Het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland is een netwerk van organisaties die zich bezighouden met het onderwerp krimp (bevolkingsdaling) in Noord-Nederland. Het netwerk is ván en vóór de drie noordelijke provincies, gericht op kennisdeling, en waar nodig op het vergroten en verdiepen van deze kennis. Eén loket waar alle informatie over krimp in Noord-Nederland samenkomt.Het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland is een gezamenlijk initiatief van de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool Groningen op verzoek van de drie noordelijke provincies. Het netwerk is gehuisvest bij de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen van de RUG en bij het Kenniscentrum NoorderRuimte van de Hanzehogeschool.Folder.
DOCUMENT
Vier jaar geleden verzochten de drie noordelijke provincies aan de Hanzehogeschool Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen om een netwerk op te richten waar professionals kennis over krimp kunnen halen en brengen. Eén loket: van het Noorden, voor het Noorden. Dit verzoek heeft geleid tot het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland (KKNN).Het KKNN zou onder meer het volgende bieden: een website, database, kennismakelaarsfunctie, kleinschalige themabijeenkomsten, samenwerking, een overzicht geven van onderzoeken en een onderzoekagenda ontwikkelen. Dit is vertaald in de drie pijlers van het KKNN, te weten: kennisnetwerk, kennisdelen en kennis ontwikkelen.Waar staat het KKNN nu en hoe nu verder?Samenwerkingsverband KKNN.
DOCUMENT
In deze bundel zitten alle beeldverslagen van de zogenaamde Krimpcafés XL en het Krimpcafé Speciaal, die het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland in 2013 georganiseerd heeft.Tijdens de Krimpcafés XL verzorgden diverse sprekers workshops/presentaties over een actueel krimponderwerp.In het Krimpcafé Speciaal werd één regio uitgelicht en gingen we opexcursie naar verschillende projecten in die regio. De reeks startte op 21 maart in het mooi gerenoveerde provinciehuis van Fryslân met als onderwerp ‘Krimp & Voorzieningen’, en we eindigden op21 november in theater de Molenberg met het Krimpcafé Speciaal over de Eemsdelta-regio. Deze dag was tevens de eerste Eemsdelta-dag.Alle presentaties die gehouden zijn tijdens de Krimpcafés XL en tijdens het Krimpcafé Speciaal zijn terug te vinden op de homepage van de site: WWW.KENNISNETWERKKRIMP.NL Samenwerkingsverband KKNN.
DOCUMENT
Verslag van het symposium: Kansen in Krimp: op zoek naar duurzame strategieën in krimpgebieden, symposium 19 juni 2014.Op de Hanzehogeschool in Groningen kwamen die dag circa 50 professionals, studenten en onderzoekers bijeen om de resultaten van de lopende onderzoeken te bespreken. Deze onderzoeken zijn de afgelopen maanden uitgevoerd door studenten en junior medewerkers van verschillende opleidingen in samenwerking met onderzoekers van Kenniscentrum NoorderRuimte en professionals van de verschillende organisaties uit het KIK netwerk.Centraal thema: de zoektocht naar duurzame strategieën van woningcorporaties en andere partijen in krimpgebieden.
DOCUMENT
In deze tweede podcast in een serie in het kader van het 10-jarig bestaan van het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland (KKNN) spreken we professor Bettina Bock, hoogleraar Rurale Sociologie aan de Wageningse universiteit en bijzonder hoogleraar Bevolkingsdaling aan de RUG. Wij zijn Elly van der Klauw (projectleider KKNN) en Marijn Molema (Programmanager Leefbaarheid bij het Fries Sociaal Planbureau en Bijzonder Hoogleraar Regionale Vitaliteit en Dynamiek aan de Rijksuniversiteit Groningen).
LINK
Dit is de eerste podcast in een serie in het kader van het 10-jarig bestaan van het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland (KKNN). Professor Leo van Wissen, Hoogleraar Economische Demografie aan de Rijksuniversiteit Groningen, voormalig directeur van het NIDI (Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut) en medeoprichter van het KKNN, in gesprek met Elly van der Klauw (projectleider KKNN) en Marijn Molema (Programmanager Leefbaarheid bij het Fries Sociaal Planbureau en Bijzonder Hoogleraar Regionale Vitaliteit en Dynamiek aan de Rijksuniversiteit Groningen) over de start van het KKNN en de demografische veranderingen sindsdien.Deze zomer publiceerde Van Wissen met het NIDI een rapport over de demografische ontwikkeling van Nederland tot 2050 publ.nidi.nl/output/2020/nidi-c…-2050-in-beeld.pdf.
LINK
Full text verkrijgbaar via link. Eén op de vijf huishoudens in Nederland heeft forse financiële problemen. Gemeenten, (wijk) professionals en vrijwilligers werken hard om deze huishoudens te ondersteunen. Vaak op een innoverende manier. Dat kan ook niet anders: de toenemende schuldenproblematiek, de krimp van het bereik en de beperkte budgetten dagen de partijen uit tot creatief denken en handelen. In ‘Schulden uit de knel?’ beschrijft en analyseert Platform31 een aantal uiteenlopende innovatieve aanpakken. Op basis van de analyse pleit Platform31 voor meer evidence-based werken, doorontwikkeling en kennisdeling.
