Het project “Sporttoerisme - Sportas Amsterdam” draait om de vraag: welke kansen biedt sporttoerisme voor Sportas? De aanleiding voor het project is het bredere programma rond het gebiedsconcept Sportas Amsterdam. Dit programma behelst de ambitie van de gemeente Amsterdam, gemeente Amstelveen en partners om één ruimtelijk geheel te maken van het gebied en de sportfaciliteiten die in zuidwest Amsterdam zijn gelegen, grofweg van het Olympische Stadion tot en met de sportfaciliteiten in het Amsterdamse Bos. Het programma draagt bij aan city branding (regio Amsterdam), lokale bedrijfsontwikkeling (o.a. horeca, retail, dienstverlening), ondersteunen lokaal verenigingsleven en sportfaciliteiten (vitaliteit kantines en accommodatie), veiligheid (ruimtelijke eenheid, levendig) en leefbaarheid (toegankelijke en aantrekkelijke openbare ruimte). Bovenal kan de Sportas bijdragen aan het aantrekken en binden van de relatief hoogopgeleide en weinig plaatsgebonden leeftijdsgroep van 18-35 jaar. Dit sluit aan bij de ideeën van auteurs als Richard Florida (“The rise of the creative class”) en Charles Landry (“The art of city making”) over het aantrekken en vasthouden van de creatieve klasse en de kenniswerker. Het idee van de Sportas veronderstelt een transitie, van een versnipperd sportgebied naar geïntegreerd vrijetijdslandschap. Het gebied is momenteel al interessant voor sporttoerisme (topsport, breedtesport) en kan door deze transitie een impuls krijgen. Tegelijkertijd is de ontwikkeling van sporttoerisme een schakel in deze transitie. Er is echter nog te weinig bekend over de omvang van sporttoerisme en de potenties van de Sportas op dit vlak.
DOCUMENT
Amsterdam as a lab. That is what Amsterdam University of Applied Sciences' three fieldlabs and its many partners have in mind. Functional illiteracy, debts, learning deficiencies or problems caused by extreme precipitation: the city contains plenty of tough issues, demanding novel approaches in which co-creation and participation by residents, social organizations and knowledge institutions are basic principles.In the fieldlabs, people try to change current practices by working with, instead of for or on behalf of those whom it concerns. But how to achieve effective learning environments between parties? How to encourage stakeholder participation in complex issues? And how to build new relations and roles?
DOCUMENT
Paper dat ingaat op de gedragingen van bezoekers aan Amsterdam en de motieven om deze stad te herbezoeken.
DOCUMENT
This report shows the results of research on the relation between local and global anchor points in the city of Amsterdam, executed by a small group of international students from Italy and Spain within the scope of two research modules in their Bachelor education at the University of Applied Sciences School of Technology Amsterdam in 2010. The research has been executed as part of wider research on the functional relation between the urban frame - the system of streets square’s and places - and urban anchor points - the system of destinations and urban programs - executed by different students and researchers and coordinated by Prof. Ir. Peter G. de Bois as part of the research programme ‘The City sustainable vital’ of the University of Applied Sciences School of Technology Amsterdam, and at the Delft University of Technology.
DOCUMENT
Bij Vroeg Eropaf zoekt de gemeente contact met inwoners over wie een betaalachterstand is gemeld om hulp aan te bieden. Onderzoekers van Bureau Bartels, Verwey-Jonker Instituut, Centraal Bureau voor de Statistiek en Hogeschool Utrecht hebben samen met de Gemeente Amsterdam de Vroeg Eropaf-aanpak in Amsterdam tegen het licht gehouden: wat werkt? Wat zijn volgens dit onderzoek succesfactoren van de Vroeg Eropaf-aanpak? - Het outreachend werken/proactief benaderen van inwoners met betaalachterstanden. Dus: niet wachten tot inwoners zelf op zoek gaan naar hulp. - Combineren van meerdere vormen van communicatie (‘gecombineerde aanpak’). Dus: benaderen van inwoners via huisbezoek, telefoon, e-mail, WhatsApp, en alle andere manieren die je kunt bedenken. - Duidelijk en eerlijk zijn over mogelijke dienstverlening. Dus: verwachtingsmanagement. - Maken van écht contact. Dus: luisteren naar de inwoner en horen welke vragen, twijfels, angsten of oplossingen de inwoner heeft.
DOCUMENT
Amsterdam als laboratorium. Dat is wat de drie fieldlabs van de Hogeschool van Amsterdam en vele partners beogen. Laaggeletterdheid, schulden, leerachterstanden of extreme wateroverlast: de stad zit vol taaie vraagstukken die om nieuwe aanpakken vragen. Co-creatie en participatie van bewoners, bedrijven, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen zijn het uitgangspunt.
