Posterpresentatie USE Conferentie 2015.
DOCUMENT
Geen samenvatting beschikbaar
DOCUMENT
Dit boek is een pleidooi voor de erkenning van de complexiteit van de wereld waarin managers, professionals en beleidsmakers moeten opereren. De instrumenten die tot nu toe voorhanden zijn, bieden vaak te weinig soelaas en vergroten juist regelmatig de problemen. Het is tijd om nieuwe begrippen te omarmen, afkomstig uit systeem-en complexiteits-theorieën. Zo kunnen we uitdagingen als robotisering, polarisatie, burn-out, globalisering en cybercriminaliteit en vele andere thema’s wél de baas. Deze belofte wordt in dit boek waargemaakt waarbij de ontwikkeling van systeemwijsheid de eerste stap is.
DOCUMENT
Het is 2014, de schuldenproblematiek blijft groeien en het lijkt of de bestaande instrumenten voor een deel van de schuldenaren geen of onvoldoende oplossing bieden. Reden voor de NVVK en Hogeschool Utrecht om te kijken naar de oorzaken die ten grondslag liggen aan het niet kunnen bieden van een duurzame voor de schuldenproblematiek.
DOCUMENT
Het plan van aanpak gepresenteerd in deze handreiking is bedoeld als leidraad voor het ontwerpen, ontwikkelen, implementeren en evalueren van verschillende Learning Communities binnen het RAAK-5 project Het Nieuwe Telen: gas erop! Het is bedoeld om zowel inzichten als instrumenten te bieden aan coördinatoren en facilitatoren voor de implementatie van de lokale Learning Communities gedurende het project. Deze handreiking is een noodzakelijke aanvulling op het project vanwege de prominente rol van Learning Communities binnen het project, maar ook omdat er geen wetenschappelijk gebaseerde ontwerpprincipes voor LC’s te vinden zijn. Er zijn veel projecten die Learning Communities uitvoeren, maar een grondige zoektocht naar literatuur en internetbronnen resulteerde niet in ontwerpprincipes.
DOCUMENT
Brengt de iPad in het onderwijs meer gebruiksgemak, snelheid en studievermogen? Sowijs deed onderzoek naar de implementatie van de iPad in het voortgezet onderwijs. Wat is de visie van leerlingen en leraren over de introductie van de iPad en wat zijn belangrijke aanbevelingen?
DOCUMENT
Zes case studies naar succesvolle duurzame implementatie werden geanalyseerd en in de cross-case analyse werden de zes cases met elkaar vergeleken om overeenkomsten en patronen te signaleren in de procesgang die heeft geleid tot die acceptatie en duurzame implementatie. De resultaten worden in deze conclusies gebundeld om een antwoord te geven op de centrale vraagstelling van dit onderzoek. Op basis daarvan worden de inzichten geformuleerd die hieruit kunnen worden afgeleid en die wellicht benut kunnen worden bij processen van onderwijsvernieuwing met ICT. Achtereenvolgens worden de conclusies beschreven, waarbij relaties worden gelegd met bevindingen uit de theorie en uit verwante onderzoeken, waarna wordt beschreven wat dit kan betekenen voor de onderwijspraktijk. Daarna volgt een reflectie op het onderzoek en wordt ingegaan op de mogelijkheden voor vervolgonderzoek
DOCUMENT
Binnen de zorg en het sociale domein is brede steun voor de gedachte dat het tot de basiscompetenties van alle professionals en vrijwilligers behoort dat zij de juiste aandacht kunnen geven aan zingeving in de begeleiding en ondersteuning van mensen. Deze ‘spirituele competentie’ dient daarom onderdeel te zijn hun opleiding met alle relevante competentieprofielen en in de eindkwalificaties van het onderwijs aan toekomstige professionals. Ook op het gebied van implementatie van deze eindkwalificaties in de opleidingscurricula is nog veel te doen. Op dit moment is in de kwalificaties van mbo-hbo-wo-opleidingen geen tot geringe aandacht voor spirituele zorg en begeleiding bij levensvragen en/of zingevingsactiviteiten. In dit onderzoek is in drie fasen toegewerkt naar een opleidingskader waarin competentie en kwalificaties zijn ontwikkeld voor drie domeinen (zorg, welzijn en geneeskunde) op alle aangeboden niveaus. In fase 1 is deskresearch gedaan naar de huidige aanknopingspunten in opleidingsprofielen, domeinbeschrijvingen en bestaande competenties op het gebied van zingeving om een overzicht te krijgen van de huidige competenties, vaardigen en gedragsuitingen op dit specifieke gebied. In fase 2 is in twee ronden een expertraadpleging geweest waarbij een eerste concept kader is voorgelegd in interactieve focusgroepen (n=5) met experts uit opleiding en beroepenveld om een verder ontwikkeld concept opleidingskader te kunnen formuleren. Dit concept is vervolgens middels een enquête landelijk uitgezet om de draagkracht voor het concept in kaart te brengen. In de derde fase is middels een landelijk uitgezette enquête (n=46) nagegaan wat randvoorwaarden voor implementatie zijn voor het in fase 1 en 2 ontwikkelde opleidingskader, wat samengevoegd met wat we uit de literatuur weten van evidence based implementatie strategieën voor onderwijs heeft geresulteerd in een implementatierichtlijn. De opdracht van VWS was om een implementatierichtlijn in de vorm van een Document ‘Opleidingskwalificaties Zingeving in Zorg en Sociaal domein’ op te leveren, met daarin: • een beschrijving van de eindkwalificaties (competenties en leerdoelen) voor elk opleidingsniveau; • de implementatierichtlijn voor de integratie van zingeving in de curricula. Deze richtlijn is in deze rapportage opgenomen in de bijlage, maar ook digitaal separaat beschikbaar gemaakt.
