Met het oog op het oplopende lerarentekort is het van groot belang te voorkomen dat startende leraren het onderwijs vroegtijdig verlaten als gevolg van een gebrek aan goede begeleiding of omdat ze onvoldoende tijd hebben om zich verder te ontwikkelen. Steeds meer partnerschappen Samen Opleiden & Professionaliseren richten zich niet alleen op de opleiding van leraren maar, in het verlengde hiervan, ook op de inductie van beginnende leraren. Deze publicatie van het Platform Samen Opleiden & Professionaliseren biedt partnerschappen achtergrondinformatie over goede begeleiding van startende leraren, gebaseerd op relevant en/of recent onderzoek.
MULTIFILE
Hoe kunnen we startende leraren zo goed mogelijk begeleiden? Samen met vijf schoolbesturen van het Partnerschap Utrecht-Amersfoort doen onderzoekers van het lectoraat Werken in Onderwijs (Hogeschool Utrecht) hier onderzoek naar. Doel van dit project is het in kaart brengen van werkende principes waarmee de begeleiding van startende leraren vormgegeven kan worden. Het gaat hierbij om studenten en starters in een lijn van initiële opleiding (pabo) tot en met de inductiefase (op een school). Met een dergelijke doorgaande begeleiding kunnen startende leraren zich ontwikkelen tot autonome professionals met plezier en voldoening in hun werk én kan het voortijdig en onnodig verlaten van starters worden teruggedrongen. In het kader van dit onderzoek is een visualisatie gemaakt van de werkende principes waarmee begeleiding op maat van studenten en starters in een doorgaande lijn vormgegeven kan worden.
DOCUMENT
Onder meer vanwege het nijpende lerarentekort is het van belang om startende leraren een ‘zachte landing’ te geven. In het begin ervaren zij werken in het onderwijs namelijk als heftig, intensief en soms zelfs slopend. Schoolleiders hebben dan ook de taak te zorgen voor effectieve ondersteuning en goede begeleidingsprogramma’s, zodat starters niet vroegtijdig het vak verlaten. In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar de behoeften van startende leraren en de manier waarop ze het beste ondersteund kunnen worden. In dit boek zijn al deze inzichten bij elkaar gebracht en vertaald naar concrete handvatten voor de inrichting van die begeleidingsprogramma’s. Daarbij staan twee perspectieven centraal: dat van de leerling en dat van de leraar, die zich in zijn vak voortdurend ontwikkelt. Doel is niet alleen uitval van starters voorkomen, maar vooral hen ondersteunen in hun professionele ontwikkeling, ten behoeve van leerlingen. De inzichten in en inspiratie voor dit boek zijn voor een belangrijk deel afkomstig uit de activiteiten en netwerken rond het project Junior Leraar, een project van de Hogeschool van Amsterdam en scholen voor primair en voortgezet onderwijs in de regio Amsterdam.
DOCUMENT
In het kader van een lerarentekort in het voortgezet onderwijs is het Platform Onderwijsmarkt VO/MBO regio Utrecht met een vierjarig inductieproject gestart om de scholen in de regio Utrecht aantrekkelijk te houden voor startende leraren en de uitval van de starters te verminderen.
DOCUMENT
Het op een adequate wijze begeleiden van startende docenten is van belang omdat het uitval van docenten in deze kwetsbare periode kan reduceren. Hoewel er toenemende (beleids) aandacht is voor de begeleiding van startende docenten, zijn toereikende inductiearrangementen in het mbo nog geen staande praktijk. Door middel van een vergelijkende casestudy wordt inzicht verkregen in de vraag of het werken in een professionele leergemeenschap bijdraagt aan de kwaliteit van het (her)ontwerp van inductiearrangementen en welke factoren de kwaliteit van de inductiearrangementen beïnvloeden. Uit de resultaten blijkt dat de PLG-werkwijze volgens de betrokkenen bijdraagt aan de kwaliteit van het (her)ontwerp van het inductiearrangement, o.a. in termen van het organiseren van multiperspectiviteit in het ontwerptraject, het stimuleren van onderzoekend werken en het in gezamenlijkheid ontwerpen van inductiearrangementen. Factoren die de kwaliteit van het inductiearrangement beïnvloeden betreffen o.a. de borging in (inductie)beleid, professionaliteit van begeleiders, facilitering van tijd, rolhelderheid en commitment van betrokkenen.
DOCUMENT
Leerlingen verdienen een leraar die competent is, lesgeeft met passie en zich blijft ontwikkelen. Een kwalitatief hoogwaardige lerarenopleiding, waarin leren op de werkplek een belangrijk element is, zorgt voor zo’n beste leraar. Op de werkplek vindt zowel formeel als informeel leren plaats. Het leren op de werkplek is veelzijdig, authentiek, contextgebonden, gericht op socialisatie en betekenisverlening. Daarbij is zelfsturing door de lerende essentieel. Opleiden op de werkplek heeft als basis het verbinden van authentieke ervaringen met kennis en het stimuleren van zelfsturing door aanstaande leraren. Het lectoraat wil door middel van praktijkonderzoek een integratieve didactiek voor het leren op de werkplek ontwikkelen.
