De risicomaat 'groepsrisico ' beschrijft de kans op een een ongeval met meer dan 10 dodelijke slachtoffers als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen. De risicomaat groepsrisico is sinds 2004 vastgelegd als toetsingskader voor de externe veiligheid met betrekking tot inrichtingen met gevaarlijke stoffen. Inmiddels is ook voor transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen en transport over de weg, het water en het spoor een groepsrisicoafweging verplicht. Middels AmvB 's en een circulaire is de risicomaat groepsrisico een verplicht afwegingskader voor ruimtelijke- en milieuprocedures.
MULTIFILE
Wij zijn onderdeel van de Europese Unie (EU), en het Europese speelveld is een dynamische waar je als gemeente- of provincieambtenaar veel kunt halen (en brengen) voor jouw organisatie. Terwijl een heel groot deel van Europese wet- en regelgeving impact heeft op de medeoverheden (denk aan regelgeving over schone lucht, bodem, water, digitalisering), biedt de weg naar Brussel ook kansen voor beleidsbeïnvloeding, netwerken, profileren van je gemeente of provincie en financieringsmogelijkheden ten behoeve van lokale en regionale uitdagingen. Denk aan leren van collega’s uit andere Europese steden en regio’s over hoe zij omgaan met thema’s als wateroverlast, digitale inclusie en woningnood, en Europese financieringskansen voor een innovatieve aanpak om met de gevolgen van klimaat om te gaan. Hoewel jij als (toekomstig) EU-expert binnen je organisatie het belang van investeren in de EU inziet, kan het zijn dat jouw organisatie (nog) niet goed toegerust is op het verzilveren van Europese kansen.
Promotor Prof. dr. ir. J.M. Versendaal, Open Universiteit Co-promotoren Dr. ir. R.G. Slot MBA, Hogeschool Utrecht Dr. ing. M.M. Zoet, Zuyd Hogeschool Uit de Nederlandse samenvatting: "Het is voor organisaties van belang om besluitvorming en zogenaamde 'bedrijfslogica' goed in te richten. Organisaties in het algemeen, en zeker ook overheidsinstellingen, maken meer en meer gebruik van (semi-)geautomatiseerde besluitvormingsprocessen bij het leveren van hun producten en diensten. Organisaties krijgen grip op de nale-ving van wet- en regelgeving door de besluitvormingsprocessen goed te beheren. Een adequate vertaling van wet- en regelgeving naar producten en diensten is hierbij no-dig. Business Rules Management (BRM) maakt een en ander mogelijk. Het meeste onderzoek dat wordt uitgevoerd naar BRM kan worden geclassificeerd als technisch (vanuit een informatietechnologieperspectief). Echter, onderzoek naar de implementatie van BRM in de organisatie (vanuit een informatiesysteemperspectief), inclusief het beschouwen van allerlei organisatorische aspecten, ontbreekt groten-deels. Bovendien houdt het bestaande onderzoek naar BRM niet altijd voldoende re-kening met de praktische toepassing van onderzoeksresultaten; met andere woorden: kan een organisatie de voorgestelde theorie of het opgeleverde resultaat daadwerke-lijk gebruiken?"
Bamboe is een hoogwaardig, zeer bestendig snelgroeiend natuurproduct waarvan de productie wordt gedomineerd door Azië. Het wordt al eeuwen toegepast in Europa als decoratief en constructief materiaal voor (interieur)architectuur en gebruiksvoorwerpen. Bamboe wordt beschouwd als een duurzaam alternatief voor de toenemende schaarste aan duurzame, inheemse (hard)houtsoorten. De huidige subtropische teelt en verwerking van bamboe, gekenmerkt door mono-culturele plantages, inefficiënt watergebruik tijdens het groeiproces en het gebruik van schadelijke conserveringsmiddelen bij verwerking van bamboevezels, ondermijnen het duurzaam potentieel. Bovendien veroorzaakt het vervoer van Azië naar Europa een CO2-uitstoot die de CO2-opname van bamboe tenietdoet. Om van Europees bamboe een duurzaam materiaal te maken onderzoekt het ArtEZ-lectoraat Tactical Design op verzoek van diverse MKB-partners hoe we een nieuwe, duurzame waardeketen kunnen ontwikkelen – van teelt tot product – op basis van Europees geteelde bamboe voor toepassingen in interieur en exterieur die zowel economisch als ecologisch kan concurreren met Aziatisch bamboe en Europees hout. Aanleiding is de aanplant in 2017 van de eerste bamboeplantage in Zuid-Portugal conform Europese en lokale regelgeving rondom biodiversiteit en watergebruik. In 2021 vindt op deze plantage de eerste oogst plaats. Het is daarmee de eerste poging bamboe op grote schaal, transparant en duurzaam in Europa te telen. De vraag is hoe deze bamboe duurzaam verwerkt en de reststromen meervoudig verwaard kunnen worden binnen Europa voor bouw, interieur, meubels en textiel met gebruik van zowel de bamboestam als van lignine (voor lijmproducten), vezels en cellulose (voor garens/textiel). Om deze vragen te beantwoorden is een consortium samengesteld van innovatieve bedrijven die representatief zijn voor en kunnen bijdragen aan een duurzame keten voor bamboeproducten zoals BambooLogic (bamboeproducent), Bambooder (vezelextractie), Inducoat (duurzame coating), Miscancell (cellulose-extractie) en BSM Factory (meubelproducent) die i.s.m. met kennisinstellingen (WUR, Stichting Hout Research), productontwerpers en ontwerpstudenten duurzame prototypes zullen ontwikkelen van halffabricaten, bouw- en interieurproducten met Europees bamboe.
