Wat moeten hbo-studenten kennen en kunnen om straks als professionals ouders en kinderen van diverse culturele achtergronden te ondersteunen bij hun opvoeding en ontwikkeling? Hoe moet zo'n leerproces en curriculum eruit zien, wat vraagt dit van docenten? Het rapport Opleiden en professionaliseren in diversiteit en opvoeding beschrijft kernbegrippen die met diversiteit en opleiden samenhangen en analyseert onderwijsonderdelen van het curriculum Pedagogiek en Social Work op diversiteitgevoeligheid. Management, studenten en docenten spreken zich uit over de noodzaak tot (meer) aandacht voor culturele diversiteit in de klas, in de lessen, in de beroepspraktijk. Diversiteit moet steviger, als een rode draad in het onderwijs verweven zijn.
DOCUMENT
In dit artikel wordt gekeken vanuit het perspectief van diversiteit naar positie en functioneren van alle studenten, al dan niet met een migratieachtergrond, in het hoger beroepsonderwijs. Gesteld wordt dat een brede toegankelijkheid van dit onderwijs niet alleen individuele studenten ten goede komt maar ook het beroepenveld en breder: de maatschappij waarin zij straks de hogere functies zullen bezetten. Het beroepenveld vraagt kennis en vaardigheden die aansluiten bij de vraagstukken van de 21ste eeuw. Vanuit drie perspectieven: dat van de student, van de docent en de institutie wordt ingezoomd op diversiteit en studiesucces en de samenhang tussen deze perspectieven. Dit hoofdstuk is onderdeel van het boek Studiesucces in het Hoger Onderwijs van Folke Glastra en Daniel van Middelkoop
DOCUMENT
The Best of Both Worlds: Success factors of Turkish-Dutch innovative entrepreneurs In recent years, a number of countries, among them the Netherlands, attach great importance to stimulating the economic development in the country, by promoting entrepreneurship in general and within the ethnic and cultural entrepreneurial groups in particular. Innovation is generally the result of an interactive process involving synergy between the diverse backgrounds and characteristics. Based on a qualitative research, this article provides an overview of insights in the critical success factors of Turkish-Dutch innovative entrepreneurs in the Netherlands. The success factors of ethnic entrepreneurs are approached in this study from three different dimensions: individual factors, social factors, and environmental factors. The individual factors are presented as personality traits and personal motivations. The social factors are discussed from the perspective of social networks, socio-cultural and socio-economic characteristics. As for environmental factors, they are divided into regional characteristics as well as the availability of resources and the presence of opportunities. Turkish-Dutch entrepreneurs, also called “ethnic entrepreneurs”, appear proficient in linking different innovation opportunities to their own strengths. They are operating better in both worlds, and are successfully navigating between the two cultures. This article also formulates several suggestions for the Dutch government, business world and educational institutions to stimulate innovation. SAMENVATTING Het beste van beide werelden: Succesfactoren van Turks-Nederlandse innovatieve ondernemers De laatste jaren hechten vele landen, onder andere Nederland, er groot belang aan om de economische ontwikkelingen op een hoger niveau te tillen door ondernemerschap in het algemeen, en binnen de etnische en culturele groepen in het bijzonder, te stimuleren. Innovatie is een gevolg van een interactief proces waarbij synergie ontstaat tussen de diverse achtergronden en kenmerken. Gebaseerd op een kwalitatief onderzoek worden in dit artikel, aan de hand van drie verschillende dimensies, te weten individuele, sociale en omgevingsfactoren, de succesfactoren van Turks-Nederlandse innovatieve ondernemers inzichtelijk gemaakt. De Turks-Nederlandse ondernemers, ook wel “etnische ondernemers” genoemd, blijken bedreven te zijn in het koppelen van innovatiekansen aan hun eigen sterke punten. Ze komen beter tot hun recht in beide werelden, en navigeren op succesvolle wijze tussen de twee culturen door. Dit artikel formuleert een aantal aanbevelingen voor de Nederlandse overheid, het bedrijfsleven en de klanten.