DOCUMENT
Laaggeletterdheid is een erkend maatschappelijk probleem en staat de laatste jaren nadrukkelijk op de politiek-bestuurlijke agenda. De cijfers over laaggeletterdheid zijn verontrustend. Volgens het onderzoek van de OESO geldt landelijk 12% procent van de beroepsbevolking als laaggeletterd, voor Amsterdam was al bekend dat 16% behoort tot die categorie (Buisman en Houtkoop, 2014). Uit eerder veldonderzoek van het lectoraat Management van Cultuurverandering komen veel hogere uitkomsten naar voren dan de cijfers die al bekend waren: 27% van de beroepsbevolking in Amsterdam Nieuw-West is hoogstwaarschijnlijk onvoldoende leesvaardig. De hoogste percentages zijn te vinden in Slotermeer Noordoost (41%) en Slotermeer Zuidwest en Geuzenveld (allebei 37%) (Achbab, Fukkink, Straathof & Faddegon, 2015). Leesvaardigheid is een noodzakelijke voorwaarde voor geletterdheid. Dat betekent dus dat het probleem van laaggeletterdheid in een aantal delen van Amsterdam mogelijk groter is dan men denkt. Dat geldt waarschijnlijk ook voor Amsterdam Zuidoost. Veel van die problematiek is verborgen laaggeletterdheid waardoor de populatie moeilijk te bereiken is.
DOCUMENT
This city profile provides a multi-dimensional overview on the most recent social, economic, political and spatial changes in the city of Amsterdam. We map the social-geography of the city, discussing recent housing and spatial development policies as well as city-regional political dynamics. Today, the city of Amsterdam is more diverse than ever, both ethnically and socially. The social geography of Amsterdam shows a growing core–periphery divide that underlines important economic and cultural asymmetries. The tradition of public subsidies and regulated housing currently allows for state-led gentrification within inner city neighborhoods. Public support for homeownership is changing the balance between social, middle and high-end housing segments. Changes in the tradition of large-scale interventions and strong public planning are likewise occurring. In times of austerity, current projects focus on small-scale and piecemeal interventions particularly oriented to stimulate entrepreneurialism in selected urban areas and often relate to creative economies and sustainable development. Finally, underlying these trends is a new political landscape composed of upcoming liberal and progressive parties, which together challenge the political equilibriums in the city region
DOCUMENT
Op verzoek van het Expertisecentrum Mantelzorgondersteuning Amsterdam (onderdeel van Markant) en de gemeente Amsterdam rapporteert het lectoraat Community Care over de ervaringen van mantelzorgers met professionele hulpverleners, de door mantelzorgers ervaren belasting en over hun ondersteuningsbehoeften.
DOCUMENT
Dit rapport gaat over hoe formele en informele politieke participatie van adolescenten en jongvolwassenen (16-27 jaar) in Amsterdam Noord, Nieuw-West en Zuidoost zich verhouden tot participatieve ongelijkheid in de stad. We stellen ons in dit rapport de vraag welke rol lokale (zelf)organisaties, bewonersinitiatieven en jongerenplatforms kunnen spelen in het bestrijden van participatieve ongelijkheid. Om de vraag te kunnen beantwoorden in hoeverre praktijken van politieke participatie ook daadwerkelijk leiden tot meer invloed van jongeren op politieke besluitvorming maken we gebruik van het concept ‘linking sociaal kapitaal’. We hebben ons specifiek gericht op groepen jongeren tussen de zestien en zevenentwintig jaar voor wie de opkomstcijfers laag zijn. Welke ervaringen hebben zij met participatie en hoe verhouden hun ervaringen zich tot de ervaringen en verwachtingen van politici, bestuurders en beleidsmakers? Wie speelt een rol in het verbinden van jongeren aan overheidsinstellingen en hoe gaan deze sleutelfiguren te werk? Hoe verlopen ontmoetingen tussen jongeren en representanten van de overheid, en in hoeverre lukt het initiatieven die (in)formele participatie van jongeren willen versterken om hun invloed te vergroten? Dit onderzoek is tot stand gekomen met behulp van financiering door Het Kenniscentrum Ongelijkheid. Onderzoekers: Sietske Zweegman, Femke Kaulingfreks, Floris Vermeulen, Sharifah Redan, Zulia Rosalina, Elena Ponzoni, met medewerking van Charissa Leiwakabessy, Reyhan Bencan en Malisa Agyeiwaa
DOCUMENT