Professionals in het sociaal domein staan regelmatig voor lastige dilemma's. Ze komen op voor de belangen van hun cliënten, maar moeten tegelijkertijd efficiënt en kostenbewust werken en kunnen omgaan met de (lokale) overheid als opdrachtgever. Dit vraagt om een meer ondernemende rol van de sociaal professional. Sociaal ondernemen biedt handvatten om deze ondernemende kwaliteiten te ontwikkelen en vorm te geven en nodigt uit tot reflectie hierover. Sociaal ondernemen beschrijft de competenties die de sociaal professionals nodig hebben en het krachtenveld waarbinnen zij hun doelen willen bereiken. Aan bod komen motieven voor sociaal ondernemend handelen, de ethische consequenties daarvan en businessplannen die een onderneming kunnen onderbouwen. Hoe een ondernemende houding bijdraagt aan toegang tot recht, het zichtbaar maken van impact op lokaal niveau en het sociaal ondernemen door burgers wordt eveneens behandeld. Ook is er aandacht voor de vraag naar welke samenleving je wilt streven en welke richting wordt gekozen bij sociale verandering en innovatie. Elk hoofdstuk begint met een aansprekende casus met vragen waarmee het onderwerp van het hoofdstuk wordt geïntroduceerd en verbonden met de dagelijkse praktijk en bevat tevens een begrippenlijst en een samenvatting. Bij dit boek hoort ook een website, www.sociaalondernemen1edruk.nl, met video's, achtergrondartikelen, links, een begrippentrainer en een oefentoets bij elk van de hoofdstukken. Sociaal ondernemen is bestemd voor studenten Social work, Toegepaste psychologie en Pedagogiek. Ook startende sociaal ondernemers hebben baat bij dit boek.
DOCUMENT
Het sociaal werk bevindt zich in woelige tijden en in die dynamiek werken sociaal werkers aan het (zo integraal mogelijk) bevorderen van het sociaal functioneren van mensen. Dat vraagt om voortdurende afstemming met burgers, hun netwerk, betrokken professionals en andere actoren. In onze diverse, ongelijke, geïndividualiseerde en complexe samenleving is het leggen van verbindingen tussen verschillende groepen in de samenleving essentieel en een van de kerntaken van sociaal werk. Het blijkt vaak lastig om de communicatie en afstemming met al die partijen voor elkaar te krijgen en daarbij de focus op burgers/cliënten vast te houden (Feringa, Peels, Van der Sanden, & Linders, 2017; Linders & Feringa, 2014). Sociaal werkers hebben er bijvoorbeeld moeite mee om te bepalen wanneer ze echt de regie kunnen ‘laten’ bij burgers. Dat doen ze – al dan niet bewust – vanuit de gedachte dat zijzelf als professional de bepalende factor zijn in het samenspel met burgers. Dit zien we terug in het taalgebruik dat vaak gebezigd wordt in het sociale domein. Professionals leggen regie bij cliënten terug, regisseren lotgenotencontact, zetten mensen in hun kracht, of organiseren burgerinitiatieven (Linders & Feringa, 2014; Linders, Feringa, Potting, & Jager-Vreugdenhil, 2016). Gesprekken tussen professionals gaan vaak over rollen, taken en verdeling van verantwoordelijkheden of vraagstukken die betrekking hebben op de (on)mogelijkheden om conform de transformatiedoelstellingen te werken (Van der Sanden, Feringa, Peels, & Linders, 2017). Dat kan ten koste gaan van de verbinding met cliënten, wijkbewoners, vrijwilligers, enzovoorts.
DOCUMENT
Full text via link. Volgens het opleidingsdocument in het hoger onderwijs is het sociaal werk een ‘talig’ beroep. Maar dat is eenzijdig en onhoudbaar. Kunst en creativiteit kunnen professionals ‘meertalig’ maken, betogen drie lectoren van verschillende hogescholen.
LINK
In deze rapportage presenteren we de eerste bevindingen uit ons verkennende onderzoek naar de ontwikkeling en implementatie van blended ondersteuning. Het betreft een verkenning van wat sociaal professionals zien als blended ondersteuning; van wat zij zien als de meerwaarde ervan voor het beantwoorden van de hulpvraag van de cliënt; en van wat sociaal professionals nodig hebben om blended ondersteuning te kunnen bieden.
MULTIFILE
Moeten de opleidingen sociaal werk op de hogescholen nu wel of niet samengevoegd worden? Ja, betoogden auteurs hier, de samenleving vraagt om breed inzetbare professionals. Maar Judith Metz en collega’s slaat de schrik om het hart, want: wat blijft er dan over van de professionaliteit?
