Dit rapport doet verslag van de laatste fases van het onderzoek dat het lectoraat Armoede Interventies uitvoerde naar de financiele zelfredzaamheid van bewoners in Amsterdam Nieuw-West. In hoeverre kunnen we de bewoners financieel zelfredzaam noemen? Waar is verbetering mogelijk en welke rol spelen lokale organisaties daarbij?
DOCUMENT
Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van lector Optimaliseren Kennisintensieve Bedrijfsprocessen bij Zuyd Hogeschool op vrijdag 20 mei 2016. Beschouwingen over de ontwikkelingen in Financiele dienstverlening, missie van het Lecotraat ‘Het ontwikkelen en verspreiden van nieuwe inzichten en oplossingen voor praktische vraagstukken met betrekking tot kennisintensieve bedrijfsprocessen teneinde de kennisontwikkeling en professionaliteit in met name de financiële dienstverlening te bevorderen.’
LINK
CoSIE is een acroniem voor ‘Co-creation of Service Innovation in Europe’ . Het project staat voor het samen met burgers – in cocreatie – ontwerpen en verbeteren van sociale dienstverlening van de overheid om zo bij te dragen aan sociale inclusie en vernieuwing van de (lokale) democratie . Co-creatie is een gezamenlijke activiteit van overheid en burgers die tot doel heeft de waarde van publieke diensten te verrijken en te vergroten . Deze gezamenlijk activiteiten kunnen in elk stadium van ontwikkeling en implementatie van nieuwe diensten plaatsvinden . Individuele en publieke waarden kunnen worden begrepen in termen van toegenomen welzijn, gedeelde beleidsvisies of nieuwe diensten . Het CoSIE project heeft in heel Europa een beweging in gang gezet waarin onderzoekers en professionals samen met burgers werken aan een verbetering van publieke dienstverlening .
DOCUMENT
In 30 jaar tijd is het aantal huishoudens met problematische schulden met een factor drie toegenomen. Het gaat nu om meer dan 720.000 huishoudens, bijna 9 procent van de bevolking. Voor hulpverleners is het steeds moeilijker geworden om mensen uit de schulden te helpen, ondanks alle inspanningen. Schulden hebben tal van oorzaken die veelal buiten de invloedssfeer liggen van de individuele professional. De onderzoekers zien dat de wet- en regelgeving burgers onvoldoende beschermt tegen het opbouwen van schulden. Het belang van de schuldeiser staat voorop en niet dat van de consument. Daarbij treedt de overheid vaak op als de grootste schuldeiser. Daarnaast zien de onderzoekers nog drie andere oorzaken voor de toename van schulden over de afgelopen dertig jaar.Een groep burgers is in de knel gekomen door maatschappelijke verschuivingen, zoals de digitalisering, de opkomst van de participatiemaatschappij met de verwachting dat mensen zelfredzaam zijn en de toename van eenpersoonshuishoudens. Ook hierdoor heeft de schuldenproblematiek zich verspreid en verdiept.Daarnaast hebben de economische ontwikkelingen gezorgd voor meer schulden. De financiële crises van 2008 en 2022, een steeds flexibelere arbeidsmarkt en het achterblijven van het bestaansminimum hebben burgers met lage inkomens onder druk gezet. En ten slotte is de schuldhulpverlening zelf onvoldoende in staat gebleken om de herhaaldelijke aanbevelingen voor een integraal beleid en voor verbeteringen in (vroeg)signalering, preventie en nazorg in te voeren en structureel onderdeel te maken van de dienstverlening. SysteemingrepenDit alles maakt duidelijk dat schuldenproblematiek grotendeels een systemisch probleem is, dat vraagt om systeemingrepen die het ontstaan en oplopen van schulden terugdringen. Hier horen bij:•Een hoger en betrouwbaarder inkomen voor mensen met een krappe beurs•Sterkere bescherming tegen het maken van schulden•Een rechtvaardiger systeem van incasso•De aanbevelingen aan de schuldhulpverlening die sinds 1994 worden gedaan echt ten uitvoer te brengen
MULTIFILE
In de publieke dienstverlening gericht op de aanpak van schulden, werkloosheid en de inning van de eigen bijdrage Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015 en de wanbetalersregeling zijn lager opgeleiden oververtegenwoordigd. Publieke dienstverleners hebben aandacht voor deze groep maar zijn ook zoekend wat zij nodig heeft om haar weg in de verschillende voorzieningen beter te vinden. Om daar meer beelden bij te krijgen heeft het lectoraat Schulden en Incasso van het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht onderzoek gedaan. De onderzoeksvraag luidt: Welke belemmeringen ervaren specifiek lager opgeleiden bij het gebruik van publieke dienstverlening op het terrein van sociale zekerheid en de financiële kant van het gebruik van zorg en wat is de doorwerking van deze belemmeringen?
DOCUMENT
Deel 2 van een tweeluik over de meerwaarde van financiële dashboards, geschreven door accountancystudenten en docenten van de Hogeschool Utrecht. Dit tweede deel gaat vooral in op de toepassing van een dashboard in de praktijk.