DOCUMENT
Hogeschool van Amsterdam heeft het thema diversiteit als een van haar beleidsspeerpunten geformuleerd. In het hoger onderwijs is al geruime tijd veel aandacht voor de thema’s diversiteit en inclusie. Het Faculteit Business en Economie van de Hogeschool van Amsterdam heeft een onderzoek door het Hogeschool-lectoraat Teamprofessionalisering van Daniel van Middelkoop geïnitieerd teneinde inzicht te verkrijgen in de wijze waarop docenten en management met diversiteit en inclusie omgaan in de dagelijkse onderwijspraktijk. Deze inzichten zijn waardevol, maar zijn waardevoller als daarbij ook de stem van studenten wordt gehoord. In het onderzoek dat in dit rapport zal worden toegelicht, staat de vraag centraal hoe studenten van het Faculteit Business en Economie het thema diversiteit en inclusie beleven binnen de Hogeschool. Wat is volgens hen een diverse en inclusieve hogeschool? Wat zijn voorwaarden om dat te bewerkstelligen? Voelen ze zich thuis? Wat zijn hun ervaringen en belevingen binnen de opleiding waaraan ze studeren als het gaat om het contact met docenten, met medestudenten, de dynamiek tijdens de colleges of de inhoud van het curriculum? Dit rapport weerspiegelt de ervaringen en belevingen van de studenten van de vijf opleidingen: Bedrijfskunde, Commerciële Economie, Finance en Accounting, HRM en de internationale opleiding Amsib. Beoogd wordt aan het einde van de onderzoeksperiode, die uit twee delen bestaat en in oktober 2022 wordt afgesloten, inzicht te bieden in de wijze waarop de opleidingen een divers en inclusief opleidingsklimaat kunnen realiseren. De deeltijdopleiding heeft in een eerdere fase al met hun studenten gesproken, voor deze opleiding zijn gedurende de onderzoeksperiode drie inspiratiesessies voor het management- en het docententeam georganiseerd.
DOCUMENT
Docenten van Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek (BEnT) hebben geëxperimenteerd (Gorissen, 2014) met Flipping the Classroom in relatie tot de taxonomie van Bloom. Bij dit concept worden lage kennisniveaus uit deze taxonomie voor de les aangesproken en in de les worden hogere kennisniveaus aangesproken. Bij het herontwerp van hun lessen zijn docenten ondersteund door workshops, gegeven door Fontys Educatief Centrum (FEC). Het onderzoek geeft inzicht in de ervaringen van docenten als ze Flipping the Classroom toepassen en dient als input voor FEC zodat toekomstige workshops nog beter aansluiten bij behoeften van docenten. De hoofdvraag is: Wat zijn ervaringen van docenten en studenten van een HBO-instelling met het toepassen van de taxonomie van Bloom in relatie tot Flipping the Classroom? Hiervoor zijn drie deelonderzoeken uitgevoerd, te weten een kwalitatieve analyse van de lesvoorbereidingen en individuele interviews met docenten en een kwantitatief onderzoek onder studenten over de door hun gevolgde lessen via dit concept. Resultaten laten zien dat docenten het concept correct toepassen en ze hiervoor activerende werkvormen en ICT tools inzetten. Docenten zijn enthousiast over de toepassing ondanks dat herontwerp tijdrovend is. Studenten kenden het concept vooraf niet maar hérkenden het wel, zowel voorafgaand als in de les. Vanwege de lage respons onder studenten kan alleen een voorzichtige conclusie getrokken worden dat het concept bijdraagt aan betere verwerking van de leerstof en dat het vaker toegepast mag worden. De belangrijkste aanbevelingen zijn gericht op kennisdeling tussen docenten die dit concept (willen gaan) toepassen in het onderwijs en nader onderzoek naar de invloed op de leerprestaties van de studenten.
DOCUMENT
Lectoraten doen onderzoek naar de kracht van diversiteit. Inholland wil inzetten op de kracht van diversiteit. Dat is actueel en urgent, maar weten we wel voldoende over hóe we dat als hogeschool kunnen doen? Bijvoorbeeld: Hoe kunnen we studenten zo leren omgaan met diversiteit dat zij toegerust worden om diversiteit (in al zijn vormen) als kracht in te zetten tijdens hun opleiding en stage, en later in hun loopbaan. En: Welke kwaliteiten hebben docenten daarvoor nodig en welke eisen stelt dat aan de leeromgeving (binnen de hogeschool en op stageplekken)? Vijf lectoraten van Hogeschool Inholland hebben samengewerkt om antwoord te geven op dergelijke vragen. Het gaat daarbij om de lectoraten Dynamiek van de Stad; Jeugd en Samenleving; Diversiteitsvraagstukken; Media, Cultuur & Burgerschap en Pedagogisch-didactisch Handelen. Het onderzoek richtte zich op studenten en docenten van Hogeschool Inholland en op professionals in het beroepenveld die stageplekken aanbieden aan de studenten van verschillende opleidingen. Het onderzoek is uitgevoerd in Amsterdam, Diemen en Rotterdam, bij vier verschillende opleidingen: Social Work, Pedagogiek, Business Studies en Communicatie. Deze en ook andere opleidingen kunnen met de resultaten en aanbevelingen aan de slag. Binnenkort komt er ook een factsheet en wordt het rapport besproken in de Community of Practice Diversitiet van Hogeschool Inholland.
