De sociale participatie van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften is de afgelopen decennia veelvuldig onderzocht. Opmerkelijk is dat veel van deze studies voornamelijk gaan over het functioneren van de klas en de leerkracht en leerlingen en minder onderzoek is uitgevoerd samen met de direct betrokkenen van een klas. Het gevolg is dat er weinig bekend is over wat er in de klas gedaan wordt om sociale participatie te stimuleren en wat leerkrachten en leerlingen van deze strategieën vinden. In een recent promotieonderzoek is er vanuit het perspectief van 1) de leerkracht, 2) leerlingen met gedragsproblemen en 3) de voorhanden empirische literatuur bekeken hoe sociale participatie gestimuleerd wordt en welke behoeftes er zijn om sociale participatie te verbeteren. Dit artikel presenteert diverse uitgevoerde studies en bevindingen vanuit de drie bovenstaande perspectieven. Op basis van de studies kunnen twee hoofdconclusies getrokken worden. De eerste conclusie is dat leerkrachten meer zouden moeten handelen vanuit de behoeften van een leerling, in plaats van te handelen op basis van de gedragsproblemen van de leerling. De tweede conclusie is dat het perspectief van de leerling onderbelicht is met betrekking tot het verbeteren van de sociale participatie in de klas. Het artikel sluit af met aanbevelingen voor orthopedagogen en beleidsmakers, om zo doende leerkrachten en professionals te ondersteunen om de sociale behoeften van leerlingen centraal te stellen in de vorming van onderwijs. Alleen zo kan de zorg geleverd worden om Passend Onderwijs ook daadwerkelijk passend te laten zijn voor iedere leerling.
MULTIFILE
Bij het onderzoek naar mogelijke effecten van een windmolenpark in het IJsselmeer is ETFI uitgegaan van de vele onderzoeken die er inmiddels, in Nederland maar ook internationaal, bestaan. Op deze manier zijn conclusies en oordelen, zowel geïnspireerd door voorvechters van windenergie als van tegenstanders, zowel bij geplande als bij reeds aangelegde windmolenparken, geïnventariseerd. De conclusie van dit literatuuronderzoek luidt dat de studies onvoldoende bewijs leveren, zowel voor het ontstaan van schade aan de toeristische sector als voor het ontbreken van die schade. Dit onderzoek moet dan ook niet gelezen worden als een aanbeveling vóór of tegen windmolenparken. De waarde van het onderzoek is dat het de publiek toegankelijke studies uit binnen en buitenland met betrekking tot de relatie tussen windparken en toerisme bijeen brengt en systematisch analyseert. Zodoende brengt het de risico’s en mogelijkheden beter in beeld zodat in alle scenario’s —met of zonder windmolens— afwegingen gemaakt kunnen worden waarin alle belangen gerespecteerd worden.
This is the editorial paper for the virtual special issue “Using Q methodology in higher education: Opportunities and challenges”, consisting of nine original research studies from different international contexts. In addition to presenting novel findings, contributors were invited to discuss the following two questions at the center of the special issue call: In what sense has Q methodology served as a fitting approach to investigate subjectivity in higher education? What methodological opportunities and challenges arise with Q methodology in higher education settings? This editorial provides an overview and discussion of the various justifications mentioned for Q methodology. Furthermore, it collates the opportunities and challenges contributors discuss in relation to their studies using this almost 90-year-old methodological approach. The editorial paper concludes with recommendations for future Q methodological studies in higher education and beyond.
MULTIFILE