Het in 2001 opgerichte Kenniscentrum Mechatronica bij de Fontys Hogeschool maakt de kennis over intelligente besturingen toegankelijk voor een brede doelgroep. Belangrijke doelstelling is ontwikkeling en actualisering van deze kennis binnen het onderwijs. Daarnaast ondersteunt het kenniscentrum met die kennis ondernemingen die hun processen kennen en er verbeteringen in aan willen brengen. Generieke kennis is vrij toegankelijk. specifieke kennis die de opdrachtgever inbrengt wordt niet naar buiten gebracht. Ing. Paul Verstegen, docent en onderzoeker bij Fontys en promovendus bij TU Delft laat zien wat er zo allemaal mogelijk is in en rond dit kenniscentrum,
DOCUMENT
Elk jaar krijgen ruim zeventigduizend thuiswonende jeugdigen te maken met de scheiding van hun ouders. Het Kenniscentrum Kind en Scheiding is op initiatief en onder bedrijfsvoering van Jeugdformaat in 2017 opgericht om kennis en aanbod rondom scheiding in de regio Haaglanden te bundelen. Het kenniscentrum heeft als doel om ouders en kinderen in onzekere tijden van scheiding in hun kracht te zetten. Door het geven van informatie, advies en verwijzingen naar aanvullende hulp, ondersteunen zij ouders en kinderen die met scheiding te maken krijgen en de professionals die met hen werken. Om hen nog beter te kunnen ondersteunen en het bereik te vergroten, heeft het Lectoraat Jeugdhulp in Transformatie van De Haagse Hogeschool onderzoek gedaan naar de meerwaarde van het kenniscentrum zoals ouders en professionals dat beleven. Op basis van de vragenlijsten en interviews kan geconcludeerd worden dat zowel ouders als professionals een meerwaarde zien in de ondersteuning en diensten van het kenniscentrum. Door de inhoudelijke expertise die in het kenniscentrum aanwezig is, kunnen ouders en professionals op een laagdrempelige manier informatie en advies inwinnen. Daarnaast vervult het kenniscentrum een belangrijke rol in het verwijzen van gezinnen naar aanvullende hulp en ondersteuning en in het samenbrengen en opleiden van professionals die zich met scheidingsproblematiek bezighouden. Het kenniscentrum wordt ook wel omschreven als ‘wegwijzer’ voor alles wat met scheiding te maken heeft. Daarmee lijkt het doel van het bundelen van kennis en expertise behaald. De belangrijkste aanbeveling van dit onderzoek is daarom ook dat het kenniscentrum door kan gaan met wat het doet en waar het voor staat. Daarnaast zijn er drie adviezen geformuleerd om het kenniscentrum verder te verbeteren. Ten eerste zou het kenniscentrum haar bereik kunnen vergroten onder kinderen, specifieke groepen ouders (zoals zorgmijdende ouders en ouders met een andere culturele achtergrond) en het netwerk rondom gezinnen. Dit kan door het vergroten van de bekendheid van het kenniscentrum bij organisaties die gezinnen kunnen doorverwijzen en door zelf fysiek en online naar mensen toe te gaan. Ten tweede is er mogelijk ruimte om het ondersteuningsaanbod voor ouders, kinderen en professionals in de regio te verbreden, bijvoorbeeld door het organiseren van lotgenotencontact, aanbod te creëren voor ouders met GGZ-problematiek en het inzetten van meer (gerichte) voorlichting. Tenslotte kan er extra aandacht komen voor het goed informeren van ouders en kinderen over het aanbod waarnaar zij verwezen worden door het kenniscentrum. In het onderzoeksrapport kunt u nog veel meer lezen over de verhalen en ervaringen van ouders en professionals met het Kenniscentrum Kind en Scheiding. Daarnaast is er een overzichtelijke lijst met aanbevelingen die mogelijk ook voor scheidingscentra in andere regio’s relevant zijn. Het rapport kun u hier rechts downloaden.
MULTIFILE
Deze PDF laat in korte teksten en infographics zien waar het kenniscentrum zich in 2018 mee heeft beziggehouden.
DOCUMENT
Dit onderzoeksrapport beschrijft de resultaten van een compact, reflectief onderzoek naar de academische werkplaatsen beroepsonderwijs van het lectoraat Beroepsonderwijs, Kenniscentrum Leren en Innoveren (Hogeschool Utrecht).
DOCUMENT
Wat is de waarde van het samenspel tussen kUS en het Kenniscentrum Sociale Innovatie (KSI)? Die is meervoudig. We bouwen met elkaar aan een duurzame regionale infrastructuur, met alle belangrijke partners, gericht op het oplossen van sociale vraagstukken. Het KSI is daarbij coördinator en penvoerder van het kUS. Het Kenniscentrum Sociale Innovatie is één van de vier kenniscentra van Hogeschool Utrecht, waar het praktijkgericht onderzoek is ondergebracht. Daar doen we onderzoek, in nauwe samenwerking met onderwijs en werkveld, in en vanuit het brede sociaal domein. Onze missie is: bijdragen aan een inclusieve, rechtvaardige en veilige samenleving. In en vanuit het kenniscentrum gebeurt veel moois en waardevols, waar ik hier niet verder op in kan gaan. Om u daar een indruk te geven, verwijs ik graag naar onze website.
DOCUMENT
Deze film geeft een impressie van EPI-kenniscentrum als onderwijssamenwerkingsverband voor scholing in de aardbevingsbestendige bouw in de regio Groningen. De film is vertoond bij de keynote presentatie op het slotcongres van het RAAK MKB programma Bedrijfskundige Innovatie in de Aardbevingsbestendige Bouw
VIDEO
In het boek is een overzicht te vinden van de verschillende kenniscentra en lectoren van de HU. Per kenniscentrum worden de verschillende onderzoeksterreinen beschreven en de lectoren voorgesteld.
DOCUMENT
De transities naar een regionaal kenniscentrum (RKC) zijn te kenmerken als lokale chaotische processen, die moeilijk te plannen zijn. Hoe kun je hier als bestuur grip op krijgen? Hoe kun je iets structureren wat in essentie veelvormig is (de toekomst voor (v)mbo–studenten), en hoe daarmee om te gaan in de dagelijkse onderwijspraktijk? Dit onderzoek geeft daar handvatten voor.
DOCUMENT
Het themamagazine van het kenniscentrum Leren en Innoveren bevat artikelen van verschillende auteurs en lectoraten.
DOCUMENT
De transities naar een regionaal kenniscentrum (RKC) zijn te kenmerken als lokale chaotische processen, die moeilijk te plannen zijn. Hoe kun je hier als bestuur grip op krijgen? Hoe kun je iets structureren wat in essentie veelvormig is (de toekomst voor (v)mbo–studenten), en hoe daarmee om te gaan in de dagelijkse onderwijspraktijk? Dit onderzoek geeft daar handvatten voor.
DOCUMENT