Den Haag is een internationale stad waar buitenlandse werknemers zich graag vestigen. Den Haag is op het gebied van vrede, recht en veiligheid in de loop der tijd uitgegroeid tot een stad van mondiale betekenis (Eyffinger, 1999) (Wladimiroff, 2009). Deze ontwikkeling ging niet zonder slag of stoot. Aan de hand van literatuuronderzoek en circa twintig interviews met vertegenwoordigers van overheidsbeleid en internationale instellingen is hier een analyse gemaakt van de voorgeschiedenis van Den Haag als internationale stad en de effectiviteit van het beleid met betrekking tot internationale instellingen. Eén van de uitkomsten is dat internationale organisaties gebaat zijn bij een goede samenwerking tussen de gemeente en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Het proces van aantrekken en faciliteren van internationale (kennis) instellingen en (non-)gouvernementele organisaties kan beter gestroomlijnd worden. Voorts zouden mogelijk enkele nieuwe tribunalen in Den Haag kunnen worden gevestigd. ABSTRACT The Hague is more and more the legal capital of the world. The Hague municipality and the Ministry of Foreign Affairs successfully promoted the city as such and made it a real global center of justice, peace and security (Eyffinger, 1999) (Wladimiroff, 2009). The process of attracting and managing international organizations, centers of knowledge, governmental and non-governmental organizations, was not always easy. Internal and external factors determine the way the city still develops its status as 'legal capital of the world'. Based on literature and about twenty interviews with representatives of the local and national governments and employees of international organizations, this article concludes that progress can be made through more cooperation between the municipality and the Ministry of Foreign Affairs. Attracting new international organizations can be streamlined in a better way. Some new tribunals might be established in The Hague.
Verpleegkundig specialisten (VS’en) zijn hbo-master-opgeleide professionals die acteren op het hoogste beheersingsniveau binnen de verpleegkunde (NLQF 7). Zij hebben in Nederland hun intrede gedaan sinds de eeuwwisseling. Binnen de ggz is de inzet van de VS als regiebehandelaar echter pas sinds januari 2017 bekrachtigd in het Model Kwaliteitsinstituut. Elke ggz-instelling is verplicht om een Kwaliteitsstatuut te heb-ben, waarin inzichtelijk wordt gemaakt hoe de kwaliteit en doelmatigheid van de zorgverlening vorm krijgt. De VS als regiebehandelaar wordt in het Model Kwaliteitsstatuut aanbevolen voor cliënten waarbij de pri-maire focus van de behandeling gericht is op de gevolgen van de psychiatrische stoornis. VS’en-ggz vragen zich af hoe zij invulling kunnen geven aan de rol van regiebehandelaar. Het resultaat van dit RAAK-project moet een handreiking worden voor VS’en-ggz om hen te ondersteunen bij het invullen van de rol als regie-behandelaar binnen het multidisciplinaire team. We richten ons in dit project op de basis- en specialistische ggz die geboden wordt vanuit de ggz-instellingen. Om te komen tot een handreiking kiezen we voor data-triangulatie door drie verschillende methoden in te zetten, namelijk 1. nationale survey, 2. multiple casestu-die met mixed methods en 3. ontwerpgericht design om een handreiking te ontwikkelen. Tijdens het onder-zoeksproject en bij de verspreiding van kennis werken we samen met: cliëntraden, cliënten/naasten, VS’en-ggz, psychiaters en psychologen uit zeven ggz-instellingen; lectoren en docenten uit zes instellingen voor Hoger Beroeps Onderwijs; beroepsverenigingen voor VS’en, psychiaters en psychologen; hoogleraar verple-gingswetenschap en brancheorganisatie GGZ Nederland. Op deze wijze borgen we dat het onderzoek en de handreiking daadwerkelijk leiden tot breed gedragen handvatten voor de dagelijkse praktijk die bijdragen aan de invulling van de rol van regiebehandelaar door de VS, wat resulteert in kwaliteitswinst voor cliënten die in behandeling zijn bij een ggz-instelling.
