Hoe staan de negen gemeenten in het hart van het aardbevingsgebied in Noord-Groningen er voor? De Economic Board Groningen (EBG) liet economen van Hanzehogeschool Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen er onderzoek naar doen.De Economic Board Groningen wil weten welke effecten het programma van EBG heeft op de economie van de negen gemeenten in het aardbevingsgebied. Om dat te kunnen vaststellen hebben economen van de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool Groningen in opdracht van de Economic Board de huidige situatie in de negen Noord-Groninger gemeenten gemeten.
DOCUMENT
In opdracht van Economic Board Groningen heeft Marklinq, na 2016 en 2018, een derde Monitor van de Economie van Noord-Groningen opgesteld. Een van de conclusies: de werkgelegenheid is in de periode 2015-2019 licht gestegen in de regio, ondanks aardbevingen en veronderstelde leegloop.
DOCUMENT
Hoe staan de negen gemeenten in het hart van het aardbevingsgebied in Noord-Groningen er voor? De Economic Board Groningen (EBG) liet economen van Hanzehogeschool Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen er onderzoek naar doen.De Economic Board Groningen wil weten welke effecten het programma van EBG heeft op de economie van de negen gemeenten in het aardbevingsgebied. Om dat te kunnen vaststellen is een Monitor ontwikkeld van met name een aantal economische variabelen, zoals de werkgelegenheid. Deze monitor is een vervolg op die uit 2016.
DOCUMENT
De economische ontwikkeling en leefbaarheid in de acht gemeenten van het Hoogeland en de gemeente Slochteren staan door toenemende vergrijzing en krimp onder druk. Om zowel de economische als de sociale leefbaarheid te waarborgen hebben de gemeenten de wens om dit gebied van Nederland te ontsluiten door middel van een glasvezelnetwerk. Met deze discoursanalyse wordt antwoord gegeven op de vraag op welke manier er door de bewoners wordt gesproken over de huidige en toekomstige internetverbinding in verhouding tot de leefbaarheid in hun omgeving.
DOCUMENT
In dit onderzoeksrapport wordt een weergave gegeven van de alternatieven voor dorpshuizen in Noord- Groningen. De opdrachtgever CAB (Centrum Arbeid en Beleid) wil deze alternatieve dorpshuizen duidelijk in kaart hebben gebracht, dit houdt in dat er op meerdere fronten onderzoek zal worden gedaan naar deze alternatieven voor dorpshuizen. Dit gebeurt op het gebied van fysieke- , sociale- en financiële kenmerken van deze alternatieven voor dorpshuizen. Bij het onderzoek naar het fysieke aspect moet met name de staat van het alternatieve dorpshuis belicht worden, ook wordt gekeken waar deze alternatieve dorpshuizen gevestigd zijn. Er wordt gekeken naar locaties, het aantal mensen en activiteiten voor het sociale aspect van dit onderzoek. Op het financiële gebied wordt met name gekeken naar de jaarverslagen van de alternatieve dorpshuizen. Echter doordat deze vaak in beheer zijn van particuliere beheerders, die niet bereid waren een jaarverslag te verstrekken, was het vrijwel niet mogelijk deze jaarverslagen op te vragen. Om de opdracht van CAB duidelijk te omschrijven is een doelstelling en een probleemstelling opgesteld. De doelstelling van dit onderzoek luidt als volgt; Het in kaart brengen van de alternatieven voor dorpshuizen. Daarbij wordt gekeken naar de fysieke, sociale en financieel aspecten.. De probleemstelling om het bovenstaande onderzoeksdoel te bereiken luidt als volgt; Wat zijn de fysieke-, sociale- en financiële kenmerken van de alternatieven voor dorpshuizen in Noord- Groningen? Studentonderzoek in het kader van het thema Werklandschappen
DOCUMENT
In totaal zijn er 57 dorpshuizen in Noord-Groningen. Van deze dorpshuizen is een rankinglijst ingevuld op de kenmerken Sociaal, Fysiek en Financieel. Uit deze rankinglijst zijn tien dorpshuizen naar voren gekomen die de hoogste scores hebben op de rankinglijst, met als topdrie: ’t Fivelhoes te Zijldijk, Dorpshuis Wirdum te Wirdum en Dorpshuis Weersterheem te Garrelsweer.Studentonderzoek in het kader van het thema Werklandschappen
DOCUMENT
Being there is een collectief van kunstenaars, ontwerpers en curatoren dat -vanuit het lectoraat Image in Context- in fasen met behulp van social design, community art en action research impact wil hebben op de leefbaarheid van het door gasbevingen getroffen gebied in Noord-Groningen. Dit projectplan bevat de omschrijving van de eerste fase, namelijk De Verzamelde Werken van een Bewogen Gebied en Slow Mapping.
LINK
Kennisclip 'Leetnetwerken en netwerkbenadering'
LINK
Deze studie beschrijft de effecten van twee regio-issues op het imago van die regio’s: het effect van de aankondiging van (meer en zwaardere) aardbevingen op de aantrekkelijkheid van Noord-Groningen, en het effect van Project X Haren (jongerenrelletjes) op de aantrekkelijkheid van het dorp Haren. Tevens is gekeken of mogelijke effecten verschillen naar gelang afstand tot de regio of doelgroep (bewoners versus niet bewoners, en bedrijven). Er is in juni 2013 een korte vragenlijst verspreid onder ruim 300 bedrijven in Nederland, en ruim 400 particulieren. Het blijkt dat beide issues goed bekend waren in heel Nederland en dat het inderdaad geleid heeft tot een negatief effect op de regio’s als woon- en/of vestigingslocatie. Er was nauwelijks effect aantoonbaar op bezoekaantrekkelijkheid (case Noord Groningen). Bedrijven en bewoners uit de eigen regio zijn (logischerwijs) beter op de hoogte van regionieuws dan buiten de regio. Er is geen verband met afstand gevonden. Wel geldt zowel binnen als buiten de eigen regio dat als een regio minder aantrekkelijk gevonden wordt, men ook minder goed op de hoogte is van regionieuws. Dit vergroot het belang van goede communicatie met de eigen doelgroepen in een regio. Landelijk nieuws kan ook, zoals in geval van Haren, leiden tot grotere bekendheid. Ondanks dat een aantal mensen daar een negatief gevoel bij heeft, blijven er grote groepen over waarbij het geen negatief effect heeft zodat ook slecht nieuws kan leiden tot versterking van het regiomerk.
DOCUMENT