De zorgen om het risico van het COVID19-virus voor de volksgezondheid nopen tot hernieuwde aandacht voor zorg. Elke dag komt in het journaal wel een arts of de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport of een deskundige van het RIVM aan het woord. In de media kan iedereen de – vaak schrijnende – verhalen van verpleegkundigen, verzorgenden en professionals uit het sociaal werk lezen. Wij (werkzaam in kenniscentra van hogescholen waar verpleegkundigen, paramedici en sociale professionals worden opgeleid) juichen het toe dat er meer aandacht is voor zorg. We willen echter een aantal kanttekeningen plaatsen bij de manier waarop deze aandacht wordt ingevuld. We doen dit vanuit een zorgethisch perspectief, geïnspireerd door het werk van María Puig de la Bellacasa.
In this blog, we analyze the (potential) effects of the coronavirus on UN peacekeeping, making use of a number of recent blogs and reports from scholars and think tanks. We argue that peace operations are affected by the coronavirus on three levels: at the level of the operations themselves, at the level of the conflict context and, finally, at the structural level.
I remember the last conversations my former colleague José and I had one year ago. At that time, we were working in a small art gallery owned and controlled by a private company. We were placed in different positions, but both of us felt trapped and enslaved by the system. José went to India many times to learn wisdom from the wise religious thinkers. After returning, he quit smoking and became a vegetarian. He now lives at the border between two small European countries.
In september 2017 startten de lectoraten LEAN-World Class Performance en Automotive Research van de HAN University of Applied Sciences met het onderzoek ‘Werkplaats op Weg’ (cofinanciering door SIA middels het RAAK-MKB subsidieprogramma). Hierin werd de vraag beantwoord: “Wat betekenen alle technologische ontwikkelingen voor de gewenste inrichting van onze onderhoudsprocessen? Wat betekent dit voor acties die we nu en in de nabije toekomst moeten nemen?” De autowerkplaats van de toekomst zal - door innovaties in autotechnologieën, toenemende zorgen over het milieu en klimaat, en een veranderende toekomstvisie op mobiliteit - verschillen van huidige werkplaatsen. Deze ontwikkelingen leidden tot grote onzekerheid bij MKB-ondernemers, met name over de mogelijke effecten op de onderhoudsvraag van voertuigen. Werkplaats op Weg heeft het kennishiaat hieromtrent opgepakt. Op basis van specifieke casussen, interviews en praktijkonderzoeken zijn zes potentiële bedrijfstypes voor het MKB gedefinieerd. Deze zijn gelinkt aan de eerder beschreven technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. De relevantste technologische ontwikkelingen die hierin centraal stonden zijn Connected, Autonomous, Shared en Electric Vehicles (CASE; zie figuur 1). De analyse heeft geleid tot concrete en toegankelijke aanbevelingen en online tools. Hiermee kunnen bedrijven binnen de sector hun eigen strategische keuzes maken met betrekking tot het uitvoeren en organiseren van werkzaamheden in hun werkplaats. Tevens is vastgesteld welke consequenties er zijn voor automotive opleidingen. Resultaten van het onderzoek zijn verzameld op de website: www.werkplaatsopweg.nl Figuur 1: Resultaten Werkplaats op Weg Met behulp van de Top-Up willen we onderzoeken hoe ondernemers, onderwijzers en onderzoekers om kunnen gaan met onverwachte, disruptieve veranderingen zoals de Coronacrisis, als aanvulling op de eerdere bevindingen die vooral gericht waren op het omgaan met verwachte technologische innovaties. Gezien de enorme en radicale impact van de huidige coronacrisis, is dit het perfecte moment om de sector extra aandacht en ondersteuning hiertoe aan te bieden.
City Deal Kennis Maken > Maastricht City Deal Kennis Maken > Maastricht zet zich in voor de toekomstbestendigheid en vitaliteit van Maastrichtse buurten. Partners in het project zijn Gemeente Maastricht en de kennisinstellingen Zuyd Hogeschool en Universiteit Maastricht. Met deze gezamenlijke aanpak willen de partners tot een nauwere samenwerking op dit thema komen. Het project richt zich op twee specifieke wijken: Randwyck en Mariaberg en de thema’s 1) gezondheid en bewegen, 2) duurzaamheid en klimaatadaptatie, 3) meedoen en ontmoeten en 4) veilig en schoon. Interdisciplinair Interactie en samenwerking tussen verschillende vakgebieden staan centraal binnen City Deal Kennis Maken > Maastricht. De partners Gemeente Maastricht, Universiteit Maastricht en Zuyd Hogeschool brengen docenten, onderzoekers en studenten uit verschillende studierichtingen samen om een interdisciplinaire aanpak te ontwikkelen voor en met de bewoners betreffende de leefbaarheid in Mariaberg en Randwyck. Bewoners delen hun mening en ideeën over hun leefomgeving. Deze inbreng willen we op een toegankelijke en prettige manier faciliteren. Vanwege de uitbraak van het coronavirus komt deze belangrijke interactie onder druk te staan. Met het 3D Virtueel Platform willen we deze samenwerking deels in een virtuele omgeving plaats laten vinden. 3D Virtueel Platform Het 3D Virtueel Platform is een virtuele omgeving waarin bezoekers elkaar kunnen ontmoeten en van gedachten kunnen wisselen. Het platform is een bestaand concept en wordt al ingezet in de onderwijs-omgeving. Het 3D Virtueel Platform is ontwikkeld door de Maastricht Academy of Media Design and Technology van Zuyd Hogeschool, in samenwerking met Mozilla.
De uitbraak van het coronavirus heeft in Nederland geleid tot ongekende maatregelen, waarbij het maatschappelijke verkeer voor een groot deel werd stilgelegd op 15 maart 2020. Onder meer alle scholen, universiteiten, bibliotheken, cafés, kapperszaken, musea, bioscopen en restaurants sloten op last van de landelijke overheid hun deuren. Ook voor de podiumkunsten hebben de beperkende Coronamaatregelen geleid tot drastische veranderingen. Het was een aantal maanden niet toegestaan voor dansers, musici en circusartiesten om op te treden en het repeteren werd ook bemoeilijkt door de 1,5 meter richtlijnen. Studenten van kunsthogescholen konden niet gezamenlijk studeren en waren aangewezen op online onderwijs. Dit was een uitdaging, omdat juist de fysieke interactie bij podiumkunsten (dans, muziek en circus) essentieel is voor het leerproces van deze specifieke studentenpopulatie. Codarts (hogeschool voor de kunsten Rotterdam) wil juist in deze roerige tijden haar sterke positie op het gebied van praktijkgericht onderzoek binnen de podiumkunsten continueren en waar mogelijk versterken. Dit is een uitdaging, omdat door de pandemie het praktijkgericht onderzoek onder druk staat. Huidige onderzoekprojecten lopen vertraging op en het blijkt lastiger om nieuwe onderzoekstrajecten op te starten, doordat samenwerkingspartners prioriteit geven aan andere, Coronagerelateerde activiteiten. Codarts wil de SPRONG-impuls middelen inzetten om het praktijkgerichte onderzoek te versterken door intensiever samen te werken in bestaande netwerken en nieuw kansen aan te boren middels het oprichten van nieuwe samenwerkingsverbanden. Dat gebeurt aan de hand van drie werkpakketten: 1. Werkpakket 1: Continueren samenwerking binnen het Rotterdam Arts and Sciences Lab (RASL); 2. Werkpakket 2: Borging onderzoekslijn door oprichting van nieuwe fieldlabs. 3. Werkpakket 3: Uitbreiden onderzoekslijn door het uitwerken van een SPRONG aanvraag;