Het is tijd voor wetenschap & techniek in groep 1/2 van basisschool De Tamarisk. Alle kinderen zitten in een kring en de leerkracht zet een glas met water en een flesje met olie op een tafeltje in het midden van de kring. Samen met de leerlingen gaat zij onderzoeken wat er gebeurt als je olie bij het water giet. Het geeft de kinderen de mogelijkheid om te exploreren en te leren.Een leerling pakt de fles en giet voorzichtig een drupje olie in het glas met water. De leerkracht kijkt goed naar wat de leerling doet en stelt haar vragen, zoals: ‘Wat zie je dat er gebeurt?' Gericht kijken naar je leerlingen is de basis voor een onderzoekende houding.
DOCUMENT
Verslag van een onderzoek naar wat leerkrachten in het basisonderwijs waardevolle onderwijsmomenten vinden. Door middel van een logboek hebben leerkrachten een maand lang bijgehouden wat voor hen de meest waardevolle momenten zijn in hun interactie met de kinderen. Vervolgens werd met de leerkrachten gereflecteerd op de uitkomsten, om na te gaan welke waarden in het spel zijn. Op deze manier is getracht uiteindelijk terecht te komen bij de kern van het onderwijs van de leerkracht. Voor welke waarden staat de leerkracht en hoe raakt hij hierover in gesprek met de kinderen? Het bezig zijn met waardenvol onderwijs staat in het kader van het invulling geven aan de pedagogische opdracht van het onderwijs. In het theoretische gedeelte wordt deze pedagogische opdracht van het onderwijs verder toegelicht [verkorte versie].
MULTIFILE
In een Kleuterlab worden niet zozeer wetenschap- & technologieactiviteiten georganiseerd. De leerkracht heeft een geringe rol en geeft geen instructie. Materialen zijn zo gekozen dat het kind er zelf mee aan de slag kan gaan. Het is aan de leerkracht om hierbij de juiste vragen te stellen, zodat een activiteit niet ‘dood loopt’. Zo kunnen de kleuters zelfstandig ontdekken.
DOCUMENT
In het onderwijs is sprake van een spanningsveld tussen enerzijds de snelle praktijk van het dagelijkse handelen en anderzijds de tragere praktijk van het onderzoek doen waar eigenlijk weinig tijd voor is. Dit spanningsveld maakt het daarom legitiem de volgende vraag te stellen: heeft op een basisschool het doen van onderzoek voldoende waarde om er tijd en energie voor vrij te maken? In dit artikel willen we laten zien hoe onderzoekend vermogen verweven kan worden in het dagelijks handelen van een leerkracht en wat de waarde kan zijn van leerkrachten die onderzoek een plek weten te geven binnen hun professionele handelen.
DOCUMENT
Dit rapport beschrijft uitvoerig een onderzoek naar mogelijkheden en opbrengsten van het inzetten van Professionele Simulatie Ontwerpsoftware in de bovenbouw van de basisschool. Deze casestudie is opgebouwd in vijf fasen waarvan de laatste fase antwoord geeft op de kracht van dit instrument voor het onderwijs. De studie mikt zowel op de didactische inzetbaarheid door de leerkracht als de bijdrage aan het ontwikkelen van denkvaardigheden bij leerlingen. De studie past in het onderzoek naar Mindtools en DME's en is grensverleggend in vergelijking tot gangbaar gebruik van ICT. De gebruikte software is van een hoog abstractieniveau maar blijkt door leerlingen al goed te gebruiken om hun talenten aan te spreken. In de eindconclusies worden perspectiefvolle resultaten genoemd. In de rapportage wordt ook geanticipeerd op verdere ontwikkelingen. Tijdens de casestudie zijn immers aanwijzingen gevonden dat leerlingen zeer geboeid kunnen zijn door het gebruik, dat ze sterke cognitieve redenatiepatronen kunnen opbouwen, analytische vaardigheden toepassen, dat ze uitvoerige kritische discussies met elkaar aangaan enz. Met andere woorden een dergelijk pakket zet leerlingen bij de juiste instrumentatie en begeleiding wel aan tot hoger orde denken. De abstracties van een dergelijk pakket gaat sommige leerlingen goed af. Ze vinden uiteindelijk de 3D weergave wel de kers op de appelmoes. Inzetten van dit soort software kan zeker aangemerkt worden als onderwijs inhoudelijk transitief. Het is interessant om t.z.t de diverse video-opnames uitvoeriger te analyseren op zowel de cognitieve als onderwijskundige opbrengsten. In de bijlagen zijn ontwikkelde ondersteunende materialen en resultaten van leerlingen opgenomen.
