Sportaccommodaties en sportevenementen zijn niet meer weg te denken in ons (sport- en bewegings) landschap. Ze creëren mogelijkheden om te sporten en te bewegen, trekken fans, toeschouwers en in die zin ook sponsors aan, en vormen een interessant communicatie-instrument voor steden en regios. Bovendien komen sportaccommodaties en sportevenementen met private dan wel publieke middelen tot stand. Met sporters, supporters, sponsors, commerciële partners en overheden als belangrijke stakeholders dringt ook een specifieke management- en marketingbenadering van sportaccommodaties en sportevenementen zich op. In het boek Geen sportcultuur zonder sportinfrastructuur wordt uitvoerig aandacht besteed aan het beleid, het management en de marketing van sportaccommodaties en sportevenementen. Het boek onderscheidt zich van andere boeken met betrekking tot sportaccommodaties en sportevenementen, enerzijds door de focus op de Lage Landen en anderzijds door de multidisciplinaire benadering. Onder redactie van Jeroen Scheerder en Steven Vos geven meer dan dertig experts uit Nederland en Vlaanderen wetenschappelijk onderbouwde en/of beleidsrelevante inzichten in diverse beheers- en beleidsaspecten van sportaccommodaties en sportevenementen. Geen sportcultuur zonder sportinfrastructuur is geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het management en de marketing van sportaccommodaties en sportevenementen.
De wereldwijde COVID-19 crisis heeft de dagelijkse werkzaamheden in het onderwijs en onderzoek ernstig verstoord. De kennisgemeenschap ontmoet elkaar digitaal, onderzoeksprojecten worden uitgesteld, stilgelegd. Aan de andere kant komt de urgentie van verschillende domeinen volop in beeld met een hele duidelijke impact van ‘applied sciences’ op de maatschappij. De effecten van de crisis geven extra uitdagingen om door te bouwen aan praktijkgericht onderzoek en de daarbij benodigde infrastructuur. Hiermee wordt de regionale impact versterkt en worden de verschillende maatschappelijke transities versneld. De beschikbare middelen € 475.000,= worden ten behoeve van de doorontwikkeling van praktijkgericht onderzoek als volgt, drieledig, geïnvesteerd: 1. het op peil houden van de beschikbaarheid van onderzoekspersoneel 2. professionalisering van datamanagement. Het betreft ondersteuning met het accent op het uitbouwen van de digitale voorzieningen. 3. strategische positionering en profilering van praktijkgericht onderzoek: communicatie en profilering, netwerkvorming, het onderhouden van partnerschappen
In de samenleving wordt dagelijks schriftelijk en digitaal gecommuniceerd met burgers om ze te informeren, te betrekken en aan te zetten tot participatie. Helaas heeft ten minste 18 % van alle Nederlanders moeite met het begrijpen van alledaags taalgebruik en nog meer met de taal gebruikt door de overheid, publieke sector en hulpverlening. Moeilijk taalgebruik en een afstandelijke toon hebben een uitsluitende werking en vergroten de kloof tussen professionals en burgers: cliënten begrijpen hun eigen zorgplan niet, huurcontracten worden verkeerd geïnterpreteerd, financiële voordelen worden misgelopen. Burgers haken af, voelen zich niet verbonden en ervaren problemen omdat ze de ingewikkelde samenleving niet kunnen bijbenen. Professionals in verschillende sectoren vinden het problematisch dat veel mensen waarmee zij samenwerken hen niet begrijpen of zich niet fijn bejegend voelen. Hun taalboodschappen sluiten onvoldoende aan en zetten niet aan tot adequaat handelen waardoor professionals niet bereiken wat ze willen bereiken met burgers en deze laatsten voordelen mislopen en zelfs, nadelen ondervinden. Taalboodschappen dienen zo geformuleerd dat burgers deze begrijpen, zich verbonden voelen en zelfstandig tot handelen kunnen komen, zonder dat dit leidt tot aanvullende hulpvragen of negatieve emoties. Dit leidt tot de centrale onderzoeksvraag: Op welke wijze kunnen professionals begrijpelijke taal in schriftelijke en digitale communicatie met burgers hanteren en duurzaam inzetten binnen verschillende maatschappelijke domeinen ? Drie hogescholen onderzoeken via een participatief actieonderzoek in 3 werkpakketten met professionals én burgers in de publieke sector, zorg,- en welzijnsorganisaties hoe professionals taalboodschappen kunnen versterken in begrijpelijke taal die (1) acceptabel is voor burgers, (2) professionals en burgers verbindt om gezamenlijk tot betekenis te komen en (3) burgers versterkt in eigen regie en kracht waardoor zij handelingsopties zien. Het project ‘Nu begrijp ik je! (en doe ik mee)’ wil bijdragen aan een inclusieve samenleving doordat professionals begrijpelijke taal hanteren met burgers in verschillende contexten.