LINK
Het lectoraat Facility Management van Zuyd Hogeschool (14.000 studenten in Heerlen, Maastricht en Sittard) richt haar pijlen op praktijkonderzoek op 3 thema’s: Leegstand en herbestemming, leefbaarheid en circulaire inkoop. De keuze voor het onderzoeksthema ‘leegstand en herbestemming’ ligt voor de hand in een regio waar sprake is van demografische krimp, ontgroening en vergrijzing en er dus steeds meer publiek vastgoed leeg komt te staan. In dit artikel hanteren we de omschrijving van Marc van Leent (2012) om publiek vastgoed te duiden: Vastgoed dat initieel een publieke functie diende. Scholen, zorg gebouwen, kerken en cultuurhuizen vallen daarmee onder deze categorie. De vraag of het gebouw met privaat of publiek geld is gesticht, is in dezen dus van minder groot belang. Om de koppeling met de praktijk te versterken heeft het lectoraat Facility Management de samenwerking gezocht met Yask Facility Management. Zowel het literatuuronderzoek als het praktijkgedeelte heeft het lectoraat samen met Yask uitgevoerd. Een Master FREM studente uit 2017-2018 heeft de lead genomen bij het praktijkgedeelte en de symbiose tussen theoretische inzichten en praktijkervaringen voor haar rekening genomen, hetgeen uitmondde in haar Master FREM thesis: “Redevelopment approaches for vacant public real estate in the Netherlands”. Dit artikel beschrijft de aanleiding, het proces, de onderzoeksresultaten en de conclusies die daaraan verbonden zijn.
DOCUMENT
Dit rapport biedt een diepgaand inzicht in de belangrijke rol die de kinderopvang speelt in de eerste 1000 dagen van een kind's leven. Deze periode, die begint vóór de geboorte en duurt tot het kind twee jaar oud is, vormt de essentiële basis voor de biologische, sociale, motorische en cognitieve ontwikkeling van een kind. Het is een tijd waarin de fundamenten worden gelegd voor de toekomst van elk kind. Uit ons onderzoek blijkt het belang van de kinderopvang als een unieke kans om actief bij te dragen aan de ontwikkeling van kinderen. Tijdens hun verblijf in de kinderopvang krijgen kinderen niet alleen een veilige en liefdevolle omgeving, maar worden ze ook gestimuleerd met activiteiten die hun ontwikkeling bevorderen. Daarnaast fungeert de kinderopvang als een waardevolle bron van ondersteuning voor ouders, waar ze advies kunnen vragen en worden doorverwezen naar relevante hulpbronnen en diensten. Tenslotte benadrukt het rapport ook het belang van de kinderopvang als werkgever. Pedagogisch medewerkers hebben behoefte aan een ondersteunende werkomgeving met collega's waarop ze kunnen vertrouwen. Een redelijke werkdruk, kansen voor persoonlijke ontwikkeling en samenwerking met ouders en jeugdgezondheidszorg worden als essentieel beschouwd voor het succes van de kinderopvang.
MULTIFILE
Dit rapport is de eerste editie van de monitor Staat van de Haagse Economie. Deze monitor volgt de economische welvaart van Den Haag: de economische groei van bedrijven en het werk en inkomen van bewoners. Het beschrijft ook de stand van zaken van de vier pijlers die aan deze welvaart ten grondslag liggen: de attractiviteit van de stad, de economische structuur, het ondernemingsklimaat en de ruimte voor bedrijvigheid. Den Haag heeft in 2020 voor zichzelf een ambitieuze doelstelling geformuleerd voor 2030. Den Haag wil: ● een brede economische bloei realiseren; ● een attractieve stad zijn om te wonen, zich te vestigen en te bezoeken; ● een economie hebben met een veerkrachtige structuur; ● een excellent ondernemingsklimaat hebben; ● en voldoende ruimte hebben voor bedrijvigheid. De monitor Staat van de Haagse Economie 2020 moet gezien worden als een nulmeting voor het te voeren beleid dat deze visie moet verwerkelijken. Volgende monitors laten zien of het op deze gebieden de goede kant op gaat en of Den Haag op weg is om de ambities voor 2030 te realiseren. Hoe staan de Haagse economie en de onderliggende vier pijlers er in 2019 en in de eerste helft van 2020 voor? Wat zijn de ontwikkelingen geweest in de afgelopen jaren — met als focus de periode na de banken- en eurocrisis tussen 2014 en 2019 — en hoe steekt Den Haag af ten opzichte van de andere drie grote steden? In deze samenvatting maken we de balans op en kijken daarbij naar de sterke elementen in de Haagse economie en welke elementen aandacht nodig hebben. We gaan daarbij achtereenvolgens in op de staat van de economie en de vier pijlers: stad, structuur, ondernemingsklimaat en ruimte. We sluiten af met een duiding van de bevindingen.
DOCUMENT