Ellen Weerman gaf haar kijk op de klimaatrobuuste landschappen in de Peelhorst in 2035. Welke vernattingscenario’s zijn er als we hydrologie bij de breuken benutten? Wat is de Lagenbenadering en hoe kunnen we dat gebruiken? Hoe ziet het gebied en de landbouw er mogelijk uit in 2035? Denk aan natte teelten die natuur en landbouw verbinden.
DOCUMENT
Evaluation of the hydrological performance of grassed swales usually needs long-term monitoring data. At present, suitable techniques for simulating the hydrological performance using limited monitoring data are not available. Therefore, current study aims to investigate the relationship between saturated hydraulic conductivity (Ks) fitting results and rainfall characteristics of various events series length. Data from a full-scale grassed swale (Enschede, the Netherlands) were utilized as long-term rainfall event series length (95 rainfall events) on the fitting outcomes. Short-term rainfall event series were extracted from these long-term series and used as input in fitting into a multivariate nonlinear model between Ks and its influencing rainfall indicators (antecedent dry days, temperature, rainfall, rainfall duration, total rainfall, and seasonal factor (spring, summer, autumn, and winter, herein refer as 1, 2, 3, and 4). Comparison of short-term and long-term rainfall event series fitting results allowed to obtain a representative short-term series that leads to similar results with those using long-term series. A cluster analysis was conducted based on the fitting results of the representative rainfall event series with their rainfall event characteristics using average values of influencing rainfall indicators. The seasonal index (average value of seasonal factors) was found to be the most representative short rainfall event series indicator. Furthermore, a Bayesian network was proposed in the current study to predict if a given short-term rainfall event series is representative. It was validated by a data series (58 rainfall events) from another full-scale grassed swale located in Utrecht, the Netherlands. Results revealed that it is quite promising and useful to evaluate the representativeness of short-term rainfall event series used for long-term hydrological performance evaluation of grassed swales.
DOCUMENT
Saturated hydraulic conductivity (Ks) of the filler layer in grassed swales are varying in the changing environment. In most of the hydrological models, Ks is assumed as constant or decrease with a clogging factor. However, the Ks measured on site cannot be the input of the hydrological model directly. Therefore, in this study, an Ensemble Kalman Filter (EnKF) based approach was carried out to estimate the Ks of the whole systems in two monitored grassed swales at Enschede and Utrecht, the Netherlands. The relationship between Ks and possible influencing factors (antecedent dry period, temperature, rainfall, rainfall duration, total rainfall and seasonal factors) were studied and a Multivariate nonlinear function was established to optimize the hydrological model. The results revealed that the EnKF method was satisfying in the Ks estimation, which showed a notable decrease after long-term operation, but revealed a recovery in summer and winter. After the addition of Multivariate nonlinear function of the Ks into hydrological model, 63.8% of the predicted results were optimized among the validation events, and compared with constant Ks. A sensitivity analysis revealed that the effect of each influencing factors on the Ks varies depending on the type of grassed swale. However, these findings require further investigation and data support.
DOCUMENT
In ons dagelijkse leven hebben we veel met technologie te maken, vaak met interactieve, informatie-gerichte technologie: als consument doen we online boodschappen – zeker in deze pandemische tijd; als reiziger in het openbaar vervoer plannen en betalen we onze reis met interactieve technologie – nu weliswaar even wat minder; als weggebruiker navigeren we op basis van technologie; en ons energieverbruik in huis wordt ‘smart’ gemeten en geadministreerd. Als burger staan we steeds vaker middels technologie in contact met overheden. Denk aan alle online communicatie met de overheid, zo als de belastingdienst en gemeenten die middels apps, websites en de ‘Berichtenbox’ van ‘MijnOverheid’ met burgers communiceren. En er wordt over burgers en ons gedrag al heel wat data verzameld, door gemeenten, de politie, door bijvoorbeeld de zorgsector. En ook in de publieke ruimte wordt data verzameld – met smart city technologie, zoals camera’s en sensoren – met als doel om de stad veiliger, efficiënter en leefbaarder te maken. Al die ‘big data’ maakt het mogelijk om inzichten te genereren – al dan niet met kunstmatige intelligentie – en besluiten te nemen. We gebruiken technologie ook om als burger zelf actie te ondernemen. Bij de overheid kunnen we met apps melden wat er op straat verbeterd of onderhouden moet worden. Met onze buren zitten we in een WhatsApp groep of NextDoor, om bij te dragen aan de leefbaarheid en veiligheid van de buurt. We kunnen met smart home tools of citizen science kits de luchtkwaliteit meten, binnenshuis, maar ook buitenshuis. We tekenen petities, doen mee aan peilingen en enquêtes. En social networking sites (SNS) worden intensief gebruikt, voor sociale en professionele relaties, maar ook om maatschappelijk actief te zijn, voor het organiseren van het samenleven in een buurt. We weten inmiddels dat social media ook een effectief kanaal zijn om de democratie te beïnvloeden. Burgers komen dus in aanraking met veel verschillende technologieën, met verschillende doelstellingen, resultaten en bijeffecten, en waaraan mensen in allerlei functies en rollen deelnemen. Wat centraal staat in het vakgebied Civic Technology is dat de technologie in dienst staat van het burgerschap.
