Begin 2018 is in Zuid Kennemerland en Purmerend/Beemster in het kader van het tegengaan van schoolverzuim onder jongeren in deze regio het team Breed Inzetbare Professionals opgericht. Een Breed Inzetbare Professional (BIP) is in staat het kind door de hele keten heen te begeleiden. Voor het kind betekent dit dat er sprake is van een beperking van de vele schakelmomenten. In plaats van het kind dat door de keten beweegt langs verschillende professionals, beweegt het kind zich samen met één Breed Inzetbare Professional door de keten. Deze wijze van interdisciplinair samenwerken rond het van school verzuimende kind is nieuw in Nederland.
In dit magazine lees je over de uitdagingen van interdisciplinair onderzoek en welke mogelijkheden er zijn om de samenwerking tussen disciplines te versterken. We geven tips voor het verbeteren van een onderzoeksopzet, vertellen over instrumenten die het samenwerkingsproces tussen verschillende disciplines verbeteren, en bediscussiëren welke methoden leiden tot interdisciplinaire onderzoeksresultaten.
Over het algemeen gaven de respondenten aan dat zij zowel waardering hebben voor, als waardering ervaren van collega's met wie zij samenwerken. Zij zijn ook tevreden over de samenwerking. Wanneer het gaat over de communicatie met collega's over leerlingen of over de informatieverstrekking aan elkaar, scoort 20-25% van de respondenten "Er tussen in", wat betekent: niet onvoldoende, maar ook niet voldoende. Hier lijkt ruimte voor verbetering. Wat betreft de samenwerking bij het maken van het handelingsplan, c.q. het begeleidingsplan, lijkt verbetering van de samenwerking op alle drie scholen noodzakelijk. De respondenten hebben aangegeven dat alle dertig competenties die hen voorgelegd zijn, belangrijk zijn om te komen tot een effectieve samenwerking met collega's uit andere disciplines. Echter, uit hun antwoorden kunnen we afleiden dat, wanneer ze gedwongen zijn een keuze te maken, zij toch bepaalde competenties zwaarder laten wegen dan andere.
Zuyd Hogeschool werkt sinds 2019 aan versterking van de vitaliteit en toekomstbestendigheid van Maastrichtse wijken via de CDKM>Maastricht. Zuyd wil deze lokale samenwerking met ‘City Deal Kennis Maken>Limburg–Univer©ity’ opschalen naar een regionale samenwerking, waarbij studenten instellingsbreed met maatschappelijke partners werken aan het ontwikkelen van oplossingen voor stedelijke vraagstukken. De opschaling van CDKM>Limburg-Univer©ity vindt plaats in 3 dimensies: scaling-out (goed benutten van het netwerk), scaling-deep (versterken inbedding interne organisatie en versterken samenwerking met partners) en scaling-up (vergroten van maatschappelijke impact). Zuyd heeft vanaf 2021 gepreludeerd op opschaling van de CDKM>Maastricht. Naast het Urban Living Lab (ULL) van CDKM>Maastricht, zijn het lectoraat Smart Urban Redesign en de academie Built Environment namelijk ook actief met onderwijs- en onderzoeksopdrachten in ULL’s in Heerlen Sittard-Geleen. Naast het integreren van ULL Heerlen en ULL Geleen binnen de CDKM>Limburg-Univer©ity worden 2 nieuwe ULL’s opgezet met de gemeenten Roermond en Weert. Daarmee komt het aantal ULL’s voor CDKM>Limburg-Univer©ity op vijf. Om vanuit Zuyd goed aan te sluiten bij stedelijke opgaven, heeft elke ULL een eigen onderzoeksagenda passend bij de gemeentelijke context. De consortia die samenwerken binnen de ULL’s willen interdisciplinaire samenwerking tussen onderwijs en onderzoek bij het werken aan oplossingsrichtingen voor maatschappelijke opgaven versterken, zodat betere oplossingen worden ontwikkeld voor deze vraagstukken. Daarom bundelt de CDKM>Limburg-Univer©ity onderwijs en onderzoek en worden nieuwe onderwijs- en onderzoeksactiviteiten ontwikkeld op centraal niveau. Door samenwerking tussen de onderwijsprogramma’s van de vijf Zuyd domeinen centraal in te bedden binnen de CDKM>Limburg, worden studenten vaker en grootschaliger ingezet bij opdrachten, over de opleidingen heen. Hierdoor doen studenten meer ervaringen op met multidisciplinair werken. CDKM>Limburg-Univer©ity bouwt in de vijf ULL’s voort op huidige ervaringen om onderwijs en onderzoek te verbinden en samenwerking tussen bestaande minors te faciliteren. Bijvoorbeeld door het organiseren van interdisciplinaire onderwijs en onderzoeksactiviteiten zoals challenges, stages, afstudeerateliers.
