Ouderbetrokkenheid is cruciaal voor het schoolsucces en de persoonlijke ontwikkeling van kinderen. Veel scholen hebben een visie geformuleerd en kiezen voor een variatie aan activiteiten om de samenwerking met ouders te versterken. Toch verloopt de samenwerking vaak anders dan scholen voor ogen hebben en blijft het voor leerkrachten een moeilijk onderdeel van het leraarschap. Bovendien krijgen toekomstige leerkrachten weinig gelegenheid om in de praktijk aan de benodigde competenties voor samenwerking met ouders te werken. Tijdens de opleiding is er weinig aandacht voor dit onderwerp en ook scholen zijn vaak huiverig om stagiaires direct contact te laten hebben met ouders.
In het project ‘Samenwerken met ouders: hoe doe je dat? is er op drie basisscholen een kenniswerkplaats ingericht waarbinnen zowel leerkrachten, ouders, kinderen en onderzoekers en studenten van de Hanzehogeschool samenwerken aan het vinden van een antwoord. Alle betrokkenen leren door te doen: samen op zoek te gaan, na te denken, te ontwerpen, uit te proberen en te monitoren. Dit gebeurt in drie stappen:
1. Luisteren. Leerkrachten en ouders luisteren naar elkaars verhalen en die van kinderen (dataverzameling) om erachter te komen wat hun ervaringen zijn met de samenwerking en waar wensen en verwachtingen liggen.
2. Denken. De informatie die uit de gesprekken naar voren komt is gebruikt om na te denken (analyseren) over de huidige samenwerking op de basisscholen. Doen we de goede dingen of moeten we aanpassingen doen?
3. Doen. Op basis van de opgedane kennis zijn gerichte interventies gedaan (experimenteren) en is de visie op de samenwerking met ouders, indien nodig, herschreven.
Het project ‘Samenwerken met ouders: hoe doe je dat?’ leidt tot het procesmodel ‘Luisteren, Denken, Doen’. Het model gaat bewust niet uit van een ‘one size fits all’ oplossing, maar speelt juist in op de situatie van de eigen school.
Aanleiding
Ouderbetrokkenheid op basisscholen is van cruciaal belang voor het schoolsucces en de persoonlijke ontwikkeling van kinderen. In dit project definiëren we ouderbetrokkenheid als 'alle vormen van belangstellende betrokkenheid van de ouders bij de begeleiding van hun eigen kind, bij de groep waarin hun kind zit en bij de school als geheel.' Daarin hebben ouders een opvoedende taak en leerkrachten een onderwijsgevende taak. Het ontbreekt basisscholen vaak aan een visie op ouderbetrokkenheid. Leerkrachten ervaren handelingsverlegenheid als het gaat om het creëren en stimuleren van samenwerking. Bovendien hebben leerkrachten onvoldoende kennis over de competenties (kennis, houding, vaardigheden) die nodig zijn voor een goede samenwerking en over welke zij op dit moment al in huis hebben.
Doelstelling
Dit RAAK-onderzoek richt zich op de volgende vragen: Welke specifieke kennis, houding en vaardigheden hebben leerkrachten nodig voor een vruchtbare samenwerking met ouders? Waar liggen verbetermogelijkheden en welke instrumenten zijn daarvoor nodig? Het project richt zich op zowel aankomende, beginnende als ervaren leerkrachten, om handelingsverlegenheid over de hele linie aan te pakken. Concreet zal op drie basisscholen een kenniswerkplaats worden ingericht waar alle partijen (leerkrachten, ouders en kinderen) met de onderzoekers samenwerken. Het is een lerende omgeving waar samen wordt nagedacht, uitgeprobeerd en getoetst.
Beoogde resultaten
Na afloop van het project hebben de betrokken leerkrachten en scholen niet alleen beter inzicht in de bestaande invulling van ouderbetrokkenheid op hun school, maar is per school een visie op ouderbetrokkenheid ontwikkeld. De methodiek wordt gedeeld met andere scholen op basis van storytelling en het beschikbaar stellen van een procesaanpak ouderbetrokkenheid, een (zelfevaluatie-)instrument en een schema waarin specifieke lacunes worden gekoppeld aan hulpmiddelen. Voor de pabo-opleiding levert het project een module ouderbetrokkenheid, een aangepast curriculum en een competentieprofiel op. Het Expertisepunt ouderbetrokkenheid Cedin en Adventure zullen de ontworpen instrumenten landelijk verspreiden.