Verslag van een telefonische enquête onder bedrijven en instellingen met vijf of meer werkzame personen in Groningen, Friesland en Drenthe in 2011, die door ruim duizend werkgevers is ingevuld. Het onderzoek richt zich op de volgende vragen:1 Welke scholingsinspanningen verrichten noordelijke werkgevers op ditmoment?2 Welke verwachtingen hebben zij over de ontwikkeling van depersoneelsvraag?3 Met welke strategieën (organisatie, werving, scholing) denkt men te gaaninspelen op de verwachte personeelsvraag?4 Welke knelpunten en behoeften ervaren de werkgevers als het gaat omscholingsinvesteringen?Bij de helft van de bedrijven en instellingen is de afgelopen 12 maandentenminste één persoon geschoold op mbo-, hbo- of wo-niveau. Het gaat in totaal om 7.248 geschoolde werknemers. Dat betekent dat van alle werknemers van alle bedrijven in het onderzoek 16.2% dat jaar is geschoold. Ruim een derde van de respondenten ziet de personeelsvraag de komende twee jaren toenemen.Veelgenoemde strategieën die bedrijven meer denken in te zetten zijn de matewaarin de werknemers scholing volgen, flexibiliteit van werktijden, en tijdelijkecontracten.
DOCUMENT
In dit hoofdstuk wordt een beproefde opzet beschreven voor een implementatietraject van het Protocol Dyslexie op instellingsniveau. De opzet (vijf bijeenkomsten) is samen met docenten en studenten van Fontys Hogescholen ontwikkeld, uitgevoerd en geëvalueerd. Ook wordt in dit hoofdstuk aandacht besteed aan de Dyslexiemonitor (als instrument voor implementatie en beleidsontwikkeling). Een aanzet voor informatie- en voorlichtingsbijeenkomsten voor studenten wordt gegeven.
DOCUMENT
Deze film geeft een impressie van EPI-kenniscentrum als onderwijssamenwerkingsverband voor scholing in de aardbevingsbestendige bouw in de regio Groningen. De film is vertoond bij de keynote presentatie op het slotcongres van het RAAK MKB programma Bedrijfskundige Innovatie in de Aardbevingsbestendige Bouw
VIDEO
"Lieve collega, naast dat je een warme, goed gehumeurde en betrokken leerkracht bent, zal je waarschijnlijk ook onbewust racistische vooroordelen hebben en daarnaar handelen. Dit vind je vast niet fijn om te vernemen en we kunnen ons goed voorstellen dat jij ons nu beticht van vooringenomenheid, immers we kennen je niet eens. Dat snappen wij: niemand die wij kennen vindt het prettig om gewezen te worden op het hebben van racistische vooroordelen en het handelen op basis van racistische opvattingen. Toch veronderstellen gerenommeerde nationale (bijv. Philomena Essed en Gloria Wekker) en internationale (bijv. Christine Sleeter en Gloria Ladson-Billings) onderzoekers dat wij allemaal racistische ideeën bezitten waar vanuit wij (ook onbewust en onbedoeld) communiceren en ons gedragen."
LINK
Erkennen van verworven competenties (evc) is een procedure gericht op het herkennen, het waarderen en het verder ontwikkelen van wat iemand in elke mogelijke leeromgeving (formeel of informeel) reeds heeft geleerd (Van Lieshout, Kamphuis, Jellema & Wilthagen, 2005: p. 158). In hoofdstuk 9 richten Hogeboom en Van Lieshout zich op dat onderwerp. In theorie lijkt evc een voor iedereen aantrekkelijk instrument, maar toch groeit de omvang ervan in het hbo trager dan verwacht, en in de zomer van 2011 besloten een aantal hogescholen hun evc-aanbod zelfs te staken. Hogeboom en Van Lieshout stellen zich de vraag waarom evc zo traag van de grond komt. Ze presenteren een analyse van de evc-markt in het hbo op basis van deskresearch. Ze ontwerpen een actorgecentreerde institutionalistische (Scharpf, 1997) theorie die zich richt op de waarde van evc voor de directe actoren. Vervolgens presenteren ze een overzicht van in de literatuur genoemde verklarende factoren voor de trage groei van evc, geordend naar de drie belangrijkste actoren (individu, werkgever, onderwijsinstelling). Tot slot proberen ze aan de hand van die theorie en praktijk de trage ontwikkeling van evc in het hbo te begrijpen. Ze concluderen dat die trageontwikkeling en zelfs het (voorlopig) staken van evc door diverse hogescholen begrijpelijk is, en dat er daarmee geen kind, maar wel badwater wordt weggegooid.