Vanaf de start heeft de City Deal Kennis Maken (CDKM) een stevige impuls gegeven aan de samenwerking tussen onderwijsinstellingen Koning Willem I College, Yuverta, Fontys, HAS green academy, Avans Hogeschool en Jheronimus Academy of Data Science1, Juridische Hogeschool en de gemeente ’s- Hertogenbosch. In de pioniersfase tot 2022 hebben projecten en activiteiten plaatsgevonden waar studenten, docenten en onderzoekers hebben bijgedragen aan maatschappelijk stadsopgaven. Daarbij werd voortgebouwd op de energie die er al was in de organisatie en intrinsieke motivatie van betrokken professionals om met het thema Positieve Gezondheid aan de slag te gaan. Daarmee is een kansrijke voedingsbodem ontstaan voor opschaling en verduurzaming. Deze voedingsbodem is in 2022 verstevigd met de ondertekening van het Bossche Onderwijsinnovatie Akkoord. Hierin spreken de partners met elkaar de ambitie uit dat elke Bossche student (nu 30.000) ten minste één keer in zijn/haar studietijd in een multidisciplinaire of multilevel context kan bijdragen aan de gezamenlijke maatschappelijke opgaven binnen de thema’s Samen Gezond (positieve gezondheid), Duurzaamheid en Den Bosch Datastad. Nu, in 2023, wordt gekozen om de samenwerking uit te diepen met een focus op het thema Groene en Gezonde Leefomgeving. De volgende drie aspecten versterken om te komen tot concretere implementatie en opschaling: verduurzaming van de huidige samenwerking, het koppelen van onderwijs en onderzoek aan actuele gezondheidsvragen in de stad, en het ontwikkelen van een methode om de impact van de samenwerking te meten. De ambitie is van 2023-2025 door alle consortiumpartners een groeiend aantal studenten en docenten interdisciplinair en multilevel te laten samenwerken aan het bevorderen van de Groene en Gezonde Leefomgeving in ’s-Hertogenbosch. Dit gebeurt op programmatische wijze aan de hand van vijf programmalijnen: 1. Gezamenlijke kennisontwikkeling 2. Leer- en experimenteeromgevingen in de stad. 3. Een “loketfunctie” voor verbinding vraag en aanbod 4. Impactmeting 5. Communicatie & activatiestrategie
In de chronische fase na de revalidatie woont een groot deel van de mensen die een beroerte (CVA) hebben overleefd weer thuis. Veel mensen na een beroerte ervaren op lange termijn nog beperkingen in hun mobiliteit en fysieke activiteit. Zij hebben daardoor vaak verhoogde gezondheidsrisico’s en gereduceerde mogelijkheid te participeren. Voor hen is er gespecialiseerde interprofessionele zorg nodig. Sinds twee jaar bestaat er een netwerk voor interprofessionele zorg in de eerste lijn voor mensen na Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) zoals een CVA, in de regio Utrecht: het Multidisciplinaire NAH-Netwerk Utrecht (MNNU). Het MNNU wil samenwerken met onderwijs en onderzoek van de Hogeschool Utrecht (HU) om de zorgkwaliteit gericht op reductie van gezondheidsrisico en stimuleren van participatie van mensen na een CVA in de regio optimaliseren. Daartoe wordt de Interprofessionele Community of Practise (CoP) Gezond weer meedoen na CVA gevormd en aan het MNNU gekoppeld. De CoP verbindt het werkveld met onderwijs en onderzoek van de HU, dat gericht is op het optimaliseren van participatie en gezondheid en daarmee de zelfredzaamheid van mensen na een CVA. De beoogde opbrengst van de CoP zijn concepten voor het optimaliseren van de kwaliteit van zorg door delen van kennis en expertise door de professionals uit onderwijs, onderzoek en de zorgprofessionals binnen het MNNU. Daarnaast ontwikkelt de CoP concepten voor bijdragen aan het zorgonderwijs en participeert in de articulatie van vraagstellingen voor praktijkgericht onderzoek en de uitvoering daarvan. Tenslotte zal de CoP bijdragen aan het ontwerp van een interprofessionele scholing voor het MNNU.