DOCUMENT
Er is, mede door het lerarentekort, steeds meer aandacht voor het binden en behouden van leraren. Inductie – het begeleiden van startende leraren in de beginfase van hun loopbaan – is daarin belangrijk. Waarom is een goed inductiebeleid onmisbaar? En waarom is een doelgericht inductieprogramma verbonden aan schoolbeleid? Marco Snoek, lector Leren en Innoveren aan de Hogeschool van Amsterdam, vertelt erover.
DOCUMENT
De kwaliteit van de leraar basisonderwijs beïnvloedt de prestaties van leerlingen.Versterking van de professionaliteit van de leraar is daarmee een relevant thema. Dit proefschrift gaat in op hoe professionaliteit van leraren in het basisonderwijs op drie niveaus kan worden versterkt. Het eerste deel is gericht op het landelijke niveau. Allerlei beleidsmaatregelen die zijn genomen om de professionaliteit van leraren te versterken worden hierin beschreven. In het tweede deel, gericht op het bestuurlijk niveau, wordt verslag gedaan van een casestudie van twee schoolbesturen die de professionaliteit van hun leraren wilden versterken. In deze casestudie wordt de innovatie 'Academische Basisschool' geanalyseerd. Het derde deel is gericht op de versterking van de professionaliteit van leraren op schoolniveau. Door middel van interviews en observaties is onderzocht hoe leraren hier zelf aan werken en welke rol de schoolcultuur en de schoolleider daarbij speelt. Het proefschrift besluit met aanbevelingen op alle niveaus.
DOCUMENT
In het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) zijn zij-instromers niet weg te denken. Het zijn vakmensen die rechtstreeks uit het beroepenveld komen waartoe wordt opgeleid. Hun waardevolle expertise verrijkt het beroepsonderwijs. Helaas is de overstap naar het onderwijs voor veel zij-instromers een flinke uitdaging. Ze staan vaak vanaf dag één zelfstandig voor ‘de klas’. Zij-instromers worden in deze uitdagende combinatie van werken en leren begeleid in inductietrajecten - een samenwerking tussen de mbo-instelling en lerarenopleiding. De ervaringen van zij-instromers blijken echter niet altijd rooskleurig. Binnen drie tot vijf jaar stopt een aanzienlijk deel van deze groep als docent. Een meer structurele en op maat ontworpen begeleiding, waarbij de zij-instromer zelf en anderen zoals coaches, opleiders en HR-medewerkers betrokken worden, is aan te bevelen. Dan worden inductietrajecten pas echt begeleidings- en opleidingsprogramma’s die een goede start geven en de ontwikkeling tot bekwame en zelfverzekerde docenten ondersteunen.
LINK
Het lectoraat Werken in Onderwijs is in 2020 gestart tegen een achtergrond van kwantitatieve en kwalitatieve tekorten aan leraren en schoolleiders. Anno 2024 vormen deze tekorten nog altijd een veelkoppig monster. De ervaren werkdruk is hoog en leidt tot uitval, er zijn toenemende zorgen over de kwaliteit van het onderwijs zelf, het werk en ook schoolvakken zijn in voortdurende beweging. Bovendien lopen de tekorten de komende tien jaar nog verder op en zal de in- en uitstroom aan lerarenopleidingen te beperkt zijn om dit op te vangen. Het tekort aan onderwijsprofessionals kan worden gezien als een sluimerende crisis. Het is een gegeven dat onderwijsprofessionals continu met verandering te maken hebben en dat ontwikkelingen in hun werk (zoals het lerarentekort of de vraag hoe vorm te geven aan de onderwijsopdracht) zorgen voor permanente 'schuring' tussen belangen. Op basis van een analyse van onze inzichten en recente ontwikkelingen rondom het werken in onderwijs concluderen we dat het noodzakelijk blijft onderzoek te doen naar dit thema. We houden onze koers vast, maar met scherpere ambities. We formuleren onze nieuwe missie als volgt: met ons onderzoek dragen we bij aan het versterken van het beroep van onderwijsprofessionals in de volle breedte in schoolorganisaties die te kenmerken zijn als leerwerkplekken, waarbinnen wordt samengewerkt gericht op een aantrekkelijk beroep en goed onderwijs. Onze visie is dat praktijkgericht en, waar mogelijk, participatief onderzoek sámen met onderwijsprofessionals en vanuit een systemische kijk (gericht op de lagen van onderwijsprofessionals en schoolorganisatie; met oog voor het waartoe) bijdraagt aan deze missie. Voor onze tweede termijn formuleren we daarom de volgende hoofdvraag: Hoe kunnen (aanstaande) onderwijsprofessionals zich professioneel (blijven) ontwikkelen in schoolorganisaties die fungeren als leerwerkplek voor het realiseren van een aantrekkelijk beroep en kwalitatief goed onderwijs?
DOCUMENT