In het RAAK-MKB project MKB@Work ontwikkelde het lectoraat Juridische Aspecten van de Arbeidsmarkt (JAA) van het Marian van Os Centrum voor Ondernemerschap van de Hanzehogeschool Groningen, samen met o.a. mkb-bedrijven, grote bedrijven, MKB-Nederland Noord en vijf arbeidsmarktregio's, aandachtspunten voor een creatievere omgang met wet- en regelgeving bij de samenwerking van mkb met gemeenten, vanuit het gezamenlijke doel meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te plaatsen op de werkplekken die het mkb creëert. De resultaten van het project zijn breed verspreid onder zowel ondernemers als overheid als kandidaten. Onder andere bij de landelijke praktijktafel van De Normaalste Zaak, die was georganiseerd op 26 maart 2018, waar meer dan tachtig werkgevers en vijf Tweede Kamerleden aanwezig waren, en op het eindcongres op 7 juni 2018 waar 100 deelnemers aanwezig waren, zowel mkb-bedrijven als gemeenten als kandidaten. Een belangrijk thema dat een nadere uitwerking verdiend is de aansluiting tussen opleidingen die zowel mkb'ers aanbieden als gemeenten als mbo-instellingen. Ondernemers starten bedrijfsscholen waar ze mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt opleiden op de werkplek naast de opleidingen die gemeenten aanbieden voor uitkeringsgerechtigden om ze klaar te stomen voor werk en naast de volwasseneducatie en inburgeringscursussen van het mbo. De drie partijen zien het belang van samenwerking, maar deze komt niet van de grond. “We kennen elkaar, maar doen niets samen, het is los zand. Hoe kunnen we elkaar ondersteunen?” Uit MKB@Work blijkt dat een verschil in belangen en concurrentie hierbij een rol spelen. Met de Top-up subsidie kan de Hanzehogeschool vanuit een overstijgende rol inzicht bieden in de behoeften van de verschillende partijen en een werkproces ontwikkelen waardoor partijen helder krijgen waar hun rol eindigt en die van de ander begint bij het aanbieden van opleidingsplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
In het RAAK-MKB project MKB@Work ontwikkelde het lectoraat Juridische Aspecten van de Arbeidsmarkt (JAA) van het Marian van Os Centrum voor Ondernemerschap van de Hanzehogeschool Groningen, samen met o.a. mkb-bedrijven, grote bedrijven, MKB-Nederland Noord en vijf arbeidsmarktregio's, aandachtspunten voor een creatievere omgang met wet- en regelgeving bij de samenwerking van mkb met gemeenten, vanuit het gezamenlijke doel meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te plaatsen op de werkplekken die het mkb creëert.De resultaten van het project zijn breed verspreid onder zowel ondernemers als overheid als kandidaten. Onder andere bij de landelijke praktijktafel van De Normaalste Zaak, die was georganiseerd op 26 maart 2018, waar meer dan tachtig werkgevers en vijf Tweede Kamerleden aanwezig waren, en op het eindcongres op 7 juni 2018 waar 100 deelnemers aanwezig waren, zowel mkb-bedrijven als gemeenten als kandidaten. Een belangrijk thema dat een nadere uitwerking verdiend is de aansluiting tussen opleidingen die zowel mkb'ers aanbieden als gemeenten als mbo-instellingen. Ondernemers starten bedrijfsscholen waar ze mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt opleiden op de werkplek naast de opleidingen die gemeenten aanbieden voor uitkeringsgerechtigden om ze klaar te stomen voor werk en naast de volwasseneducatie en inburgeringscursussen van het mbo. De drie partijen zien het belang van samenwerking, maar deze komt niet van de grond. “We kennen elkaar, maar doen niets samen, het is los zand. Hoe kunnen we elkaar ondersteunen?” Uit MKB@Work blijkt dat een verschil in belangen en concurrentie hierbij een rol spelen. Met de Top-up subsidie kan de Hanzehogeschool vanuit een overstijgende rol inzicht bieden in de behoeften van de verschillende partijen en een werkproces ontwikkelen waardoor partijen helder krijgen waar hun rol eindigt en die van de ander begint bij het aanbieden van opleidingsplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.