Onderzoek naar oefenen met hightech patiëntenpop: gaan studenten zelfverzekerder en beter voorbereid op stage? Vraagbaak Online Onderwijs Stagelopen is voor studenten verpleegkunde vaak spannend en stressvol. Oefenen met een hightech patiëntenpop zorgt voor ruimte om te leren in een realistische omgeving zonder gevaar voor de patiënt. Helpt dit studenten ook om beter voorbereid en met meer zelfvertrouwen aan hun stage te beginnen? Dat onderzoekt Daphne Vogel (Hogeschool Inholland) samen met zorg- en onderwijsinstellingen. Hoe onderzoekt ze dit en wat zijn de eerste indrukken?
LINK
Onderzoeker en docent-expert Daphne Vogel (Hogeschool Inholland) onderzoekt of verpleegkundestudenten met simulatieonderwijs via een hightech patiëntenpop zelfverzekerder en beter voorbereid aan hun stage beginnen. In een veilige, realistische omgeving oefenen studenten medische handelingen en communicatie, zonder risico voor echte patiënten. Eerste indrukken laten zien dat dit leidt tot meer intrinsieke motivatie en meer mogelijk meer zelfvertrouwen en groot enthousiasme bij studenten. Ook docenten ervaren voordelen, al vraagt de methode technische en didactische aanpassing. Het onderzoek moet uitwijzen of simulatieonderwijs daadwerkelijk zorgt voor meer zelfvertrouwen, betere vaardigheden en efficiëntere stages in de zorg. Lees hier verder: https://communities.surf.nl/vraagbaak-online-onderwijs/artikel/onderzoek-naar-oefenen-met-hightech-patientenpop-gaan-studenten
LINK
Eind 2024 publiceerde Npuls de visie ‘AI en kansengelijkheid’. De belangrijkste boodschap van de visie: als we niets doen, neemt kansengelijkheid voor studenten door AI eerder af dan toe. Er is dus werk aan de winkel. In deze blogserie nemen we je mee in de manier waarop AI kan bijdragen aan eerlijke kansen in het onderwijs. En ook hoe onderwijsinstellingen AI kunnen gebruiken om studenten beter te begrijpen en te ondersteunen. Met aandacht voor de risico’s en praktische stappen voor instellingen om AI op een zorgvuldige en ethische manier toe te passen. Dit is deel 1 in de serie.
LINK
In de eerste blog in deze serie stonden we stil bij de vraag waarom het belangrijk is om over AI en kansengelijkheid na te denken. De aanleiding is dat als we niets doen, kansengelijkheid voor studenten door AI eerder af- dan toeneemt. Voordat we verder ingaan op de mogelijke positieve of negatieve effecten van studiedata en AI op kansengelijkheid, is het belangrijk om het begrip ‘kansengelijkheid’, ‘AI’ en ‘studiedata’ eerst uit te leggen.
LINK
We maken op grote schaal steeds meer gebruik van digitale middelen en mogelijkheden in het onderwijs; de leeromgeving is digitaal, we toetsen digitaal, we communiceren digitaal en we ontwikkelen steeds meer digitale lesmaterialen. Kortom: onderwijs digitaliseert. Met de toename van digitale lesmaterialen, is er een groeiende beweging om deze materialen voor iedereen toegankelijk te maken; dus niet alleen voor de eigen studenten of binnen de eigen instelling. Deze vrije toegang tot kennisproducten c.q. leermaterialen is versterkt door de Open Access beweging. De Open Access beweging stimuleer het vrij aanbieden van publicaties voor onderzoek en tevens het vrij aanbieden van o.a. leermaterialen voor het onderwijs. De Open Access beweging is al enkele decennia oud. We zien echter dat de “open-gedachte” nog geen gemeengoed is. Dit geldt zeker voor het onderwijs waarbij het gaat om het delen en hergebruiken van open leermaterialen. Open Leermaterialen, of Open Educational Resources (OER), zijn onderwijs-, leer- en onderzoeksmaterialen die digitaal of analoog vrij beschikbaar en herbruikbaar zijn voor iedereen. Om te weten of het materiaal vrij beschikbaar en herbruikbaar is, staat er een open licentie op. Deze licentie geeft aan hoe iemand de leermaterialen mag (her)gebruiken, wijzigen en (opnieuw) delen. Aan welke type (open) leermaterialen kun je denken? Dat zijn materialen zoals: tekst, beeld, audio, games, simulaties, presentaties, 3Dmodellen, websites, data, e.a..
