Er is weinig bekend over de verschillen in de ondernemersprofielen van starters, overnemers en opvolgers. Als voorbereiding op een grootschalig onderzoek van de HU/KvK Nederland is de literatuur op dit gebied bestudeerd.
DOCUMENT
Aanleiding Er is weinig bekend over de verschillen in de ondernemersprofielen van starters, overnemers en opvolgers. Als voorbereiding op een grootschalig onderzoek van de HU/KvK Nederland is de literatuur op dit gebied bestudeerd. Literatuurstudie Er zijn 9 (wetenschappelijke) publicaties gevonden die ingaan op de verschillen tussen starters, overnemer of opvolgers. Bij gebrek aan directe studies zijn daarnaast 28 publicaties verzameld, die betrekking hebben op de slaag- en faalfactoren bij overname en opvolging. Vraagstelling Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen starters, overnemers en opvolgers en welke factoren verhogen de slaagkans bij overname en opvolging? Resultaten De uitkomsten uit de verschillende studies geven een vrij eenduidig beeld. Personen met meer werkervaring, ondernemers- en managementervaring, branchekennis en een hoger inkomen kiezen eerder voor overname dan het starten van hun eigen bedrijf. Daarbij valt op dat overnemers doorgaans hoger zijn opgeleid dan opvolgers, maar lager zijn opgeleid dan starters. Bij de entry keuze moeten we bedacht zijn op de verschillen per branche, want daar waar hoge toetredingsdrempels aanwezig zijn of de startkosten hoog zijn, daar is overname waarschijnlijker dan starten. Ook meer specifieke ondernemerscompetenties zijn van belang voor het welslagen van een overname of opvolging, zoals een goede relatie met de verkoper, marktbewustzijn, flexibiliteit, doorzettingsvermogen en het kunnen leiden van veranderingen. Daarnaast zijn deze kenmerken van belang het realiseren van de financiering van een overname. Voorts spelen timing van de aankoop, het hebben van enig eigen kapitaal en de marktsituatie een rol van betekenis. Voor familieopvolging geldt dat opvolgers vanuit eigen interesse en alleen bij gebleken geschiktheid, goed opgeleid en met (externe) ervaring een grotere kans van slagen hebben. Van hen en van overnemers van een voormalig familiebedrijf wordt veel gevraagd bij veranderingen en vernieuwingen, daar bij familiebedrijven doorgaans grotere weerstanden bestaan tegen veranderingen.
DOCUMENT
Er zijn verrassend weinig studies uitgevoerd naar de verschillen in kenmerken tussen starters en overnemers. Internationaal onderzoek wijst uit dat starters de concurrentiekracht van het bedrijfsleven versterken, maar dat zij op lange termijn een negatief effect hebben op de werkgelegenheid. Het zijn vooral de overnemers die een hoge overlevingskans hebben, bijdragen aan innovaties, omzetgroei en de werkgelegenheid.
DOCUMENT
In flexible education, recommender systems that support course selection, are considered a viable means to help students in making informed course selections, especially where curricula offer greater flexibility. However, these recommender systems present both potential benefits and looming risks, such as overdependence on technology, biased recommendations, and privacy issues. User control mechanisms in recommender interfaces (or algorithmic affordances) might offer options to address those risks, but they have not been systematically studied yet. This paper presents the outcomes of a design session conducted during the INTERACT23 workshop on Algorithmic Affordances in Recommender Interfaces. This design session yielded insights in how the design of an interface, and specifically the algorithmic affordances in these interfaces, may address the ethical risks and dilemmas of using a recommender in such an impactful context by potentially vulnerable users. Through design and reflection, we discovered a host of design ideas for the interface of a flexible education interface, that can serve as conversation starters for practitioners implementing flexible education. More research is needed to explore these design directions and to gain insights on how they can help to approximate more ethically operating recommender systems.
LINK
Hoe kunnen we startende leraren zo goed mogelijk begeleiden? Samen met vijf schoolbesturen van het Partnerschap Utrecht-Amersfoort doen onderzoekers van het lectoraat Werken in Onderwijs (Hogeschool Utrecht) hier onderzoek naar. Doel van dit project is het in kaart brengen van werkende principes waarmee de begeleiding van startende leraren vormgegeven kan worden. Het gaat hierbij om studenten en starters in een lijn van initiële opleiding (pabo) tot en met de inductiefase (op een school). Met een dergelijke doorgaande begeleiding kunnen startende leraren zich ontwikkelen tot autonome professionals met plezier en voldoening in hun werk én kan het voortijdig en onnodig verlaten van starters worden teruggedrongen. In het kader van dit onderzoek is een visualisatie gemaakt van de werkende principes waarmee begeleiding op maat van studenten en starters in een doorgaande lijn vormgegeven kan worden.
DOCUMENT
Wat is er mooier dan dagelijks te kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen? Voor veel startende leraren is dat de drijfveer geweest om te kiezen voor een lerarenopleiding. Of ze nu vanaf de havo, het mbo of vwo gekozen hebben voor een lerarenopleiding, na een eerdere loopbaan en carrièreswitch een deeltijdopleiding hebben gedaan of gestart zijn als zij-instromer. Er zijn immers weinig beroepen zo betekenisvol als het leraarschap.Toch is die drijfveer geen garantie voor een goede en succesvolle start als leraar binnen het onderwijs. We weten dat de eerste jaren als startende leraar zwaar zijn en het risico van uitval groot. En uitval van starters is een groot verlies. Voor de starter zelf die zijn droom uiteen ziet spatten en voor wie het verwerven van de bekwaamheden voor leraren een verloren inspanning geweest lijkt. Maar ook voor scholen die te maken hebben met grote personeelstekorten en voor wie iedere uitvallende leraar er één te veel is.In deze whitepaper staan we in het eerste deel stil bij de problemen die startende leraren tegenkomen in de inductiefase. In het tweede deel schetsen we wat dat vraagt van begeleidingsprogramma’s. In deel drie komen concrete handvatten aan de orde die daarbij kunnen helpen. Tenslotte staan we in deel vier stil bijde inbedding van startersbegeleiding in het (HR) beleid op bestuursniveau.
DOCUMENT
De zogenaamde starterslening is geen geschikt instrument om starters op de woningmarkt te helpen.
LINK
Assessment beschrijft kritische succesfactoren ten behoeve van ideale duurzame bedrijventerreinen en het belang van duurzaambouwen voor starters door middel van collectief particulier opdrachtgeverschap.
DOCUMENT
Higher education is making increasing demands on students’ learner-agency and self-directed learning. What exactly are learner agency and self-directed learning? Why are they important? And what does it take? The aim of the five questions and answers on this poster is to support a common language and to be used as conversation starters when you want to discuss learner-agency and self-directed learning.
DOCUMENT