DOCUMENT
Proefschrift over de rol van spiritualiteit in de gezondheidszorg en de effecten van scholing van verpleegkundigen op hun competentie voor het verlenen van spirituele zorg. Proefschrift Rijksuniversiteit Groningen.
DOCUMENT
Mensen die last hebben van psychiatrische problematiek en hun naasten hebben ervaringen omtrent deze problematiek, omtrent hulpverlening en onderlinge steun en ook omtrent reacties uit de samenleving. In deze ervaringen ligt kennis opgesloten. Fontys Hogeschool Sociale Studies heeft scholingen ontwikkeld zodat cliënten en hun naasten deze kennis kunnen gebruiken voor andere cliënten, verbetering van de hulpverlening en participatie in de samenleving. Deze scholingen zijn uitgewerkt samen met cliënten- en familieorganisaties en een cliëntgericht onderzoeksinstituut (IGPB). Deze onderwijspraktijk wordt in onderhavige studie geanalyseerd in het licht van het empowermentparadigma, zoals ontwikkeld door prof. dr. Tine Van Regenmortel. Ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid van mensen met ggz-aandoeningen en hun naasten worden gezien als een belangrijke krachtbron van participatie van deze kwetsbare groepen. In de studie wordt helder hoe de groei van ervaring naar ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid via scholing kan worden opgebouwd. Het gaat hierbij om een proces dat zelf bijdraagt aan het empowerment van de betrokkene. Een aantal sleutelelementen van empowerment (en herstel) worden hierbij als kader voor de analyse gehanteerd. Dit zijn o.a. de samenhang tussen het individuele en collectieve niveau (met onder meer aandacht voor maatschappelijke kwetsbaarheid als interactief neerwaarts proces met de omgeving en de nefaste rol van stigma en discriminatie), het controlegevoel over ervaringen en verbinding krijgen met zichzelf en anderen (gefaciliteerd door een veilig groepsklimaat waarin herkenning en erkenning optreden), het krachtgerichte perspectief met de bouwstenen van veerkracht: het vinden van hoop met nieuwe betekenisgevingen, zoeken naar positieve identiteiten en het opnemen van verantwoordelijkheid hiervoor. De rol en verantwoordelijkheid van de omgeving blijft hierbij constant in de kijker: van de onderwijsorganisatie, de docenten, de professionals, de 'gewone' burger. Aan de hand van theoretische intermezzo's worden de concepten van empowerment en herstel bondig geduid en verweven met het behandelde thema.
DOCUMENT
Case report. Dossiernummer 405-17-720 In deze studie onderzochten we de opzet en inhoud van professionalisering van leraren in basis- en voortgezet onderwijs aan nieuwkomers-kinderen in Zweden en Vlaanderen. Dit deden we tegen de achtergrond van zorgen in Nederland rond de kwaliteit van onderwijs aan deze doelgroep. Opleiding en van leraren maakt deel uit van deze bredere problematiek. De centrale onderzoeksvraag was: Hoe wordt in Zweden en Vlaanderen vorm en inhoud gegeven aan de professionalisering van leraren die onderwijs verzorgen aan nieuwkomers, en welke aanknopingspunten biedt dit voor Nederland? Om niet alleen de opzet van professionalisering op hoofdlijnen, maar ook de inhoud aandacht te kunnen geven, werden drie inhoudelijke professionaliseringsthema’s nader onder de loep genomen waarop vanuit de discussies rond 'Ruimte voor nieuwe talenten' (Schrijfgroep LPTN, 2017) een duidelijke scholingsbehoefte in het veld bestond: (1) de intake van nieuwkomers; (2) de verhouding tussen onderwijs in de tweede taal en de positie van moedertalen; (3) de methodiek van tweede-taalonderwijs. Het onderzoek werd uitgevoerd via een combinatie van deskresearch, interviews met sleutelpersonen uit beleid, professionalisering en wetenschap, en praktijkbezoeken. Het analysekader, tussentijdse bevindingen en eindresultaten zijn op drie momenten voorgelegd aan Nederlandse referenten die een rol spelen bij beleid, professionalisering, praktijk en wetenschap, om de betekenis voor Nederland gezamenlijk met betrokkenen te kunnen duiden.
DOCUMENT
DOCUMENT