In het nieuwste nummer van de Nieuwe Meso, het vakblad voor bestuurders en schoolleiders in het basis, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs is het Focus-deel dit keer gewijd aan het opleiden van leraren. De gastredactie bestaande uit HvA-lector Marco Snoek, Fontys-lector Quinta Kools en de DNM-redacteuren Pieter Leenheer en Gerritjan van Luin belichten het thema vanuit verschillende invalshoeken: de initiële lerarenopleidingen, ervaringen van startende leraren, en de wijze waarop de initiële lerarenopleiding en professionalisering van ervaren leraren kan samenkomen in professionele leergemeenschappen en in lesson studies. Daarbij gaan de verschillende artikelen in op de rol van schoolleiders en besturen bij het opleiden van nieuwe leraren en het ondersteuning van professionaliseren van ervaren leraren.Het focusdeel bevat bijdragen van verschillende HvA medewerkers: Marco Snoek, Evelien van Geffen, Tom van Eijck en Ed van den Berg.
Green Urban Solutions is de overkoepelende benaming voor innovatieve toepassingen van groen in stedelijk gebied, zoals bijvoorbeeld groene daken, groene gevels, indoor groen en specifiek ontworpen aanplant op pleinen en perken. Ondanks de vele waarden die Green Urban Solutions genereren en het brede scala aan stakeholders die hier belang bij hebben, ontbreekt het tot nog toe aan solide business modellen voor Green Urban Solutions waarin deze stakeholders gekoppeld worden aan de verschillende waarden die ze genereren. Het doel van dit onderzoek is om drie nieuwe business modellen te ontwikkelen en een advies te geven voor het betrekken van stakeholders om deze modellen te versterken en te verwezenlijken. Hiervoor is de volgende hoofdvraag opgesteld: ‘’Wat is het Nederlandse business model voor Green Urban Solutions dat de schakel vormt met de stakeholders waar ze waarde voor creëert?’’.
MULTIFILE
In het recent gepubliceerde Integraal Zorg Akkoord (IZA) 2023-2026 wordt toegewerkt naar goede, toegankelijke en betaalbare zorg. Thema’s die in het akkoord worden genoemd zijn passende zorg, samenwerking tussen zorg en welzijn, strakke samenwerkingsafspraken, elektronische gegevens uitwisseling, versterking eerstelijnszorg. Maar ook: uitkomstgerichte zorg. Dit sluit aan bij het visiedocument van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD) ‘De diëtist en de diëtetiek in 2030’. Deze visie, voor en door diëtisten beschrijft het punt op de horizon en hoe we daar, vanuit een opgestelde veranderagenda hier naar toewerken. Hiervoor is het nodig dat (kosten)effectiviteit wordt aangetoond en is de integratie tussen praktijkvoering, onderwijs en onderzoek randvoorwaardelijk. Zowel de visie van de NVD en het IZA sturen er op aan dat diëtisten hun doelmatigheid moeten aantonen. Onder doelmatigheid verstaan we in dit project: - Onderzoek naar uitkomsten/effecten van hun eigen handelen in de praktijk - Dat diëtisten data kunnen inzetten voor reflectie op het eigen handelen en het bijsturen op kennis en kunde - Dat zij van hieruit effectieve en passende zorg kunnen aanbieden - Dat zij dit doen in samenwerking met overige zorgverleners, de patiënt zelf en vanuit doorverwijzing naar het sociaal domein - Dat zij onderdeel zijn van een (multidisciplinair) samenwerkingsverband om de samenwerking tot stand te laten komen Diëtisten zien de nut en noodzaak van deze ontwikkeling, echter missen zij handvatten om dit vorm te geven passend binnen hun huidige bedrijfsvoering en werkzaamheden. Het doel van dit project is dat het lectoraat Voeding, Diëtetiek en Leefstijl en de NVD (Academy), samen en in co-creatie (d.m.v. de methodiek Design Thinking) met diëtisten uit de eerstelijns- en tweedelijnszorg, een professionaliseringsaanbod ontwikkelen passend bij wensen en behoeften, zodat zij in staat zijn om in de toekomst doelmatigheid te kunnen aantonen en aan te sluiten bij de visie van de IZA en de NVD.