LINK
Het ondernemerschap binnen etnische groepen groeit sterk, vooral bij de tweede en derde generatie Turken en Marokkanen. Door een grotere diversiteit in producten en dienstverlening ontstaat vernieuwing in de markt en meer participatie in het economische verkeer. Deze groeiende markt biedt mogelijkheden voor financiële dienstverlening. In dit artikel berichten wij over de plaats van financiële instellingen in het netwerk van deze groep ondernemers en over de wijze waarop de interacties met de banken bijdragen aan het succesvol ondernemen.
DOCUMENT
Financiële problemen geven mensen die er mee te maken hebben vaak de nodige stress en zorgen. Als de stress hevig en chronisch is, kan dit flink doorwerken op ons gedrag. We gaan meer bij de dag leven, hebben meer moeite om verstandige beslissingen te nemen en om onze emoties en verlangens te reguleren. Het besef dat chronische stress negatief doorwerkt op het ‘doenvermogen’ van cliënten inspireert steeds meer organisaties om daar in hun hulp- en dienstverlening expliciet rekening mee te houden en erop aan te sluiten. Een van de manieren om daar invulling aan te geven is door te voorzien in psycho-educatie. Dit is een samenvoeging van de woorden psychotherapie en educatie en is erop gericht om cliënten meer inzicht te geven in de wijze waarop de door hen ervaren stress doorwerkt in hun (doelgerichte) gedrag, en om copingstrategieën te ontwikkelen die hen helpen om (lange) termijn doelen sneller en vaker te bereiken. Met opdracht van het programma Schouders Eronder heeft het lectoraat Schulden en Incasso van de Hogeschool Utrecht uitgewerkt hoe psycho-educatie bij de aanpak van financiële problemen vorm kan worden gegeven. In directe samenwerking met professionals en in indirecte samenwerking met cliënten is er een stappenplan en praatplaat ontwikkeld. De betrokken professionals werken bij drie organisaties die voorzien in ondersteuning bij financiële problemen:de regionale sociale diensten Avres en WIL Lekstroom en de gemeente Meppel. Na de ontwikkeling van de aanpak heeft het lectoraat Schulden en Incasso samen met lectoraat De Gezonde Stad van Hogeschool Windesheim onderzocht wat de toepassing van psycho-educatie volgens cliënten en professionals kan opleveren.
DOCUMENT
Onderdeel van het project ‘Drempels slechten’. In Drempels slechten worden begrijpen, willen en kunnen beschreven vanuit het perspectief van zowel de professional als de cliënt. In het tweede deel van het project is de focus versmald naar de bijdrage van de professional en gericht op de ontwikkeling van een instrument dat de professional verder kan helpen om belemmeringen op begrijpen, willen en kunnen te slechten. In dit kader zijn er 25 interviews uitgevoerd met schuldhulpverleners en professionals die uitvoering geven aan de Participatiewet. De interviews zijn gebruikt om in de context van de begrippen begrijpen, willen en kunnen verder te doordenken en zo uit te werken dat ze vertaald kunnen worden in een concreet instrument. Het resultaat van het doordenken en operationaliseren is het bij deze rapportage opgeleverde zelf-assessment dat professionals zelfstandig of in teamverband kunnen gebruiken om het eigen handelen te onderzoeken op begrijpen, willen en kunnen en op basis van de opgedane inzichten te versterken. Het assessment is uitgeprobeerd door negen professionals uit het sociale domein. Voorliggende rapportage is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 1 is de onderzoeksvraag beschreven die ten grondslag lag aan het tweede deel van het project en de deelvragen die in dat kader zijn opgesteld. Ook wordt op die plek beschrevenwelke activiteiten zijn verricht om deze vragen te beantwoorden. Hoofdstuk 2 bevat vervolgens een uitwerking van de wijze waarop de begrippen begrijpen, willen en kunnen zijn geoperationaliseerd. In dat hoofdstuk wordt ook beschreven hoe de eerste fase van de coronapandemie in de beleving van de respondenten doorwerkt op deze begrippen. Hoofdstuk 3 bevat vervolgens een korte beschrijving van ondersteuningsmiddelen die er al zijn om zaken als begrijpen, willen en kunnen te verbeteren. In hoofdstuk 4 wordt ten slotte toegelicht wat het zelf-assessment inhoudt en hoe professionals het – al dan niet in teamverband – kunnen inzetten. Bijlage 1 bevat een verantwoording van het project, bijlage 2 de topiclijst die als leidraad heeft gediend bij de interviews, bijlage 3 bevat de reacties op de eerste versie van het assessment en bijlage 4 geeft tot slot een overzicht van de leden van de begeleidingscommissie.
DOCUMENT
De uitdagingen voor de (toekomstige) professionals zijn groot. Voor de innovatie van juridische dienstverlening en de morele dillema’s binnen de juridische beroepspraktijk, zijn hbo’ers nodig die verder kunnen kijken dan de regels en de toepassing ervan; mensen die altijd de mens blijven zien en horen en kunnen reflecteren op hun professioneel handelen. Er zijn meer toegankelijke en rechtvaardige oplossingen nodig die zorgen voor de toegang tot recht. Dat vergt behalve het kunnen inleven in mensen ook maatwerk, praktische wijsheid en creatief denken. Waarbij praktische wijsheid staat voor het zoeken naar antwoorden in concrete situaties waarvoor geen standaardantwoorden uit regelgeving, leerboeken en protocollen te vinden zijn
DOCUMENT