Dit onderzoek is opgesplitst in verschillende deelonderzoeken. In het eerste onderzoek is permacultuur onderzocht. Dit onderzoek gaat in op de ontwerpprincipes van permacultuur. Het onderzoek legt daarna uit wat ontwerpkenmerken zijn. Vervolgens worden er voorbeelden gegeven van permacultuur principes die vertaald zijn naar ontwerpkenmerken. Tot slot wordt er beschreven hoe de principes in het ontwerp zijn toegepast.In het tweede deelonderzoek is onderzocht hoe een agrarisch bedrijf functioneert binnen de permacultuur principes. Het agrarisch bedrijf zal de motor van de wijk worden. Het bedrijf zal de wijk voorzien van voedsel en het afval zal wordt verwerkt tot energie. Het bedrijf vervult een centrale rol binnen de opzet van de wijk. Deze samenleving werkt nauw samen om voedsel te produceren en te verwerken.In het derde deel is het concept Earthship bestudeerd. Dit onderzoek heeft voornamelijk betrekking op de toepassing van materialen en technische systemen waarvan verschillende Earthships gebruik maken. Aan de hand van deze twee onderwerpen worden de Earthships geanalyseerd, vanuit het bouwkundig en architectonisch oogpunt en met de voorafgaande onderzoeken in het achterhoofd.Studentenonderzoek in het kader van het thema Duurzaam bouwen
Door klimaatverandering worden in stedelijke gebieden steeds vaker normen en/of acceptatiegrenzen voor neerslag, hitte en droogte overschreden. Gemeenten en waterschappen hebben de taak om te zorgen voor een klimaatbestendige inrichting. Daarbij is de samenwerking met bewoners voor hen essentieel. Om de stap naar uitvoering te kunnen maken hebben professionals van gemeenten en waterschappen behoefte aan inzicht in effecten op microniveau (straten/gebouwen), lokale ervaringen en beleving door burgers, en hoe burgers betrokken kunnen worden bij maatregelen. Eén van de manieren om samen te werken met burgers is door hen te betrekken bij het in kaart brengen van risico's en maatregelen: burgerwetenschap. Burgerwetenschap en in het bijzonder participatieve monitoring is een vakgebied dat sterk in opkomst is. Het is een methode waarbij onderzoekers, professionals en maatschappelijke actoren zoals vrijwilligers en bewoners samenwerken om in lokale projecten data te verzamelen en te duiden.
MULTIFILE
AchtergrondKlimaatverandering leidt steeds vaker tot overschrijding van acceptatiegrenzenvoor neerslag, hitte en droogte. Het creëren van een klimaatbestendige inrichtingin samenwerking met bewoners is essentieel voor gemeenten en waterschappen.Bewoners voelen zich vaak betrokken bij de inrichting van hun straat, en richten hun tuin in op een manier die bij hun leefstijl past. In de 10 onderzochte wijken beslaan tuinen ongeveer 10 -40% van het stedelijk oppervlak.VraagarticulatieVoorafgaand aan het onderzoek bleek dat professionals van gemeenten enwaterschappen vooral behoefte aan inzicht hadden in:• Effecten van extreem weer op het niveau van wijken, straten en gebouwen;• Lokale ervaringen, beleving van extreem weer en gedrag van burgers;• Hoe burgers betrokken kunnen worden bij een klimaatbestendige inrichting van wijken en straten.Hoofdvraag en doelstellingHoe kunnen professionals van gemeenten en waterschappen met inzet van burgers klimaatadaptatie in stedelijk gebied in praktijk brengen? Het doel is om een praktisch toepasbare werkwijze te ontwikkelen voor ‘burgerparticipatie in klimaatadaptatie’.AanpakHet onderzoek is uitgevoerd in 10 living labs waarin is geëxperimenteerd met metingen, beleving en participatie ten behoeve van klimaatadaptatie op wijkniveau. Hierbij zijn verschillende benaderingen uit de burgerwetenschap toegepast. Professionals en bewoners hebben samen metingen uitgevoerd (participatieve monitoring), gegevens verzameld over fysieke en sociale kwetsbaarheid en op diverse manieren inzicht gecreëerd voor een lokale aanpak.Door middel van een vergelijkingskader zijn Living labs tijdens het proces vergeleken, bijgesteld en geëvalueerd.ResultaatHet onderzoek heeft geresulteerd in nieuwe kennis over meten, beleven en doenten aanzien van klimaatadaptie in de wijk. Dit biedt handvatten voor professionals van gemeenten en waterschappen om effectiever samen met inwoners te werken aan klimaatadaptatie. Door metingen in een variëteit aan wijken is nieuwe kennis ontwikkeld over de betekenis van de buitenruimte (groen en grijs) voor het hitteeilandeffect. Samen met inwoners is de bijdrage van woningtype en gedrag op hittestress gemeten. De ontwikkelde vragenlijst over beleving van klimaateffecten biedt publieke professionals een instrument voor inzicht op wijkniveau en intenties voor maatregelen. Klimaatadaptatie blijkt echter nog beperkt te leven onder inwoners en er is nog weinig bereidheid is om zelf initiatief te nemen. Bewoners ervaren weinig kennis en capaciteit inde wijk om dit vraagstuk zelf op te pakken. Bewoners hebben een voorkeur voor initiatief vanuit de gemeente, maar worden wel graag betrokken. Tegelijkertijd nemen inwoners wel andere relevante initiatieven die raken aan klimaatadaptatie, zoals vergroening en verduurzaming van de wijk en woning. Klimaatadaptatie kan dan ook in cocreatie met andere thema’s in de wijk worden opgepakt. Om klimaatadaptatie daar een goede plek in te geven ligt er nog een uitdaging voor professionals op het uitwerken van kaders en doelen en het stimuleren van een sociale norm om inwoners actief invulling aan klimaatadaptatie te laten geven. Metingen zoals uitgevoerd in het onderzoek bieden publieke professionals daarbij concrete resultaten om in gesprek te gaan over wat acceptabel is en wat voor maatregelen nodig en mogelijk zijn.
LINK