Veel Europese burgers ontberen de cijfervaardigheden om volledig en zelfstandig deel te nemen aan onze samenleving, die doordrongen is van technologie, statistiek en cijfers. Zij worden over het hoofd gezien voor bepaalde banen en vanwege de overvloed aan nummergerelateerde zaken, lopen ze in hun dagelijkse leven aan tegen allerlei problemen. Daarom is het essentieel dat er effectieve educatieve programma's worden ontwikkeld die aansluiten bij het dagelijks leven van volwassenen.Doel Het doel van dit project is om de gecijferdheid van burgers te vergroten door meer en betere gecijferdheidscursussen (of andere relevante educatieve programma's) voor volwassenen te ontwikkelen. Daarnaast zal het onderwerp onder de aandacht worden gebracht van onderwijzers, beleidsmakers en het brede publiek, zodat zij zich bewuster worden van de problemen rondom gecijferdheid. Dit project is een vervolg op een eerder groot Erasmus+ onderzoeksprogramma: "Europees referentiekader gecijferdheid". Resultaten Tijdens dit project worden in ieder geval de volgende vier kennisproducten ontwikkeld: Informatie- en bewustwordingsmaterialen Onderwijs- en leermaterialen - voorbeelden Op lokaal niveau: Materialen voor de ontwikkeling van professionals - voorbeelden Whitepapers over wat werkt in gecijferdheidsonderwijs Door deze informatiematerialen, whitepapers en leermaterialen beschikbaar te maken, zal het gecijferdheidsonderwijs voor volwassenen in Europa verbeterd worden en op die manier bijdragen aan het beleid dat de laaggecijferdheidsniveaus in Europese landen wil verhogen. Looptijd 01 januari 2022 - 31 december 2024 Aanpak We gebruiken een aanpak op meerdere niveaus voor het benaderen van leraren en vrijwilligers die betrokken zijn bij het geven van gecijferdheidscursussen, de opleiders die cursussen geven aan die leraren en vrijwilligers, en beleidsmakers en andere belanghebbenden die verantwoordelijk zijn voor het creëren van kansen voor zulke cursussen. Dit project is gebaseerd op de overtuiging dat succesvolle educatieve gecijferdheidsactiviteiten voor volwassenen niet te vinden zijn in schoolboeken voor kinderen of in abstracte spreadsheets, maar direct gerelateerd zijn aan de werkelijkheid, behoeften en uitdagingen van volwassenen. Ons onderwijs moet verbonden zijn met de realiteit van de lerenden, een holistische benadering volgen (lezen, schrijven, rekenen en digitale vaardigheden), en moet daarom ook leerlinggericht zijn. We zullen volwassenen moeten begeleiden in hun gecijferde omgeving door authentiek materiaal vanuit real-life-situaties te gebruiken, te werken aan bewustwording van succesvol gedrag, (cijfervaardigheids)thema's als gezondheid of financiën te bespreken en ook door een kritisch en verstandig gebruik van tools te ondersteunen. Impact Zowel de cursussen en programma's zelf die in dit project worden ontwikkeld als de internationale inzichten over hoe ze het beste kunnen worden ontwikkeld, kunnen het dagelijks leven van Europese burgers verbeteren en actief burgerschap, gezinsleven, sociaal leven en kansen op werk bevorderen. Ze kunnen ook de zorgen over de toekomstige economische ontwikkeling van Europese landen en hun snelle digitalisering en technologisering verminderen.
Bedrijven worden geconfronteerd met ontwikkelingen in de mondiale economie die sneller, complexer en onzekerder zijn dan vroeger en een grote impact hebben. Veel ontwikkelingen worden gedreven door Smart Industry: de verregaande digitalisering en verweving van apparaten, productiemiddelen en organisaties. Smart Industry biedt bedrijven in de maakindustrie kansen om producten, processen en business modellen drastisch te vernieuwen en daarmee hun concurrentiepositie te versterken. Middelgrote bedrijven missen echter tijd, capaciteit en kennis om meer radicale innovaties te onderzoeken en in actie om te zetten. Een groep van zes vooraanstaande bedrijven in (b2b-)maakindustrie in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag wil daarom gebruik maken van de kennis en faciliteiten die bij Hogeschool Rotterdam en Hogeschool InHolland beschikbaar zijn. In dit RAAK-project gaan de ondernemers samen met onderzoekers, docenten en studenten onderzoeken hoe de ondernemers hun innovatievermogen kunnen verbeteren om radicale innovatie-ideeën in het kader van Smart Industry te identificeren, te ontwikkelen en te vermarkten. Beide hogescholen zetten hiertoe een breed pallet van innovatiemodellen en -technieken in waarmee de studenten en vakdocenten de mkb-deelnemers zullen uitdagen en ondersteunen. Het project levert nieuwe kennis en inzichten op over het gebruik van deze modellen en technieken in het kader van Smart Industry. Deze kennis zal worden benut om de ‘innovatie- en ondernemerschapskit’ bij de hogescholen te versterken en het onderwijs te verbeteren.