Leer- en Innovatie-Netwerk (LIN) Een Leer- en InnovatieNetwerk (LIN) is een intensieve samenwerking tussen een zorginstelling en het onderwijs. Studenten, verpleegkundigen en verzorgenden werken er samen aan kwaliteits- projecten die voortkomen uit vragen en behoeften van de werkvloer. Altijd met als doel de kwaliteit van de zorg en het welzijn van de cliënten binnen de instelling te verhogen en interventies te ontwikkelen die dit mogelijk maken.
DOCUMENT
A B S T R A C T Background: Approximately 4 years ago a new concept of learning in practice called the ‘Learning and Innovation Network (LIN)’ was introduced in The Netherlands. To develop a definition of the LIN, to identify working elements of the LIN in order to provide a preliminary framework for evaluation, a concept analysis was conducted. Method: For the concept analysis, we adopted the method of Walker and Avant. We searched for relevant publications in the EBSCO host portal, grey literature and snowball searches, as well as Google internet searches and dictionary consults. Results: Compared to other forms of workplace learning, the LIN is in the centre of the research, education and practice triangle. The most important attributes of the LIN are social learning, innovation, daily practice, reflection and co-production. Often described antecedents are societal developments, such as increasing complexity of work, and time and space to learn. Frequently identified consequences are an attractive workplace, advancements of expertise of care professionals, innovations that endorse daily practice, improvement of quality of care and the integration of education and practice. Conclusions: Based on the results of the concept analysis, we describe the LIN as ‘a group of care professionals, students and an education representatives who come together in clinical practice and are all part of a learning and innovation community in nursing. They work together on practice-based projects in which they combine best practices, research evidence and client perspectives in order to innovate and improve quality of care and in which an integration of education, research and practice takes place’. We transferred the outcomes of the concept analysis to an input-throughput-output model that can be used as a preliminary framework for future research.
DOCUMENT
Innoveren in de zorg betreft het ontwikkelen en implementeren van nieuwe producten, diensten of werkwijzen die aansluiten op de behoeften van de cliënten, familie en/of medewerkers van de zorgorganisatie. Technologie wordt gezien als één van de oplossingen voor het realiseren van kwalitatief goede, betaalbare en toegankelijke zorg en voor het oplossen van het personeelstekort. Innoveren met technologie is echter complex. Zo sluit technologie nog niet altijd naadloos aan op de wensen en behoeften van eindgebruikers en is acceptatie en adoptie van technologie geen vanzelfsprekendheid. Brede implementatie en opschaling van technologie is een enorme uitdaging. In het licht van de omvang en complexiteit van bovenstaande uitdaging lijkt samenwerking evident. Maar de mate en intensiteit kan behoorlijk verschillen, al naar gelang doelen en ambities.
DOCUMENT
Het project ‘Circulaire Business Modellen in een Innovatienetwerk’ beoogt ondersteuning te bieden aan het MKB bij het verkennen van afzetmogelijkheden van reststromen en de opzet van een business model rondom het ‘van afval naar grondstof’ systeem. De casuïstiek in dit project is gericht op de opwaardering van (niet-herdraagbaar) textiel. De Nederlandse textielbranche biedt grote kansen voor hergebruik van producten en materialen. Jaarlijks wordt in Nederland 75 miljoen kilo textiel ingezameld. Ongeveer 135 miljoen kilo verdwijnt echter nog bij het restafval. Zeker 65% van de weggegooide textiel kan prima gerecycled worden. De ingezamelde niet-herdraagbare kleding kan worden verwerkt tot een breed scala van producten, enerzijds laagwaardig, zoals poetsdoeken, dweilen, dekens en isolatiemateriaal, anderzijds hoogwaardig door garenontwikkeling met een gerecyclede post consumer content. Vervezeling van textiel gebeurt in Nederland alleen bij Frankenhuis in Haaksbergen. Door vervezeling van textiel kunnen kwalitatief goede vezels herwonnen worden. Uit deze vezels kunnen vervolgens weer nieuwe producten worden gemaakt, lastige factor is de vezelsamenstelling en kleur mengeling. Daarbij ligt de uitdaging in het vinden van afzet voor deze verschillende stromen binnen een rendabele business case. Noble Environmental Benelux BV is een bedrijf dat inspeelt op cellulose houdende reststromen die overal ter wereld aanwezig zijn. Het bedrijf heeft een technologie ontwikkeld waarbij cellulose houdende reststromen zonder toevoeging van andere materialen omgezet kunnen worden in alternatieve voor op hout en op papier gebaseerde materialen. Dit materiaal, ECOR, is een geavanceerd omgevingscomposiet gevormd door de conversie van overvloedige cellulosevezels, druk en warmte. Beide bedrijven staan voor de uitdaging de juiste reststromen te identificeren en het vinden van bijbehorende afzetkanalen. Hiermee samenhangend ligt er een grote uitdaging in de afspraken en afstemming tussen de partners en belanghebbenden. Voor een circulaire systeem is het denken in waardennetwerken het uitgangspunt. Dit projectvoorstel beoogt de vraag te beantwoorden: Welke factoren spelen een rol bij de ontwikkeling van een circulair business model rondom de verwaarding van een cellulose reststroom in een innovatienetwerk? Mogelijkheden en valkuilen worden hierbij expliciet gemaakt. Het project wil een bijdrage bieden aan het versnellen van de transitie naar een circulaire economie door ondersteuning te bieden bij het identificeren van afzetmogelijkheden van reststromen en bij de ontwikkeling van circulaire business modellen, waarbij verschillende partners samen werken in een innovatienetwerk. Dit onderzoek wordt ondersteund door bestaande en eerder ontwikkelde tools op het gebied van duurzame innovatie en partnerschappen.
Het KANNN is het kennis- en innovatienetwerk voor bedrijven die deelgenomen hebben aan de Koploperprojecten: een eenjarig traject dat ondernemers ondersteunt bij verduurzaming. Wij verbinden bedrijven en onderwijsinstellingen om duurzaamheidsvraagstukken op te lossen en kennis te delen. Dit doen we via workshops, kennissessies en een helpdesk die bedrijfsuitdagingen vertaalt naar studentenopdrachten en onderzoeksprojecten. Ons netwerk richt zich op brede duurzaamheidsthema’s, waaronder klimaattransitie, en draagt bij aan systeemverandering. We versnellen innovatie door samenwerking en onderzoek. Met deze subsidie willen we onze activiteiten verder professionaliseren en opschalen.
De wereld van de klassieke muziek verandert snel. We worden geconfronteerd met spannende uitdagingen en vragen, zoals de ontwikkeling van innovatieve concertsettings of het creëren van nieuwe publieksbetrokkenheid. De onderzoeksactiviteiten, welke bestaat uit desk research, een vragenlijst en gesprekken met stakeholders, maken deel uit van een onderzoeksnetwerk onder leiding van de Performer and Audience Research Centre (SPARC) van de University of Sheffield en het Maastricht Centre for the Innovation in Classical Music (MCICM). Met deze onderzoeksactiviteiten in Noord-Nederland en die vergelijkbaar in andere regio's van het Verenigd Koninkrijk en Oostenrijk hoopt het netwerk gesprek op gang te brengen over wat klassieke muziek momenteel omvat en wat het zou kunnen zijn in de diverse lokale contexten.
Centre of Expertise, onderdeel van Zuyd Hogeschool