LINK
Het onderzoek Tussen Burgers en Recht Lokaal? dat in 2018 werd uitgevoerd onder wijkteams in Utrecht is een vervolg op het rapport Tussen Burgers en Mensenrechten Lokaal: Sociale Professionals over Toegang tot Zorg en Ondersteuning. In dit eerdere rapport van het lectoraat Toegang tot het Recht stelde lokale sociaal werkers en teamleiders vier belemmeringen in toegang tot zorg en ondersteuning vast. Deze belemmeringen waren: de beperkte toegang tot de specialistische zorg, een te hoge inschatting van de zelfredzaamheid van burgers, de onduidelijke grenzen tussen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Wet langdurige zorg (Wlz) en een gebrek aan specifieke kennis en ervaring. Door middel van interviews met tien sociaal raadslieden zijn de belemmeringen nu ook vanuit een sociaal-juridische perspectief onderzocht. Uit dit onderzoek blijkt dat sociaal raadslieden een bescheiden rol spelen in het versterken van toegang tot het recht van cliënten in relatie tot zorg en ondersteuning. Tegelijkertijd is er een risico dat ze dit helemaal niet of minder doen vanwege hun relatie met de gemeente, indirect hun werkgever, of collega-sociale professionals met wie ze nauw samenwerken. Dit heeft, ondanks de belangrijke adviserende eerstelijns-rol van sociaal raadslieden, zijn weerslag op het waarborgen van mensenrechten voor de meest kwetsbare burgers in onze maatschappij.
DOCUMENT
Het rapport bevat een exemplarisch handelingsonderzoek over het pilot-Sociaal Team Centrum in de gemeente Oldambt. Het algehele doel van dit onderzoek was om meer inzicht te krijgen in de werkwijze en de werking van het Sociaal Team Centrum en wat deze aanpak volgens het team heeft opgeleverd in termen van toename van burgerkracht en samenredzaamheid.Bijlage: Uitdraai registratiesysteem CS 01-03-2013 - 18-09-2015 (in apart document bij het rapport geleverd)
MULTIFILE
Drie professionals verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) evalueren de eerste effecten van de Master Social Work die vanaf 2008 bestaat . Als uitgangspunt nemen zij de eerste gepubliceerde artikelen van studenten en alumni en hun bijdrage aan een boek dat onlangs verscheen over de opleiding. Positieve effecten worden niet alleen gevonden in de uitvoering in het werkveld, maar ook het vertrouwen in de eigen professionaliteit en het stimuleren van anderen in het werkveld. De masterstudenten profileren zich als primus inter pares, staan model voor het vakmanschap en durven kritisch constructief te zijn. Enkele kanttekeningen bij deze positieve effecten zijn dat de nadruk bij sommige studenten ligt op de uitleg van theoretische concepten binnen de specifieke situatie i.p.v. de toevoeging van kennis aan de stam van sociaal werk.
DOCUMENT
De Handreiking. De covid-19-pandemie heeft wereldwijd een grote impact op het persoonlijke, sociale en maatschappelijke leven. Het virus bedreigt de fysieke gezondheid, de sociale contacten en de financieel-economische bestaanszekerheid van velen. De pandemie leidt tot polarisatie in de samenleving, tot een toename van sociale ongelijkheid, tot een bedreiging van democratische rechten en tot internationale spanningen. Ook het sociaal werk is niet onberoerd gebleven. Sociale professionals en sociale-dienstverleningsorganisaties komen onder druk te staan en de kwaliteit en de kwantiteit van de dienstverlening worden bedreigd. In het sociaal domein zien we veel veerkracht en inventiviteit in reactie op deze uitdagingen, maar ook ethische nood. Internationaal onderzoek onder meer dan 600 sociale professionals uit meer dan 50 landen heeft laten zien dat zij worstelen met vele ethische uitdagingen. Zij worden geconfronteerd met richtlijnen die niet altijd goed aansluiten op de specifieke context waarin zij werken. De richtlijnen voor sociaal contact belemmeren bijvoorbeeld het aangaan en onderhouden van vertrouwelijke en empathische relaties, het beoordelen van problematische situaties en het verlenen van dienstverlening op maat. Professionals zijn vanwege de beperkte mogelijkheden voor dienstverlening vaker gedwongen om prioriteiten te stellen in de behoeften en noden van dienstengebruikers. Ook ervaren zij spanningen tussen de belangen van henzelf en hun naasten enerzijds en de belangen van dienstengebruikers anderzijds, bijvoorbeeld met betrekking tot gezondheidsrisico’s. Professionals rapporteren dan ook een breed scala aan voornamelijk negatieve emoties, zoals angst, teleurstelling, hulpeloosheid, verdriet, boosheid, schaamte en schuldgevoelens. Er is sprake van fysieke, emotionele en morele stress en uitputting.
DOCUMENT
In deze publicatie onderzoeken we hoe sociaal werkers zelf aankijken tegen eco-sociaal werk en de rol die zij in de klimaatcrisis en ecologische crisis zouden kunnen innemen. Zien zij het belang van in van eco-sociaal werk? Welke mogelijkheden zien zij en welke belemmeringen ervaren zij? In hoeverre zijn zij persoonlijk betrokken bij klimaatveranderingen, hoe vertalen zij deze betrokkenheid agogisch in hun werk en hoe zetten zij zich in voor het verduurzamen van hun organisatie? Welke ideeën hebben zij bij eco-sociaal werk en hoe vertalen zij dat in hun handelen? Het antwoord op deze vragen geeft weer waar sociaal werkers naartoe willen, hoever we staan en wat nodig is om een stap verder te zetten in de richting van eco-sociaal werk. Deze vragen vormen het startpunt voor dit onderzoek.
DOCUMENT