The focus of the present study is the extent to which an internship or study abroad contributes to students’ development of international competencies, such as interpersonal and intercultural competencies, foreign language skills, and international academic and professional competencies.
DOCUMENT
Proefschrift. Het onderzoek gaat in op de vraag hoe westerse onderwijsinstellingen een strategie kunnen ontwikkelen voor het aangaan van winstgevende en duurzame relaties met buitenlandse onderwijsinstellingen. De focus van haar onderzoek zijn de internationale aspecten van governance in het hoger onderwijs.
DOCUMENT
From the traditional and pragmatic perspective on European cooperation shared by the Dutch political establishment, the French initiative for the Conference on the Future of Europe (CoFoE) was initially met with scepticism. Yet, during the experiment, the Dutch government and parliament translated their initial reluctance into assertive involvement. Rapporteurs from the bicameral parliament of the Netherlands became actively involved in CoFoE. They used it as an opportunity structure to pursue their political interests, which came down to watering down too-ambitious text proposals and stressing that the active participation of the citizens should be taken seriously. This chapter shows how both Houses used a wide range of parliamentary instruments – rapporteurs, delegations, plenary debates, committee hearings, questions, and a parliamentary citizens’ consultation – to debate, scrutinise and influence the CoFoE. Representatives and staff actively engaged in inter-parliamentary information exchange. In preparation for the plenaries, a sense of ‘esprit de corps’ developed between Dutch government representatives, members of parliament (MPs), Members of the European Parliament (MEPs), and supporting staff. This resulted in a remarkably coherent all-Dutch positioning up until the closure of the Conference and shared disappointment on the lack of a follow-up.
MULTIFILE
Within a short period of time, the Netherlands transformed itself from a relatively tolerant country to a nation that called for cultural assimilation, tough measures and neo-patriotism. The discursive genre of 'new realism' played a crucial role in this retreat from multiculturalism, and that had a dual effect for immigrant women. Whereas formerly they were virtually ignored by both the integration and the emancipation policy, since the triumph of new realism they are in the centre of both policy lines and there is now more policy attention for their needs and interests. Yet in the public debate the culture card is drawn frequently and immigrant women are portrayed as either victims or accomplices of their oppressive cultures. Policy makers and practitioners in the field, however, succeeded in avoiding cultural stereotyping by developing cultural-sensitive measures, while naming them in culture-blind terms.
DOCUMENT
Vergelijkende Europese studie in opdracht van Kees van Aken, toenmalig directeur van de opleiding Social Work i.o. van de Hogeschool Zuyd, naar welke verschillende varianten er mogelijk zijn als er gesproken wordt over een Internationale Bachelor Social Work - Maastricht. Op welke manieren zijn er in Europa reeds internationale bachelors zijn ontwikkeld. Het onderzoek moet een overzicht van enkele blauwdrukken van een Internationale Bachelor Social Work opleveren, om mede op basis daarvan een keuze te maken voor een (eventueel meerdere) voor Hogeschool Zuyd wenselijke variant(en) daarvan in Maastricht. Er is vergelijkend Europees onderzoek gedaan naar de verschillende filosofieën en organisatievormen van curricula International Social Work zoals die op verschillende Hogescholen en Universiteiten in Europa functioneren. Met name zijn “good practice” ervaringen onderzocht en met elkaar vergeleken, om op basis daarvan een aantal varianten helder te krijgen voor de opdrachtgever.
DOCUMENT
John Lewis Gaddis doceert militaire- en politieke strategie aan de Yale University en wordt gezien als de meest vooraanstaande historicus over de Koude Oorlog. In zijn recente studie over Herodotus, Sun Tzu, Von Clausewitz en andere grote strategen probeert de Amerikaan uiteen te zetten waarom bepaalde leiders succesvol waren en andere niet. Wat vergt een geslaagde Grand Strategy? https://spectator.clingendael.org/nl/publicatie/wie-zijn-de-beste-strategen LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/martijn-lak-71793013/
MULTIFILE
How and where can Dutch design entrepreneurs find work in Germany? This was the question DutchDFA put to the research team at Inholland University of Applied Sciences in February 2010. But the researchers took a different angle, and generated unexpected data, revealing patterns, and valuable new insights into practicing design and architecture abroad.
