Kijkend naar de ontwikkelingen in de medische en farmaceutische zorg, concludeer ik dat het belang van innovaties niet altijd in overeenstemming is met de snelheid waarmee die innovaties hun plek krijgen in het standaardhandelingsarsenaal van zorgverleners. Veranderingen in de zorg gaan vaak langzaam en doorbraken worden slecht herkend. De vraag is hoe dit komt. Er blijken vele factoren van invloed op het mogelijke succes van een innovatie. Van groot belang is het inzicht dat innoveren meer is dan iets bedenken en dan maar aannemen dat het wel zal worden opgepikt door de (potentiële) doelgroep. Het aan de man brengen (‘dissemineren’) van de innovatie is mede bepalend voor een succesvolle implementatie. In de farmaceutische zorg is voor deze overbruggingsfunctie een belangrijke rol weggelegd voor de farmakundige. Mijn lectoraat, dat is gekoppeld aan de opleiding Farmakunde, zal zich bezighouden met het onderzoek naar het proces om farmaceutische innovaties te dissemineren. In deze openbare les licht ik de context en consequenties van dit onderzoeksthema nader toe. Ik begin met een uitleg van de farmakundige en diens toegevoegde waarde in het werkveld (hoofdstuk 1), en vervolg met een korte beschrijving van recente veranderingen binnen de zorg (hoofdstuk 2). In het begeleiden van die veranderingen ligt een belangrijke meerwaarde van de farmakundige, en de missie van dit lectoraat. Daarna (hoofdstuk 3) beschouwen we het innoveren in de (farmaceutische) gezondheidszorg in meer detail. Hoofdstuk 4 geeft diverse handvatten voor het kiezen van de juiste interventies om de afstand tussen de innovator en de toekomstige gebruiker te overbruggen en zodoende de toegang voor de gebruiker tot de innovatie te verbeteren. De keuze van de onderzoekslijnen van mijn lectoraat, zoals in hoofdstuk 5 beschreven, is daarvan afgeleid
De focus binnen het lectoraat is gericht op botsende waarden. Publieke organisaties onderscheiden zich op vele punten van private organisaties en hebben unieke publieke waarden. In vele westerse en niet westerse landen zien wij New Public Management opkomen. De kern van deze benadering is dat de verschillen tussen publieke en private organisaties helemaal niet zo groot zijn en dat publieke organisaties kunnen leren van het bedrijfsleven. In het onderzoek van het lectoraat wordt, aan de hand van het thema prestatiemeting, nagegaan in hoeverre er sprake is van botsende waarden, hoe deze botsing tot uitdrukking komt en welke alternatieven er zijn. Het onderzoek van het lectoraat richt zich vooral op prestatiemeting in de publieke sector, waarbij prestatiemeting zowel wordt beschouwd op het niveau van de individuele werknemer als op het niveau van de publieke organisatie als geheel.
Door ruimte een bepaalde vorm te geven en op een bepaalde manier in te richten, kunnen mensen in die ruimte een door hen gewenste sfeer creëren. In een klassiek vakgebied als architectuur en een jong interdisciplinair vakgebied als facility management wordt kennis ontwikkeld om die beoogde sfeer ook daadwerkelijk te kunnen realiseren, bijvoorbeeld voor organisaties en bedrijven. Huiselijkheid is daarbij een populair thema. Maar wat maakt een ruimte eigenlijk huiselijk? En hoe verhoudt die huiselijke sfeer zich tot het werk van mensen?
Het inzetten van kunst ter bevordering van positieve gezondheid krijgt de afgelopen jaren steeds meer aandacht. Organisaties in zorg en welzijn, zoals Careyn, Buurtzorg en DOCK in Utrecht zien de meerwaarde van kunst, maar hebben geen handvatten, kennis en vaardigheden om dit in te zetten. Culturele instellingen, waaronder wijkcultuurhuis Het Wilde Westen, willen graag een bijdrage leveren aan het versterken van het zorg- en welzijnsdomein. Om de kracht van kunst te gebruiken en de kansen die daarin liggen te benutten, wil men een verbinding leggen tussen deze domeinen. In het in deze aanvraag voorgesteld project wordt, op basis van participatief actieonderzoek, samen met wijkbewoners, kunstenaars, onderzoekers en welzijns- en zorgprofessionals gewerkt aan een wegwijzer voor het inzetten van kunst ter bevordering van positieve gezondheid. Deze wegwijzer vormt de basis voor een verkenning om de samenwerking tussen domeinen te versterken, elkaars taal te leren spreken en te experimenteren met het inzetten van kunst in het welzijns- en zorgdomein. In het participatief actieonderzoek, uitgevoerd door het lectoraat Participatie en Stedelijke Ontwikkeling van de Hogeschool Utrecht, wordt gewerkt met zogeheten living labs waarin wijkbewoners, kunstenaars, zorgprofessionals, welzijnsprofessionals, docenten en studenten deelnemen. Het project wil bijdragen aan positieve gezondheid en aan inclusieve cultuurparticipatie. Doel is om inzicht te krijgen in de ontwerpprincipes die van belang zijn bij het inzetten van kunst in wijkgericht werken ten behoeve van positieve gezondheid. We willen hiermee een basis leggen voor een langdurige samenwerking tussen de consortium-partners om zo een bijdrage te leveren aan de verbinding van verschillende domeinen waarin bewoners centraal komen te staan. Het project wil meer specifiek via kunst bijdragen aan het opbouwen en versterken van een interdisciplinair netwerk bestaande uit culturele-, welzijns- en gezondheidsorganisaties.