Een gesprek tussen Glenn Helberg en Doortje Kal. Identiteit en identiteitsbeleving zijn sleutelbegrippen in de huidige pluriforme en globaliserende samenleving. Hulpverleners werken met mensen van wie de identiteit en identiteitsontwikkeling mede worden bepaald door maatschappelijke uitsluiting. Het is een opgave voor de professional om verandering te brengen in de negatieve gevolgen van uitsluiting, ten gunste van een volwaardig burgerschap met kansen en mogelijkheden voor scholing en werk.
DOCUMENT
Identiteitsnetwerken (netwerken die zich richten op een doelgroep met een minderheidsidentiteit), zoals bijvoorbeeld een Turkse studentenvereniging, een vrouwenorganisatie of een Pride bedrijfsnetwerk, worden in onze samenleving vaak met enig wantrouwen of scepsis bekeken. Ze worden dikwijls beschouwd als plekken van afzondering van de rest van de maatschappij, als vormen van segregatie en als onwil om aan te passen. ‘Waarom moet dat nou, zo’n netwerk alleen voor vrouwen?’ of: ‘Willen jullie niet integreren?’ Voor onderwijsinstellingen, gemeenten en bedrijven blijkt het daardoor soms lastig om zich te verhouden tot identiteitsnetwerken en om specifiek doelgroepenbeleid te ontwikkelen (zoals bijvoorbeeld het ondersteunen van netwerken van studenten met een religieuze achtergrond of het organiseren van summerschools voor eerstegeneratie studenten, wier ouders geen hoger onderwijs hebben genoten. De vraag rijst dan: wil de instelling een netwerk of initiatief subsidiëren als dit niet voor iedereen is? Kan een netwerk wel een gesprekspartner zijn wanneer de indruk bestaat dat het netwerk maatschappelijke participatie in de weg staat of opvattingen heeft die niet stroken met de organisatiedoelen? Voor netwerken en doelgroepgerichte initiatieven op hun beurt is het soms lastig om hun bestaansrecht en waarde uit te leggen, en soms moeten zij zich verantwoorden over het feit dat zij zich richten op een specifieke doelgroep. In deze bijdrage werpen we licht op de waarde van identiteitsnetwerken aan de hand van verschillende empirische onderzoeken, waaronder een recent onderzoek naar de rol van identiteitsnetwerken onder Amsterdamse jongeren met een migratieachtergrond.
DOCUMENT
De rol van de Haagse Hogeschool in de multiculturele samenleving.
DOCUMENT
Het huidige beeld in Nederland over Marokkanen is overwegend negatief. Marokkaans-Nederlandse hbo-studenten proberen zich te wapenen tegen negatieve stereotypering door zich te focussen op hun studieloopbaan. Ze geloven sterk in emancipatie en vooruitgang via het onderwijs. Het langjarige praktijkonderzoek van Machteld de Jong toont aan dat deze studenten nauwelijks openlijk in verzet komen tegen heersende opvattingen, maar evenmin assimilatie nastreven. Ze proberen verschillende deelidentiteiten te combineren om daarmee een eigen route te kiezen naar een volwaardige plaats in de Nederlandse samenleving. Het leven van deze Marokkaans-Nederlandse hbo-studenten is daarmee een voortdurend balanceren tussen verschillende loyaliteiten: de eigen (etnische) gemeenschap, de hogeschool, maar ook de Nederlandse samenleving. Dit boek laat de veerkracht en ambitie van deze jongeren zien en hun geloof in een succesvolle toekomst als Marokkaan, Nederlander én moslim.
MULTIFILE
dr. Maike Kooijmans sprak op 21 februari 2025 haar afscheidsrede uit. De afscheidsrede geeft een overzicht van acht jaar onderzoek in haar lectoraat Opvoeden voor de Toekomst. Verhalen en resultaten van acht jaar lectoraatswerk, met een vooruitblik in de toekomst.
