijn gebaseerd op interviews met EU-contactpersonen in alle twaalf Nederlandse provincies, aangevuld met deskresearch. Daarbij is gebruik gemaakt van EU-gerelateerde informatie die door elke provincie op haar website is gepubliceerd. Verschillende gesprekspartners toonden interesse in de resultaten van dit onderzoek. Zo verklaarde een geïnterviewde EU-coördinator: "We willen graag de resultaten van dit onderzoek delen, niet alleen omdat het ons een spiegel voorhoudt en inzicht geeft in onze eigen praktijken, maar ook om te ontdekken wat anderen doen en van elkaar te leren." We komen aan deze wens graag tegemoet met dit beknopte verslag. Na deze inleiding geeft dit rapport een beknopt overzicht van de institutionele verhoudingen tussen provincies en gemeentes en vormen van ondersteuning om onze onderzoeksvragen toe te lichten (Hoofdstuk 2). Op basis van de methodologie voor deze verkenning (Hoofdstuk 3) presenteren we een overzicht van relevante bevindingen per provincie (Hoofdstuk 4). De kern van het rapport voor de praktijk zijn de analyse, gebaseerd op de onderlinge vergelijking van provinciale praktijk, en onze hoofdconclusies (Hoofdstuk 5).
DOCUMENT