DOCUMENT
Binnen het Expertisecentrum Gezondheidszorg en Technologie van Fontys (Fontys EGT1) loopt het meerjaarse project Verpleeghuis van de Toekomst (VETO). Binnen Fontys EGT wordt ruimte gegeven aan een minor gezondheidszorg en technologie aan derdejaars studenten, stagiaires en afstudeerders. Studenten werken in interdisciplinaire groepen aan projecten en onderwijs, onder andere aan het maken van prototypes die met eindgebruikers getest worden.
DOCUMENT
Dit project richt zich op het verbeteren van ons begrip van landschapsveranderingen als gevolg van bodemdaling, veranderingen in hydrologie en de invloed van klimaatveranderingen in Nederland. Door gebruik te maken van historische luchtfoto's willen we nauwkeurige digitale terreinmodellen produceren die inzicht geven in hoe het landschap de afgelopen decennia is veranderd. Traditionele methoden voor het monitoren van deze veranderingen zijn niet voldoende nauwkeurig of hebben niet de noodzakelijke resolutie om deze processen goed in kaart te kunnen brengen. Ons project biedt een innovatieve oplossing door geavanceerde fotogrammetrische software te gebruiken om nauwkeurige maaiveldhoogtes uit historische luchtfoto's te extraheren. Dit zal resulteren in een dataset die vergelijkbaar is met het Algemeen Hoogtemodel Nederland (AHN). Samen met RAAP Archeologisch Adviesbureau en de Omgevingsdienst Midden-Holland (ODMH) zullen we deze methode testen en de resultaten vergelijken met bestaande datasets. Dit zal ons helpen om de nauwkeurigheid en bruikbaarheid van de geproduceerde terreinmodellen te evalueren. De resultaten van dit onderzoek zullen waardevolle inzichten bieden voor datagestuurd bestuur en besluitvorming, en kunnen bijdragen aan betere ruimtelijke ordening, waterbeheer, erfgoedbescherming en maatregelen voor bodemdaling. Het project heeft een looptijd van één jaar en bestaat uit vier werkpakketten: dataverzameling en voorbereiding, fotogrammetrische verwerking, validatie en analyse, en disseminatie en implementatie. Samen met onze praktijkpartners passen we de onderzoeksresultaten waar mogelijk direct toe in het lopende project. Dit project combineert historische gegevens met moderne technologieën om een beter begrip te krijgen van bodemdaling, wat essentieel is voor het beheer en de bescherming van onze leefomgeving.
De Flevolandse bodem is relatief jong. De kwaliteit voor agrarisch gebruik was goed, maar kent een dalende trend. Dit komt voor een belangrijk deel door bodemdaling (natuurlijke inklinking en veenoxidatie) en bodemverdichting (aantasting van de bodemstructuur en afname van poriënvolume en doorlatendheid door agrarische praktijken). Hiermee dreigt de (voedsel-)productiecapaciteit terug te lopen in een provincie waar de productiestructuur voornamelijk is gericht op agribusiness. Bodemverdichting en –daling zijn ook bepalend voor het waterbergend vermogen, de af- en uitspoeling van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen naar grond- en oppervlaktewater en de biodiversiteit van het bodemleven. Dit zijn dan ook belangrijke factoren in het beleid rondom duurzaam bodem en waterbeheer. Vanuit de agrarische sector maar ook bij waterschappen en provincies is grote behoefte aan meer inzicht op de huidige staat en het handelingsperspectief op korte en lange termijn. Het voorgestelde onderzoek richt zich in de eerste plaats op het verkrijgen van meer begrip van achterliggende mechanismen, ontwikkeling en validatie van innovatieve meettechnieken om bodemverdichting en –daling in kaart te brengen, inzicht in ruimtelijke variabiliteit (en achterliggende oorzaken) en gevolgen van bodemverdichting en -daling (landbouwkundig, hydrologisch, biologisch). Daarnaast beoogt dit project efficiënte, economisch rendabele (locatie-specifieke) oplossingen te ontwikkelen om de bodem (-hydrologie/chemie) ook voor de langere termijn gezond te houden en daarmee op een duurzame manier voedsel te produceren. De samenwerking leidt tot nieuwe kennis en inzichten, toepassing in de dagelijkse praktijk en inbedding in de opleiding aan de Aeres Hogeschool, o.a. door kennisontwikkeling bij studenten (de toekomstige agrariërs en adviseurs) en docenten over nieuwe digitale- en sensortechnieken.
Het aantal ouderen in ons land neemt toe en mensen willen en moeten langer thuis wonen. Zo zal de verpleeghuiscapaciteit afnemen en de zorg thuis en zelfzorg toenemen. Ook kunnen mantelzorgers en zorgprofessionals baat hebben bij extra ondersteuning. Technologie kan hiervoor een oplossing bieden.
DOCUMENT
De bacheloropleidingen Verpleegkunde in Nederland staan voor de uitdaging het nieuwe beroepsprofiel Bachelor Nursing 2020 te vertalen naar het onderwijs. Een deel van het nieuwe curriculum gaat over de inzet van eHealth. In dit document worden 14 verpleegkundige beroepstaken omschreven waarbij eHealth wordt ingezet. Beschreven wordt welke kennis, vaardigheden en houding van een verpleegkundige worden gevraagd om elke eHealth-taak zelfstandig uit te voeren. Elke taak wordt gekoppeld aan kernbegrippen van Bachelor Nursing 2020 en aan relevante CanMEDS-rollen.
DOCUMENT