DOCUMENT
Lectoraten doen onderzoek naar de kracht van diversiteit. Inholland wil inzetten op de kracht van diversiteit. Dat is actueel en urgent, maar weten we wel voldoende over hóe we dat als hogeschool kunnen doen? Bijvoorbeeld: Hoe kunnen we studenten zo leren omgaan met diversiteit dat zij toegerust worden om diversiteit (in al zijn vormen) als kracht in te zetten tijdens hun opleiding en stage, en later in hun loopbaan. En: Welke kwaliteiten hebben docenten daarvoor nodig en welke eisen stelt dat aan de leeromgeving (binnen de hogeschool en op stageplekken)? Vijf lectoraten van Hogeschool Inholland hebben samengewerkt om antwoord te geven op dergelijke vragen. Het gaat daarbij om de lectoraten Dynamiek van de Stad; Jeugd en Samenleving; Diversiteitsvraagstukken; Media, Cultuur & Burgerschap en Pedagogisch-didactisch Handelen. Het onderzoek richtte zich op studenten en docenten van Hogeschool Inholland en op professionals in het beroepenveld die stageplekken aanbieden aan de studenten van verschillende opleidingen. Het onderzoek is uitgevoerd in Amsterdam, Diemen en Rotterdam, bij vier verschillende opleidingen: Social Work, Pedagogiek, Business Studies en Communicatie. Deze en ook andere opleidingen kunnen met de resultaten en aanbevelingen aan de slag. Binnenkort komt er ook een factsheet en wordt het rapport besproken in de Community of Practice Diversitiet van Hogeschool Inholland.
DOCUMENT
Hoofdstuk (65-67) in DIVERS: slotpublicatie van het ZonMw-programma Diversiteit en Jeugdbeleid
DOCUMENT
22 docenten van de opleiding Social Work van Inholland Rotterdam hebben de deur van hun leslokaal opengezet voor een onderzoek naar de manier waarop inhoud en vorm wordt gegeven aan het opleiden tot diversiteitsbewust vakmanschap. Na iedere geobserveerde les hebben zij gereflecteerd op de lesgebeurtenissen en de lesaanpak. Door de lesobservaties en de gesprekken konden we ons een beeld vormen van de huidige lespraktijk ten aanzien van kwesties van diversiteit en sociale ongelijkheid, de achtergronden daarvan, en de mogelijkheden voor verbetering. We zijn de docenten erkentelijk voor hun medewerking en hopen dat dit onderzoeksrapport zal helpen in de verdere ontwikkeling van het diversiteitsbewust vakmanschap van docenten en studenten, de de toekomstige sociaal werkers, te versterken. Met als uiteindelijke resultaat een verbetering van de toegankelijkheid en de afstemming van de voorzieningen voor kinderen en jongeren (en hun ouders) op de diversiteit van de doelgroep.
DOCUMENT
Identiteit is 'in' en complex. Kan de professionele bestuurder als spil van identiteit fungeren? Hoe operationaliseren zij het begrip identiteit? Dit sensibiliserend, kwalitatief onderzoek heeft als centrale vraag: Wat denken bestuurders van het onderwerp identiteit en hoe operationaliseren zij 'identiteit'? Bestuurders van basisscholen zijn wel in staat een aantal aspecten van identiteit te beschrijven, maar zij zijn - door onvoldoende kennis over het begrip identiteit - niet in staat om het goed te operationaliseren. Het hanteren van (kern)doelen en competenties rond identiteit zou meer aandacht moeten krijgen in de praktijk en opleiding.
DOCUMENT
Hoofdstuk 10 in Moresprudentie in de praktijk. In dit hoofdstuk maakt Ed de Jonge een onderscheid tussen de professionele identiteit van enerzijds beroepsbeoefenaren en anderzijds beroepen. Hij betoogt dat de professionele identiteit van beroepen primair is gelegen in het realiseren van humanitaire waarden. Voor de professionele identiteit van beroepsbeoefenaren betekent dit dat zij ethiekwerk dienen te verrichten, en als onderdeel daarvan identiteitswerk. Voorbeelden van zulke werkzaamheden kunnen worden ontleend aan de casus waarmee het hoofdstuk opent.
DOCUMENT