Het sociaal werk bevindt zich in woelige tijden en in die dynamiek werken sociaal werkers aan het (zo integraal mogelijk) bevorderen van het sociaal functioneren van mensen. Dat vraagt om voortdurende afstemming met burgers, hun netwerk, betrokken professionals en andere actoren. In onze diverse, ongelijke, geïndividualiseerde en complexe samenleving is het leggen van verbindingen tussen verschillende groepen in de samenleving essentieel en een van de kerntaken van sociaal werk. Het blijkt vaak lastig om de communicatie en afstemming met al die partijen voor elkaar te krijgen en daarbij de focus op burgers/cliënten vast te houden (Feringa, Peels, Van der Sanden, & Linders, 2017; Linders & Feringa, 2014). Sociaal werkers hebben er bijvoorbeeld moeite mee om te bepalen wanneer ze echt de regie kunnen ‘laten’ bij burgers. Dat doen ze – al dan niet bewust – vanuit de gedachte dat zijzelf als professional de bepalende factor zijn in het samenspel met burgers. Dit zien we terug in het taalgebruik dat vaak gebezigd wordt in het sociale domein. Professionals leggen regie bij cliënten terug, regisseren lotgenotencontact, zetten mensen in hun kracht, of organiseren burgerinitiatieven (Linders & Feringa, 2014; Linders, Feringa, Potting, & Jager-Vreugdenhil, 2016). Gesprekken tussen professionals gaan vaak over rollen, taken en verdeling van verantwoordelijkheden of vraagstukken die betrekking hebben op de (on)mogelijkheden om conform de transformatiedoelstellingen te werken (Van der Sanden, Feringa, Peels, & Linders, 2017). Dat kan ten koste gaan van de verbinding met cliënten, wijkbewoners, vrijwilligers, enzovoorts.
DOCUMENT
Dit hoofdstuk is een onderdeel van het boek Sociaal Weerwerk. Maatschappelijke betrokkenheid in zorg en welzijn. Dit boek is te verkrijgen via https://vangennep-boeken.nl/sociaal-weerwerk
DOCUMENT
In deze publicatie houden we een pleidooi voor socioprudentie in het sociaal werk. Wat is socioprudentie: Onder socioprudentie verstaan we de praktische wijsheid die de sociale professional ontwikkelt om ‘goed’ te handelen, en retrospectief om te kunnen toetsen of er goed gehandeld is. Deze toetsing/reflectie draagt bij aan het continu leren van situaties, om op deze wijze de praktische wijsheid te vergroten. Hiermee geven we ook aan dat socioprudentie er niet in een keer is. Het is iets dat zich ontwikkelt en in ontwikkeling blijft. Daarmee is het ook een constant leerproces, waarin reflectiviteit en ‘sociale reflexiviteit’ essentieel zijn.
LINK
De laatste jaren zien we een hernieuwde aandacht voor de maatschappijkritische rol van het sociaal werk die vanaf halverwege de jaren ’90 nagenoeg van het toneel verdween (Peeters, 2010; Banks, 2014; Scholte, 2018). De participatiesamenleving doet een appel op de zelfredzaamheid, de eigen kracht en het informele netwerk van het individu om problemen aan te pakken, zonder daarbij de structurele oorzaken van sociale problemen te adresseren (Peeters, 2010; Banks, 2014; Nachtergaele e.a., 2017; Hubeau, 2018; Reynaert, Roose & Hermans, 2018; Scholte, 2018; Kampen, z.d.). Steeds meer onderzoek laat echter zien dat een beroep op de zelfredzaamheid en de eigen kracht van het individu juist voor kwetsbare groepen niet realistisch is (WRR, 2017; De Brabander, 2014). Sociaal werk zonder maatschappijkritische visie leidt tot een professioneel en democratisch tekort (Bredewold, e.a., 2018). Empowerment speelt een belangrijke rol in de maatschappijkritische positie van sociaal werk (Peeters, 2010; Banks, 2014). Empowerment richt zich niet alleen op het versterken van het zelfvertrouwen van het individu, het bevorderen van een gedeelde verantwoordelijkheid en inclusie, maar ook op het veranderen van structurele oorzaken die sociaal onrecht, sociale ongelijkheid en ongelijke machtsverhoudingen in stand houden (IFSW, juli 2018; Hubeau, 2018). Hier krijgt empowerment een ethisch-politieke dimensie (Van Regenmortel, 2011; Banks, 2012). Dit onderzoek spitst zich toe op de vraag wat de ethisch-politieke dimensie van empowerment inhoudt en op welke wijze empowerment kan bijdragen aan het ontwikkelen van de maatschappijkritische rol van het sociaal werk. Het uitgangspunt is daarbij dat ethiek ‘situated and politicized’ is (Banks, 2014). Deze invalshoek op ethiek biedt een verbreding van de beroepsethiek, die doorgaans ethische kwesties reduceert tot persoonlijke dilemma’s. Over deze bredere ethisch-politieke invalshoek is in Nederland nog nauwelijks geschreven. Het doel van dit onderzoek is kennis over deze ethisch-politieke invalshoek te ontsluiten voor studenten, docenten en professionals.