DOCUMENT
Educational innovations often tend to fail, mainly because teachers and school principals do not feel involved or are not allowed to have a say. Angela de Jong's dissertation shows the importance of school principals and teachers leading 'collaborative innovation' together. Collaborative innovation requires a collaborative, distributed approach involving both horizontal and vertical working relationships in a school. Her research shows that teams with more distributed leadership have a more collaborative 'spirit' to improve education. Team members move beyond formal (leadership) roles, and work more collectively on school-wide educational improvement from intrinsic motivation. De Jong further shows that school principals seek a balance in steering and providing space. She distinguished three leadership patterns: Team Player, Key Player, Facilitator. Team players in particular are important for more collaborative innovation in a school. They balance between providing professional space to teachers (who look beyond their own classroom) and steering for strategy, frameworks, boundaries, and vision. This research took place in schools working with the program of Foundation leerKRACHT, a program implemented by more than a thousand schools (primary, secondary, and vocational education). The study recommends, towards school principals and teachers, and also towards trainers, policymakers, and school board members, to reflect more explicitly on their roles in collaborative innovation and talk about those roles.
DOCUMENT
De Hogeschool Utrecht heeft een experiment uitgevoerd om het curriculum van de Pabo te flexibiliseren, zodat het beter aansluit op de leerbehoeften van studenten. Dit project richtte zich op het verbeteren van zelfregulatie door middel van ontwikkelingsgerichte feedback. In twee nieuw ontworpen cursussen werd programmatisch toetsen toegepast, waarbij feedback centraal stond dat werd vastgelegd in het digitale portfolio Scorion. Studenten verzamelden bewijsmateriaal in dit systeem, waarop verschillende feedbackgevers feedback gaven. Daarnaast werden studenten in kleinere leerteams begeleid en getraind in feedbackgeletterdheid, wat hen hielp om feedback beter te begrijpen, te gebruiken en erop te reageren. De resultaten van het project toonden aan dat het mogelijk is om onderwijs en toetsing zodanig te ontwerpen dat studenten meer regie krijgen over hun leerproces. Het project biedt een solide basis voor verdere ontwikkeling en verbetering van het onderwijsprogramma.
MULTIFILE
Rondom het onderwerp ‘brede vorming’ en de mogelijkheden ervan voor het curriculum hebben we een onderzoek uitgevoerd waaraan teams van basisscholen van drie besturen in Dordrecht hebben meegewerkt. Dit verkennende onderzoek heeft zich ten doel gesteld een eerste schets te maken van de manier waarop basisscholen brede vorming hebben opgenomen in hun curriculum. Wat doen scholen op dit gebied, en waarom doen ze dat? En welke taal gebruiken ze als ze over de brede vorming van kinderen spreken? Dit artikel verscheen in Tijdschrift voor lerarenopleiders 41(2) 2020 en beschrijft hoe dit verkennende onderzoek is uitgevoerd en wat de belangrijkste uitkomsten ervan zijn. Het eindigt met een aantal aandachtspunten voor verder onderzoek en voor het ontwikkelen van brede vorming in het curriculum van zowel de basisscholen als de lerarenopleiding.
DOCUMENT
Leren is een sociaal gesitueerd, transactioneel proces, waarin zowel de leerkracht, de taak en de leerling een eigen, unieke bijdrage hebben. Een belangrijk hulpmiddel voor leerkrachten is het gebruiken van scaffolding, waarbij ‘externe’ ondersteuning wordt geboden als dat nodig is en wordt weggehaald als het leren heeft plaatsgevonden. Hierdoor kunnen talentmomenten ontstaan; momenten waarin het co-constructie proces van gezamenlijk denken en handelen wordt gekenmerkt door betrokkenheid, enthousiasme en motivatie. Dit symposium gaat over het bieden van scaffolding door de leerkracht, met als centrale vragen: Hoe ziet het bieden van scaffolding door de leerkracht eruit? Wat is het effect bij de leerlingen, c.q. studenten? Aan bod komen diverse onderwijsleersituaties, zowel in het basisonderwijs en in het hoger onderwijs.
LINK
Dit artikel presenteert een instrument waarmee kwalitatief goede lesmomenten en ‘voorkeurshandelen’ van leerkrachten opgespoord kunnen worden bij wetenschap- en technologie-activiteiten. Het instrument brengt de expressieve pedagogical content knowledge in kaart: de inhoudelijke kennis die de leerkracht omzet in onderwijsstrategieën die effectief zijn voor alle leerlingen. Het instrument is getest bij een interessante astronomie-activiteit van het Wetenschapsknooppunt Noord-Nederland.
MULTIFILE