Deze Raak-Publiek aanvraag richt zich op het meer bewust bekwaam maken van de jeugd- en gezinsprofessionals in het handelen volgens pedagogische uitgangspunten. Kinderen worden niet altijd voldoende bij hun behandeling betrokken (recht op participatie) en doordat de professionals te weinig kennis hebben over (inter)nationale wetgeving resulteert dit in repressief handelen. Het opsluiten van kinderen bijvoorbeeld, zorgt ervoor dat kinderen zich niet optimaal kunnen ontwikkelen. Hoewel in de praktijk de aandacht veelal uitgaat naar diagnoses en behandeling of behouden en herstellen van orde, willen we laten zien dat een pedagogisch perspectief, waarin het belang en de ontwikkeling van het kind centraal staan, het uitgangspunt moet zijn in het werk van jeugdprofessionals. Gezamenlijke besluitvorming met ouders en kinderen staat daarbij voorop. Het doel van dit project is om allereerst de behoeften van professionals in de jeugdzorg in kaart te brengen om repressie te verminderen en ruimte te geven aan de autonomie van kinderen en ouders om daarmee vorm te geven aan de pedagogische opdracht die zij hebben. Daarbij is het belangrijk om inzicht te krijgen in pedagogische overwegingen van professionals bij (complexe) casussen op verschillende niveaus in de jeugdzorg en wat de gevolgen van het handelen zijn voor de (rechts)positie van kinderen en hun ouders. Op basis van inventariserend onderzoek worden dilemma’s, behoeften en vragen uit de breedte van de praktijk van jeugdzorg verzameld en gebundeld. Dit voedt het actieonderzoek waarin gewerkt wordt aan alternatieve aanpakken waarin ruimte is voor gezamenlijke besluitvorming met jongeren en ouders. Deze aanpakken komen voort uit een pedagogisch perspectief en dragen bij aan recht doen aan het kind. Op deze manier kan een stap worden gezet in het ontwikkelen van evidence based pedagogische aanpakken die bijdragen aan het verminderen van repressieve en beperkende maatregelen (drang en dwang) in de zorg.
Inclusieve cultuurparticipatie is voor mensen met een cognitieve beperking niet vanzelfsprekend, terwijl het wel een wezenlijke bijdrage kan leveren aan hun welzijn en deelname in de samenleving. Er zijn steeds meer artistiek ondernemers die zich richten op deze doelgroep, maar de matching tussen aanbod en doelgroep laat te wensen over en de kennis over hoe je dat doet wordt nog weinig breed gedeeld. In dit project werken we op basis van recente wetenschappelijke en praktijk-inzichten met en voor artistiek aanbieders, de doelgroep en zorgprofessionals aan het ontwikkelen van een platformconcept voor online ontmoeting en vraag-aanbod matching. Dit platform staat symbool voor het samenkomen van de wereld van sociale zorg en de wereld van kunst- en cultuur. Dit doen we in een actieonderzoek met een brede leergemeenschap gefaciliteerd door een onderzoeker vanuit het sociale domein (HAN) en een onderzoeker vanuit het kunstendomein (ArtEZ), met studenten van HAN en ArtEZ, en ondersteund door een adviesraad van landelijke experts vanuit praktijk en wetenschap. Het project draagt bij aan betere maatschappelijke participatie van doelgroepen met een chronische conditie of beperking en aan de ontwikkeling van economische kansen en professionalisering voor artistiek ondernemers. Bovendien willen we in het project de voorwaarden realiseren voor langjarig commitment tussen de consortium-partners om tot een gezamenlijke RAAK-PRO aanvraag te komen op basis van de uitkomsten van dit project.