DOCUMENT
NSVP - innovatiefinwerk.nl Auteurs: Daniel van Middelkoop, Gürkan Çelik, Ila Kasem, Lida van der Broek, Martha Meerman (red) Najat Bay, Olivia Andiel, Saskia Furrer Sonia Sjollema Samenvatting: Welke eisen stelt werken in een multiculturele omgeving aan professionals? Hoe kan integratie van arbeidsmigranten en vluchtelingen op een duurzame manier in organisaties plaatsvinden? Op welke manier kunnen ondernemers met een bi-culturele achtergrond hun innovatiekracht vergroten zodat ook de Nederlandse economie kan profiteren van de internationale netwerken die zij opbouwen? Het is een veelvoud van vragen op het snijvlak van organisatie en maatschappij waarvoor in de afgelopen jaren nieuwe methodieken zijn ontwikkeld, met financiële ondersteuning van de NSvP. Zo is een methodiek ontwikkeld om werkgevers te helpen om de kwaliteiten van vluchtelingen beter te onderkennen en te benutten, om het gesprek op gang te brengen om in onderwijs- en zorginstellingen de diversiteit in het primaire proces te begrijpen. Er is een project om jonge ondernemers met verschillende achtergronden meer met elkaar en met hun omgeving te verbinden. Het NSvP ondersteunde onderzoek naar Indiase verpleegkundigen die als arbeidsmigranten aan het werk gingen in een ziekenhuis. Het lijken allemaal zeer verschillende onderwerpen maar ze zijn allemaal gericht op het benutten van divers talent van werkende mensen.
DOCUMENT
Factsheet - Hoe kunnen we beter op een krachtige wijze leren omgaan met verschillen? Hoe kunnen docenten en studenten bijdragen aan een veerkrachtige en diverse samenleving?
DOCUMENT
Vanuit de behoefte om theorie en praktijk meer te integreren de tweedegraads lerarenopleiding van Hogeschool Utrecht (HU) het Samen Opleiden vorm gaan geven door in samenwerking met enkele schoolbesturen leernetwerken op te zetten. Leernetwerken bestaan uit een heterogene groep studenten van verschillende opleidingsrichtingen, waarin schoolopleider en instituutsopleider gestructureerd samenwerken vanuit een gemeenschappelijke visie op opleiden. Met dit evaluatieonderzoek is onderzocht wat de meerwaarde is van het Samen Opleiden in leernetwerken, specifiek op het gevoel van welbevinden en de gepercipieerde competentieontwikkeling van studenten. Hiervoor hebben groepsgesprekken plaatsgevonden met de grondleggers, opleiders en studenten. Om inzicht te krijgen in de beoogde (door grondleggers en opleiders) en ervaren (door studenten) opbrengsten is de CIMO-logica (context, interventie, mechanisme en uitkomst) gebruikt. De heterogeniteit van de leernetwerken en vijf pijlers (koppeling theorie praktijk, positieve ontwikkelingsgerichte begeleiding, zelfsturing vanuit leervragen en intervisie, samenwerking tussen studenten en opleiders en inbreng van innovatief onderzoekend vermogen) vormen de context van de leernetwerken. Door leernetwerken heterogeen samen te stellen (verschillende opleidingen, richtingen en leerjaren) wordt voor verbreding gezorgd, wat door studenten enerzijds als verbreding wordt herkend, maar anderszijds ook als herhaling wordt ervaren. De rol van school- en instituutsopleiders zoals beoogd is om als gelijkwaardige partners te opereren in de begeleiding van het leernetwerk aan de hand van de vijf pijlers. Voor welbevinden komt zowel bij beoogd als ervaren het gevoel van verbondenheid het sterkst naar voren in een omgeving waarin studenten zich gezien en gehoord voelen. Voor competentieontwikkeling komt naar voren dat de leernetwerken zijn opgezet om studenten te helpen hun theoretische kennis in de praktijk te brengen en hen te begeleiden in hun professionele groei binnen het onderwijs. In dit rapport worden, tot slot, enkele kanttekeningen en aanbevelingen over werken vanuit concerns, het omgaan met heterogeniteit en de brede inbedding in schoolontwikkeling gegeven.
DOCUMENT
Het streven naar een divers personeelsbestand behoort bij de retoriek die in menige organisatie wordt gebezigd, het in ogenschouw nemen van diverse perspectieven voor een goede besluitvorming eveneens. Alhoewel het debat over de gevolgen van diversiteit en het onderzoek naar het verschijnsel al decennia gaande zijn, wisselt de relevantie van het onderwerp sterk. Diversiteit staat op de agenda als de omgeving daartoe aanzet. Deze externe prikkels zorgen echter niet voor meer diversiteit op de werkvloer en dragen onvoldoende bij aan het op een hoger plan brengen van het diversiteitsonderzoek. Om verder te komen, is het nodig het roer radicaal om te gooien, aldus deskundigen op het gebied van diversiteitsonderzoek en praktijk die verenigd zijn in het expertise- centrum Nederlandse Stichting voor Psychotechniek (NSvP). In het artikel komen diverse methodieken aan bod, waaronder ook een coachingsmethodiek over crosscultureel ondernemen.
DOCUMENT