DOCUMENT
At the end of the 1940s and the early 1950s, the question whether or not to rearm West Germany was a fiercely and hotly debated topic in Europe. The Americans suggested doing this by integrating the Federal Republic in NATO. However, many Europeans feared the resurgence of German militarism. Nowhere was this more true than in France. Therefore, the French Foreign Minister René Pleven launched the so-called Pleven Plan, designed to allow West German units to be established, but only in small units. That way, Europe could profit from West Germany’s manpower, without the country becoming a military threat. Discussions on the European Defence Community were tough, but in the end was signed by the six Founding Fathers. The Dutch did so reluctantly, especially because the Americans were left out, favouring security arrangements in NATO and rearming and incorporating West Germany in the Western alliance. To the Netherlands, it was essential to incorporate the British and especially the Americans in the Western defense; the Dutch always favoured an Atlantic alliance, opposing too much supranationality in the European integration project. The Federal Republic of Germany on the other hand, saw it as an opportunity to regain sovereignty. In the end, the French National Assembly did not ratify the EDC-Treaty, opening the way to rearming West Germany and making it a full member of NATO. https://www.ceeol.com/search/article-detail?id=735130 LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/martijn-lak-71793013/
MULTIFILE
Samenwerking is belangrijk in een multiculturele klas. Maar wat vinden leerlingen en docenten nu van dat samenwerken? Speelt in hun ogen het multiculturele karakter eigenlijk wel een rol?
DOCUMENT
Aanleiding voor deze position paper was het grote aantal vragen over de relatie tussen wereldburgerschap en internationalisering die we kregen van mbo- en hbo-docenten. Om te verduidelijken hoe wereldburgerschap en internationalisering leven onder mbo- en hbodocenten, hebben we een survey afgenomen in samenwerking met Nuffic en UNESCO Nederland. De resultaten bevestigen onze vermoedens: wereldburgerschap wordt vooral begrepen in termen van diversiteit of interculturele vaardigheden en internationalisering in termen van mobiliteit en, eveneens, interculturele vaardigheden. Respondenten zien een sterke relatie tussen wereldburgerschap en internationalisering, maar hebben uiteenlopende opvattingen over deze relatie. Terwijl sommigen wereldburgerschap als een onderdeel van internationalisering zien, denken anderen het tegendeel. Veel respondenten verbinden zowel internationalisering als wereldburgerschap met diversiteit, inclusie en interculturele vaardigheden. Voor wereldburgerschap is deze vernauwing problematisch omdat het daardoor apolitiek en ajuridisch wordt. Hiermee bedoelen we dat de politieke en rechtelijke dimensie van wereldburgerschap verdwijnt, terwijl die zo cruciaal is om als wereldburger te kunnen participeren. Voor internationalisering is het problematisch dat de aandacht zich nog steeds primair richt op mobiliteit voor een kleine minderheid van studenten in plaats van allereerst op internationalisering van het curriculum voor alle studenten. De kern van wereldburgerschap hebben we gedefinieerd als kritische participatie in een globaliserende wereld. Het laten oefenen van zulk wereldburgerschap betekent studenten toerusten met verschillende soorten kennis (real world knowledge) en het vermogen om kritisch na te denken, morele afwegingen te maken en te participeren in publieke discussies over globale en lokale maatschappelijke vraagstukken. Wereldburgerschap in het beroepsonderwijs betekent participatie oefenen, niet alleen als wereldburger, maar ook als beroepsbeoefenaar. Internationalisering Is gericht op pluriforme perspectieven uit andere landen, culturen en contexten. Een geïnternationaliseerd -en ‘geïnterculturaliseerd’ curriculum is relevant voor alle studenten omdat ze met deze dimensies te maken krijgen in hun beroepspraktijk en in de samenleving waarvan ze deel uitmaken. We hebben vervolgens omschreven en met voorbeelden geïllustreerd hoe, volgens ons, wereldburgerschap en internationalisering op een betekenisvolle manier zijn verweven. Zo doen we recht aan beide concepten en brengen tegelijkertijd de kwaliteit van het onderwijs een stap verder. In onze visie is de kern van deze verwevenheid dat we studenten uit verschillende disciplines/beroepen, culturen en landen groepsgewijs aan wicked (deel)problemen laten werken. Op deze wijze werken aan wereldburgerschap en internationalisering vraagt erom zorgvuldig de leeractiviteiten voor te bereiden: van de opdracht tot aan de doorvoering. Het vraagt er ook om dat docenten en studenten buiten de grens van de eigen discipline samenwerken (samenwerkend leren), ervaren wat het betekent om een kritische en democratische discussie te voeren en besluiten te nemen over mogelijke (deel)oplossingen, rekening houdend met diversiteit en inclusie en het lokale met het mondiale verbindend. Om de perspectiefwisseling nog te versterken raden we aan om COIL te gebruiken. Met deze position paper hopen we inzichten te hebben verschaft aan docenten die aan de slag willen met wereldburgerschap en internationalisering.
MULTIFILE