DOCUMENT
Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit Utrecht op gezag van de rector magnificus, prof. dr. H.R.B.M. Kummeling, ingevolge het besluit van het college voor promoties in het openbaar te verdedigen op vrijdag 1 december 2023 des middags te 12.15 uur.
DOCUMENT
Full text beschikbaar met HU-account Achtergrond Multimorbiditeit, functionele beperkingen en kwetsbaarheid bij thuiswonende ouderen leiden tot een toenemende zorgcomplexiteit in de eerstelijn. Een proactieve, integrale aanpak is hierbij noodzakelijk. In de periode oktober 2014–oktober 2015 is een evidence-based proactief zorgprogramma voor kwetsbare ouderen geïmplementeerd in de regio Noord-West Veluwe en Zeewolde. In deze studie is de haalbaarheid van de implementatie geëvalueerd. De focus lag op de verbinding en samenwerking tussen het medische en sociale domein. Methoden Met een mixed-methods design zijn verschillende procesindicatoren geanalyseerd. Data waren afkomstig van routine zorggegevens uit de huisartsenpraktijk, vragenlijsten en interviews met ouderen. De vragenlijsten gaven inzicht in verwachtingen en ervaringen ten aanzien van het programma en waren op baseline en na zes maanden follow-up afgenomen bij huisartsen, praktijkondersteuners ouderenzorg (POH’s-OZ) en na 12 maanden bij andere professionals uit verschillende domeinen (stakeholders). Interviews met ouderen en hun mantelzorgers brachten de ervaringen in kaart. Regionale werkgroepen waren opgezet waarin verschillende professionals participeerden om de verbinding tussen de domeinen te realiseren. Resultaten Het proactieve zorgprogramma is geïmplementeerd in 42 huisartsenpraktijken die zorg verlenen aan 7904 75-plussers. In totaal vulden 101 zorgverleners en 44 stakeholders de vragenlijst in. Voorafgaand aan de implementatie bleek zowel bij zorgverleners als bij de stakeholders behoefte aan meer structuur, samenwerking en coördinatie in de zorgverlening aan kwetsbare ouderen. De implementatie van het proactieve zorgprogramma verbeterde significant de structuur in de organisatie van zorg en transparantie over verwijsmogelijkheden met respectievelijk 34 % (p ≤ .001) en 27 % (p = .009). Zowel zorgverleners als stakeholders gaven na afloop van de implementatie aan kwetsbare ouderen beter in beeld te hebben dan voor de implementatie (p = .005). Ongeveer de helft van de deelnemers vond na afloop dat de regionale afstemming is verbeterd. Kwetsbare ouderen en hun mantelzorgers waren tevreden met de insteek, opzet en uitvoering van de nieuwe proactieve zorg. De POH’s-OZ gaven aan dat de screeningsvragenlijst te lang was en veel tijd kostte. Ook is niet voor alle ouderen die kwetsbaar waren een zorgplan opgesteld. Conclusie De implementatie van het proactieve zorgprogramma bleek haalbaar. Een sterke verbinding en domein overstijgende samenwerking is gerealiseerd. Het programma kon eenvoudig aangepast worden aan de actualiteit en de lokale context.
DOCUMENT