Proefschrift. Het onderzoek gaat in op de vraag hoe westerse onderwijsinstellingen een strategie kunnen ontwikkelen voor het aangaan van winstgevende en duurzame relaties met buitenlandse onderwijsinstellingen. De focus van haar onderzoek zijn de internationale aspecten van governance in het hoger onderwijs.
DOCUMENT
The focus of the present study is the extent to which an internship or study abroad contributes to students’ development of international competencies, such as interpersonal and intercultural competencies, foreign language skills, and international academic and professional competencies.
DOCUMENT
From the traditional and pragmatic perspective on European cooperation shared by the Dutch political establishment, the French initiative for the Conference on the Future of Europe (CoFoE) was initially met with scepticism. Yet, during the experiment, the Dutch government and parliament translated their initial reluctance into assertive involvement. Rapporteurs from the bicameral parliament of the Netherlands became actively involved in CoFoE. They used it as an opportunity structure to pursue their political interests, which came down to watering down too-ambitious text proposals and stressing that the active participation of the citizens should be taken seriously. This chapter shows how both Houses used a wide range of parliamentary instruments – rapporteurs, delegations, plenary debates, committee hearings, questions, and a parliamentary citizens’ consultation – to debate, scrutinise and influence the CoFoE. Representatives and staff actively engaged in inter-parliamentary information exchange. In preparation for the plenaries, a sense of ‘esprit de corps’ developed between Dutch government representatives, members of parliament (MPs), Members of the European Parliament (MEPs), and supporting staff. This resulted in a remarkably coherent all-Dutch positioning up until the closure of the Conference and shared disappointment on the lack of a follow-up.
MULTIFILE
Het project "Port State Control" was aangevraagd om onderzoek te kunnen doen naar de oorzaak wan het grote aantal aanhoudingen van Nederlandse schepen in buitenlandse havens. Doel van het onderzoek was om belangrijke oorzaken daarvan boven water te krijgen en oplossingen daarvoor te onderzoeken en bedenken. Schepen worden door PSC gecontroleerd, waarbij er wordt gekeken of ze voldoen aan de internationale wet- en regelgeving, met name de veiligheid aan boord. Reders en bemanning zijn verantwoordelijk voor een veilige uitvoer van de taken aan boord. Indien er tekortkomingen worden geconstateerd, mag een PSC-autoriteit een schip aanhouden. Uit de onderzoeken naar de oorzaken blijk onder andere: - Nalatigheid bemanning bij controles installaties door werkdruk en repetitief werk, kennis niet beschikbaar. - Nalatigheid rederij; besparen op onderhoudskosten. - Het aantal en de kwaliteit van de bemanning aan boord van Nederlandse schepen. - Nalatigheid eindconsument; logistiek proces dient zo goedkoop mogelijk te zijn vanwege lage prijs. Consequentie: minder investeringen in bemanningen en scheepsonderhoud. Het project doet daarom de volgende aanbevelingen: Om bemanningen aan boord zo goed mogelijk voor te bereiden op PSC-inspecties is kennisvalorisatie erg belangrijk. De laatste informatie dient beschikbaar te zijn. Rederij is daar werantwoordelijk voor. De betrokkenheid van de reder is belangrijk bij het motiveren van de bemanning. Daarbij is scheepsfamiliarisatie cruciaal. Net zoals het verantwoordelijkheidsgevoel m.b.t. de scheepsveiligheid. Een tastbaar eindproduct van het project is de Port State Contol app. De app is een digitale omgeving die laat zien hoe situaties wel of niet horen te zijn. Met deze app worden bemanningsleden bekend gemaakt met het schip waar ze op komen te varen. Innovaties als Virtual Reality en distance learning zou de essentiële verbeterslag gemaakt kunnen !Worden. Met inzet van digitale hulpmiddelen kan de familiarisatie van nieuwe bemanningsleden werbeterd worden zodat zij beter zijn voorbereid op de taak aan boord.