Het overgrote deel van de Nederlandse bevolking boven 18 jaar is bereid zich te laten vaccineren tegen het coronavirus en velen van hen zijn inmiddels gevaccineerd. Schattingen van het aandeel mensen dat niet gevaccineerd wil worden of nog twijfelt, variëren. Volgens sommige studies is dit slechts 2%, volgens andere bijna 25%.2 In het onderzoek De maatschappelijke impact van COVID-19, uitgevoerd in maart 2021, ligt het aandeel daartussenin: 15%.3 Snel e.a. laten zien dat de bereidheid tot vaccineren tegen corona samenhangt met diverse achtergrondkenmerken. Zo zijn jongeren minder bereid zich te laten vaccineren dan ouderen, gezonden minder dan mensen met een zwakkere gezondheid, lager opgeleiden minder dan hoger opgeleiden, en mensen met een migratieachtergrond minder dan mensen zonder migratieachtergrond.4 Over de beweegredenen van mensen die niet gevaccineerdwillen worden tegen corona wordt vooral in de media geschreven. Complottheorieën over de oorsprong en de gevolgen van de coronavaccins krijgen veel aandacht.5 Uit onderzoek van het RIVM6 blijkt dat van de vaccinatietwijfelaars of -weigeraars een groot deel bang is voor eventuele bijwerkingen. In dit paper, onderdeel van het maatschappelijke impact-project, gaan we dieper in op de motieven en de variatie daarin. We doen dat op basis van een systematische kwalitatieve analyse van antwoorden op de open vraag waarom respondenten indien van toepassing, niet bereid zijn zich te laten vaccineren. In de media is ook aandacht voor campagnes om de vaccinatiebereidheid te vergroten en de ‘vaccinatiekloof’ te verkleinen, bijvoorbeeld door huisartsen die op markten, bij verenigingen en in gebedshuizen informatie verstrekken en welwillenden ter plekke de mogelijkheid bieden zich te laten vaccineren.7 Omdat huisartsen over het algemeen veel vertrouwen genieten onder de bevolking8 vervullen zij in deze campagnes een sleutelpositie. We zijn daarom in gesprek gegaan met een groep van huisartsen uit Den Haag en Rotterdam. We hebben hun gevraagd hoe zij omgaan met de verschillende motieven van patiënten om zich niet te laten vaccineren en wat volgens hen wel en niet werkt om de vaccinatiebereidheid te vergroten. In dit paper bespreken we de belangrijkste bevindingen. We sluiten af met handelingsperspectieven voor verschillende partijen betrokken bij het vaccinatiebeleid en bij publieke gezondheidszorg in bredere zin, zowel op de korte als langere termijn. Uitgever: Kenniswerkplaats Leefbare Wijken & Erasmus School of Social and Behavioural Sciences
MULTIFILE
Introduction: With a shift in healthcare from diagnosis-centered to human- and interprofessional-centered work, allied health professionals (AHPs) may encounter dilemmas in daily work because of discrepancies between values of learned professional protocols and their personal values, the latter being a component of the personal dimension. The personal dimension can be defined as a set of personal components that have a substantial impact on professional identity. In this study, we aim to improve the understanding of the role played by the personal dimension, by answering the following research question: What is known about the personal dimension of the professional identity of AHPs in (allied) health literature? Methods: In the scoping review, databases, CINAHL, ERIC, Medline, PubMed, and PsychINFO were searched for studies focusing on what is regarded as ‘the personal dimension of professional identity’ of AHPs in the health literature; 81 out of 815 articles were included and analyzed in this scoping review. A varying degree of attention for the personal dimension within the various allied health professions was observed. Result: After analysis, we introduce the concept of four aspects in the personal dimension of AHPs. We explain how these aspects overlap to some degree and feed into each other. The first aspect encompasses characteristics like gender, age, nationality, and ethnicity. The second aspect consists of the life experiences of the professional. The third involves character traits related to resilience and virtues. The fourth aspect, worldview, is formed by the first three aspects and consists of the core beliefs and values of AHPs, paired with personal norms. Discussion: These four aspects are visualized in a conceptual model that aims to make AHPs more aware of their own personal dimension, as well as the personal dimension of their colleagues intra- and interprofessionally. It is recommended that more research be carried out to examine how the personal dimension affects allied health practice.
LINK
Background: Shared decision-making is one key element of interprofessional collaboration. Communication is often considered to be the main reason for inefficient or ineffective collaboration. Little is known about group dynamics in the process of shared decision-making in a team with professionals, including the patient or their parent. This study aimed to evaluate just that. Methods: Simulation-based training was provided for groups of medical and allied health profession students from universities across the globe. In an overt ethnographic research design, passive observations were made to ensure careful observations and accurate reporting. The training offered the context to directly experience the behaviors and interactions of a group of people. Results: Overall, 39 different goals were defined in different orders of prioritizing and with different time frames or intervention ideas. Shared decision-making was lacking, and groups chose to convince the parents when a conflict arose. Group dynamics made parents verbally agree with professionals, although their non-verbal communication was not in congruence with that. Conclusions: The outcome and goalsetting of an interprofessional meeting are highly influenced by group dynamics. The vision, structure, process, and results of the meeting are affected by multiple inter- or intrapersonal factors.
DOCUMENT