Hoofdstuk 9 in 'Lessen uit crises en mini-crises 2012' van Duin, van M., Wijkhuijs, V. en Jong, W. (red.) (p. 139-149). In de nacht van dinsdag op woensdag 18 juli 2012 brandt het gemeentehuis van Waalre (gelegen in de buurt van Eindhoven) volledig uit na een opzettelijke brandstichting. Rond drie uur ’s nachts rijden twee personenauto’s in op het gebouw en vliegen vervolgens in brand. De vlammen slaan in korte tijd uit het dak. De brandweer, die snel ter plaatse is, schaalt op naar zeer grote brand. Rond negen uur ’s ochtends kan het sein brand meester worden gegeven. Het tachtig jaar oude, architectuurhistorische monument gaat echter geheel in vlammen op. Een grote rookwolk drijft over Waalre en omgeving. Vrijwel onmiddellijk is duidelijk dat opzet in het spel is. Er wordt een groot onderzoek gestart en 40 rechercheurs worden op de zaak gezet. Wat betreft de motieven en achtergronden van de brandstichting worden alle opties opengelaten. Het huis van de burgemeester wordt uit voorzorg bewaakt.
Hoofdstuk 10 in 'Lessen uit crises en mini-crises 2012' van Duin, van M., Wijkhuijs, V. en Jong, W. (red.) (p. 151-165). In dit hoofdstuk staat de asbestzaak in Utrecht centraal. Over de casus zijn eind 2012 twee evaluaties verschenen. Ten eerste een rapport van de commissie Onderzoek asbestvondst Kanaleneiland, die – onder leiding van de heer Jansen (oud CdK Overijssel, hierna: commissie-Jansen) – in opdracht van het college van B&W van de gemeente Utrecht onderzoek naar de asbestzaak deed, en ten tweede een rapport van het COT dat in opdracht van woningbouwcorporatie Mitros is opgesteld (Zannoni et al., 2012). Daarnaast schreef journalist annex ingenieur Remco de Boer een aardige publicatie met de treffende titel Verloren vertrouwen: lessen uit de asbestzaak. Deze publicatie verscheen al voordat de twee evaluatierapporten openbaar werden. De genoemde publicaties staan aan de basis van dit hoofdstuk
Hoofdstuk 1 in 'Lessen uit crises en mini-crises 2012' van Duin, van M., Wijkhuijs, V. en Jong, W. (red.) (p. 37-50). Het jaar 2012 is nog maar net begonnen of de eerste kritieke situatie dient zich al aan. De overvloedige regenval van eind 2011 en de eerste dagen van 2012 geeft problemen in het noorden van ons land. In Friesland is onder meer wateroverlast bij Grou en Burgum; in Groningen worden in twee gebieden evacuaties voorbereid. Omdat de dreiging van de situatie in Friesland relatief beperkt blijft, gaan we in dit hoofdstuk vooral in op de gebeurtenissen in Groningen. De beschrijving van het incident is grotendeels gebaseerd op de evaluatie De dijk staat op springen die de Veiligheidsregio Groningen in oktober 2012 heeft uitgebracht. Daarnaast heeft de auteur ten behoeve van de veiligheidsregio de deel-evaluatie verricht over het functioneren van het regionaal beleidsteam (RBT) en in dat kader verschillende sleutelpersonen gesproken. Centraal staat het dilemma om in een situatie van grote onzekerheid wel of niet tot evacuatie over te gaan. Er kan onzekerheid bestaan over de te verwachten waterstanden, maar ook over de kwaliteit van de dijklichamen. Houdt de dijk het, of niet? En als de dijk gaat verschuiven, wat betekent dat dan voor mens en dier? Hoeveel risico wordt, of kan er worden genomen, en wie is of zijn degene(n) die daarin een keuze moet maken? In Groningen is – in enkele dagen tijd – tot twee keer toe besloten om tot evacuatie van verschillende gebieden over te gaan. Dat is uitzonderlijk