DOCUMENT
Het SHB heeft Futureconsult verzocht een begeleidingstraject te starten voor de ontwikkeling van een toekomstvisie op de Hogeschool Bibliotheken. Hoe ziet de toekomst van het bibliotheekwezen in het hoger beroepsonderwijs eruit? Welke vormen van samenwerking passen daarbij? Welke ICT-toepassingen zullen hun intrede doen? Rondom deze en andere ontwikkelingen wilde het SHB een toekomstverkenning realiseren om een robuuste strategie voor de toekomst te ontwikkelen. Om de toekomst beter te overzien heeft Futureconsult in een interactief proces met het SHB vier scenario's ontwikkeld als vertrekpunt voor het creëren van visie en strategie. Dit eindverslag geeft de resultaten van het scenarioproject weer. Na de inleiding volgt een uitleg over de scenariomethode die in dit project is toegepast. Daarna volgen de vier toekomstscenario's. Bij elk scenario zijn de reacties tijdens de eerste bespreking van de scenario's op de slotbijeenkomst op 16 juni weergegeven. De bijlage omvat een aantal interviews die ten behoeve van het project zijn gehouden, de resultaten van een onderzoek onder studenten, de registratie van de interactieve workshop en van een debat tussen SHB-bestuursleden en studenten van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO).
DOCUMENT
Rede uitgesproken bij aanvaarding van lectoraat Open educational resources.
MULTIFILE
Bij de aanvang van het lectoraat 'sociale infrastructuur en technologie' was onze doelstelling te komen tot een inventarisatie van ict gebruik in de sociale sector. Daarbij ging het ons om praktijken en initiatieven in de sociale sector waarbij men gebruik maakt van moderne technologie ter versterking van de sociale infrastructuur, de leefbaarheid van samenlevingsverbanden, de participatie in de publieke besluitvorming, de hulp- en dienstverlening aan cliknten en deelnemers. Met de sociale sector worden alle institutionele arrangementen bedoeld die het werken aan welzijn als primaire doelstelling hebben. Het gaat hierbij niet om een zoveelste onderzoek teneinde een volledig, kwantitatief gericht beeld te krijgen. Er werd gestreefd naar een beschrijving van veelbelovende aanpakken, niet alleen binnen de institutionele welzijnszorg, maar ook projecten en activiteiten die op initiatief van burgers buiten de sociale sector-in strikte-zin zijn opgezet.
DOCUMENT
Deze publicatie steunt in grote mate op twee onderzoeksprojecten die de afgelopen anderhalf jaar zijn uitgevoerd. Het eerste onderzoeksproject betreft het onderzoek naar Web 2.0 als leermiddel dat in opdracht van Kennisnet is uitgevoerd door BMC en het lectoraat Crossmedia Content van de Faculteit Communicatie en Journalistiek Hogeschool Utrecht. De doelstelling van het onderzoek was inzicht te verkrijgen in het gebruik en de opbrengsten van informele leermiddelen en de toepassing van Web 2.0 voor leren door leerlingen voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Het onderzoek was een aanvulling op voorafgaand onderzoek naar informele leermiddelen en Web 2.0 in het onderwijs vanuit het perspectief van de docent en de onderwijsorganisatie (Onstenk, 2007). Een samenvatting van de belangrijkste resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd door Kennisnet (Kanters & Van Vliet, 2009). Voor dit cahier Wijs met Media is teruggegrepen op het onderliggende onderzoeksrapport en is aanvullend literatuuronderzoek gedaan. Het tweede onderzoeksproject dat ten grondslag ligt aan deze publicatie is het project Cultuurwijsheid. Dit project is uitgevoerd door een breed consortium van kennisinstellingen (Hogeschool Edith Stein, Hogeschool Utrecht), cultureel erfgoed instellingen en science centra (TwentseWelle, Universiteitsmuseum Utrecht, Naturalis, Museon en andere), onderzoeksinstellingen (Novay), intermediairs (BMC) en basisscholen, in het kader van de RAAK-Publiek subsidieregeling. Uitgangspunt voor dit project was de stelling dat cultureel erfgoed bij uitstek geschikt is als duiding van een complexe wereld door (historische) context te bieden aan (actuele) gebeurtenissen.
DOCUMENT