Deze reader hoort bij de leerlijn ”Versterken van de samenwerking tussen jongerenwerk en voortgezet onderwijs”. In deze reader vind je tips voor:• het realiseren van randvoorwaarden voor het opzetten van een samenwerking tussen jongerenwerk en voortgezet onderwijs, • het bevorderen van werkzame elementen in de samenwerking tijdens de opstartfase, opbouwfase en doorontwikkelfase van de samenwerking• hoe om te gaan met dilemma’s bij het versterken van de samenwerking tussen jongerenwerk en voortgezet onderwijs in de praktijk. De reader is bedoeld voor VO-scholen en jongerenwerkorganisaties die met elkaar (willen gaan) samenwerken en hun samenwerking willen opstarten of versterken en andere geïnteresseerden in samenwerking tussen jongerenwerk en voortgezet onderwijs.
DOCUMENT
In dit hoofdstuk wordt het Nederlandse beleid geschetst van het tegengaan van radicalisering en het voorkomen van terroristisch geweld. Hierin neemt het ‘Actieprogramma integrale aanpak Jihadisme’ een belangrijke plaats in. Besproken wordt wat er goed gaat en wat de ontwikkelingsvragen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een beschouwing over de behoefte aan sociale innovatie. Aangezien een aantal preventieve interventies behoorlijk ingrijpend kunnen zijn, is het zaak om bij de uitvoering te letten op eenduidigheid en adequate rechtsbescherming.
MULTIFILE
Samenvatting Een deel van de jongeren die in het jongerenwerk participeert ontvangt specialistische jeugdzorg, vanuit bijvoorbeeld verslavingszorg, jeugdreclassering, jeugd-ggz of intensieve gezinsbehandeling. Hoewel professioneel jongerenwerk voor een brede groep jongeren in kwetsbare situaties positief bijdraagt aan hun persoonlijke ontwikkeling en maatschappelijke participatie, is er weinig bekend over de betekenis van het jongerenwerk voor jongeren die specialistische jeugdzorg ontvangen. Voor dit verkennende onderzoek zijn interviews afgenomen met: 1) zeven jongeren (16+) die specialistische jeugdzorg ontvangen en in jongerenwerk participeren; 2) zeven jongerenwerkers en 3) zes jeugdhulpverleners werkzaam in specialistische jeugdzorg. Een thematische analyse maakt inzichtelijk dat het jongerenwerk op vijf manieren van betekenis is voor jongeren in specialistische jeugdzorg. Jongerenwerkers zijn ten eerste toegankelijke gesprekspartners die deze jongeren motiveren om problemen serieus te nemen en daarbij professionele hulp te accepteren. Het jongerenwerk biedt deze jongeren daarnaast een omgeving om 2) betekenisvolle relaties op te bouwen, 3) hun zelfbeeld en eigenwaarde te versterken, 4) hun maatschappelijke participatie te vergroten en 5) ondersteuning te vinden om hun zelfstandigheid te vergroten. De resultaten maken inzichtelijk dat het jongerenwerk ook voor deze specifieke groep jongeren groeikansen biedt voor hun persoonlijke ontwikkeling en maatschappelijke participatie. Daarnaast leert dit onderzoek dat participatie van deze doelgroep in het jongerenwerk een positieve invloed kan hebben op de jeugdhulpverleningsprocessen en -resultaten. Hiermee bieden de resultaten gemeenten en de jeugdzorg een beter begrip van hoe het jongerenwerk als preventieve voorziening van betekenis is voor jongeren in specialistische jeugdzorg en een bijdrage kan leveren om de druk op de jeugdzorg te verlichten.
