Volgens het Publiek Kader Huishoudelijk afval (Ministerie van I&M, 2014) moet in 2025 92% van het huishoudelijk afval gescheiden ingezameld worden. Bovendien zijn gemeenten vanaf 2024 verplicht groente fruit en etensresten (GFE) gescheiden in te zamelen (Europese kaderrichtlijn afvalstoffen). In de praktijk blijkt het echter lastig om burgers te bewegen hun GFE gescheiden weg te laten gooien, zeker in de hoogbouw. Bewoners veranderen hun afvalscheidingsgedrag niet zomaar en gemeenten en afvalinzamelaars zien daarom de noodzaak voor het inzetten van gedragsinterventies. Zij hebben echter (kennis)vragen hoe dit goed te doen. Samengevat luidt de praktijkvraag voor dit onderzoek: “Welke combinaties van concreet uitgewerkte interventies kunnen structureel het GFE-scheidingsgedrag van bewoners verhogen en hoe kan de vereiste capaciteit bij de gemeente om deze interventies periodiek in te zetten (kostenefficiënt) geborgd worden?”
BASSTA-plus vormt het vervolg op het bijna afgeronde RAAK-Publiek onderzoek BASSTA. Hierin worden losstaande interventies onderzocht om beter afval te scheiden. BASSTA-plus zal voortbouwen op het lopende BASSTA-onderzoek door te onderzoeken hoe kansrijke gedragsinterventies vanuit BASSTA en andere onderzoeken effectief te combineren zijn en toe te snijden zijn op lokale situaties. Bovendien richt BASSTA-plus zich daarbij specifiek op GFE, aangezien deze afvalstroom prioriteit heeft bij veel stedelijke gemeenten. Middels een onderzoeksaanpak gebaseerd op research through design worden combinaties van interventies via veldonderzoek ontworpen en getest, toegesneden op geselecteerde buurten. Het testen van combinaties van interventies is veelbelovend, en het praktijkgerichte onderzoek is hier zeer geschikt voor. Samen met de partners wordt met een mix van kwalitatieve en kwantitatieve technieken regelmatig gemonitord of interventiecombinaties effectief zijn en of ze elkaar op de gewenste manier aanvullen. Op deze manier kan regelmatig bijgestuurd worden om de interventies effectiever te maken of beter op elkaar te laten aansluiten. Bovendien wordt onderzocht hoe het periodiek inzetten en monitoren van gedragsinterventies structureel in publieke organisaties ingebed kan worden.
Vanaf 2024 zijn gemeenten verplicht groente, fruit- en tuinafval (gft-afval) gescheiden in te zamelen. Het door bewoners goed laten scheiden van gft-afval is voor gemeenten, afvalinzamelaars en -verwerkers van cruciaal belang. Ten eerste om het gft kwalitatief hoogwaardig te kunnen verwerken en ten tweede om andere afvalstromen, zoals plastic, uit het restafval te kunnen nascheiden en recyclen. De natte stroom etensresten zorgt er namelijk voor dat afvalstromen aan elkaar plakken wat het nascheiden en recyclen bemoeilijkt.
In de praktijk blijkt het echter lastig om burgers te bewegen hun afval (goed) gescheiden weg te gooien. Vooral in gebieden met hoogbouw gaat de inzameling niet goed waardoor weinig en/of sterk vervuild gft ingezameld wordt. Vanuit gemeenten en afvalinzamelaars bestaat daarom de behoefte aan meer kennis over het effectief inzetten van gedragsinterventies bij de hoogbouw. Met welke combinaties van concreet uitgewerkte interventies kunnen zij structureel het gft-scheidingsgedrag van bewoners verhogen?
Om een gedegen keuze te kunnen maken in de uit te voeren interventietechnieken en mogelijke gedragsinterventies is in dit onderzoeksproject gestart met de ontwikkeling van kennis over het doen van een goede probleem- en kansenanalyse bij wijken waar gft scheiden niet goed gaat. Na een selectie hiervan zijn samen met meerdere gemeenten veel verschillende interventietechnieken concreet uitgewerkt tot toepasbare gedragsinterventies om bewoners beter gft te laten scheiden. Deze interventies zijn vervolgens in de praktijk getest. Soms op zichzelf, maar meestal in combinatie met andere interventies. De kennis en ervaring rondom het ontwikkelen en testen van de interventies is vertaald naar ontwerpcriteria en naar verbeteringen in de interventies. Er is kennis ontwikkeld over de effectiviteit van deze gedragsinterventies en er zijn nu concrete voorbeelden voor gemeenten beschikbaar hoe deze interventies eruit zien en in te zetten zijn. Bovendien is kennis ontwikkeld over het betrouwbaar en efficiënt monitoren en meten van de effecten van interventies.
Er zijn geen producten gekoppeld
Afgerond
Niet bekend
RAAK.PUB11.049