MULTIFILE
In de Eindhovense wijk Meerhoven is er in toenemende mate sprake van jeugdoverlast. Dit concentreert zich vooral rond het winkelcentrum waar door bewoners in toenemende mate melding bij de politie melding wordt gemaakt van vernielingen, geluidsoverlast en het achterlaten van rommel. Bewoners en jongeren komen steeds meer tegenover elkaar te staan. Binnen het lopende project Bubble Games wordt een design interventie uitgevoerd om deze groepen weer dichter bij elkaar te brengen. Virtual Reality (VR) en samenwerking worden ingezet om mensen te helpen zich in ‘de ander’ en diens leefwereld te verplaatsen en daarmee begrip en empathie te bevorderen. Het stimuleren van verbindend contact tussen groepen via onderlinge samenwerking bevordert positieve beeldvorming over en weer. De interventie die ontwikkeld is in het lopende Bubble Games project is echter lastig opschaalbaar vanwege de hoge kosten die ermee zijn gemoeid. De gemeente Eindhoven heeft aangegeven behoefte te hebben aan een praktische vertaling van de resultaten uit Bubble Games die kan worden ingezet in andere wijken in de stad. Immers, politie en het jeugd- en jongerenwerk hebben vaker te maken met groepen waartussen spanningen bestaan. Er is dan ook behoefte aan een ‘pocket size’ versie van de interventie die (a) aansluit bij de leefwereld van jongeren, (b) relatief makkelijk is in te zetten en (c) groepen dichterbij elkaar brengt. Tot op heden wordt in het jeugd- en jongerenwerk veelal gebruik gemaakt van de dialoog als middel om partijen tot elkaar te brengen. De nieuw te ontwerpen tool vormt een vernieuwende aanvulling op deze bestaande werkwijze. Voor het ontwikkelen en testen van een proof-of-concept wordt voortgebouwd op de kennis die is opgedaan binnen het lopende Bubble Games project. In co-creatie met de doelgroep worden de werkzame mechanismen vertaald naar ontwerpen en ontwerprichtlijnen voor een schaalbare (laagdrempelige en adaptieve) tool.
Meidenwerkers menen van grote waarde te zijn voor het realiseren van de transformatiedoelen die voortvloeien uit de grootschalige stelselvoorziening in het sociale domein. Voor het werkelijk realiseren van hun ambitie hebben meidenwerkers hulp nodig. Meidenwerkers willen aan gemeenten, managers en collega-professionals kunnen laten zien wat concrete resultaten zijn van het meidenwerk voor het versterken van de eigen kracht. Daarvoor willen meidenwerkers meer weten over de werking van het meidenwerk. Ook willen meidenwerkers op specifieke onderdelen hun methodiek verbeteren. Meidenwerkers en hun organisaties door heel Nederland hebben lectoraat Youth Spot gevraagd om middels deze RAAK- Publiek aanvraag vast te stellen of en hoe het meidenwerk bijdraagt aan het versterken van de eigen kracht van meiden en op welke manier het meidenwerk beter ingezet kan worden op het gebruik van de groep, de familie en het netwerk. Consortium: In het consortium participeren de organisaties die investeren en meewerken aan de uitvoering van het project. Deze bestaat naast de Hogeschool van Amsterdam uit 9 publieke organisaties: ContourdeTwern, JoU, Dock, IJsterk, Streetcornerwork, Participe, Combiwel, Stichting Jeugd en Jongerenwerk Midden Holland en Dynamo. Deze organisaties zijn aanbieders van meidenwerk in grootstedelijke, stedelijke en landelijke omgevingen uit het midden, westen en zuiden van het land. Ambitie: De ambitie van meidenwerkers en hun organisaties is om met dit project aan te tonen wat de werking en het resultaat is van het meidenwerk voor het versterken van de eigen kracht van meisjes en jonge vrouwen en de methodiek meidenwerk zodanig te verbeteren dat die aansluit op hedendaagse ontwikkelingen in jeugd- en sociaal beleid. Dit opdat gemeenten blijven investeren in het meidenwerk en meisjes en jonge vrouwen in kwetsbare posities toegang houden tot ondersteuning bij het ontwikkelen van hun eigen kracht. Resultaat: Handboek: ?Kracht van meiden 2.0? waarin de met empirie onderbouwde methodiek meidenwerk beschreven staat. Nieuw ontwikkelde instrumenten worden opgenomen in de herziene methodiekbeschrijving. Ook wordt er een online platform ontworpen, waar professionals en studenten door middel van blended en sociaal leren de gelegenheid krijgen om zich de ontwikkelde kennis en instrumenten werkelijk eigen te maken. Projectplan: Het projectplan bestaat uit drie fases waarin vijf werkpakketten centraal staan. Fase 1 beslaat het onderbouwen van de methodiek (WP1), fase 2 het doorontwikkelen van de methodiek (WP 2,3 & 4) en de 3e fase kenmerkt zich door kenniscirculatie en disseminatie (WP5).