Deze notitie verkent de relatie tussen internet en integratie van allochtonen. De grote vraag daarbij is natuurlijk: leiden websites voor specifieke etnische doelgroepen nu tot segregatie of hebben ze juist een integrerend effect?
In een levendig gesprek nemen we je mee in de digitale wereld! Internetpionier Marleen Stikker is oprichter en directeur van het onderzoeksinstituut Waag en werkzaam als praktijkprofessor ‘Digitalisering’. In deze aflevering blikken Mendeltje en Rik-Jan samen met Marleen terug op het 25-jarig bestaan van het internet en de impact van technologie op de Nederlandse en internationale samenleving. We praten over de controverse tussen privacy en vrijheid, de rol van de overheid en het belang van actief burgerschap.
Extinction Internet is not merely an end-of-the-world phantasy of digital technology that one day will be wiped out by an electromagnetic pulse or the cutting of cables. Rather, Extinction Internet marks the end of an era of possibilities and speculations, when adaptation is no longer an option. During the internet’s Lost Decade, we’ve been rearranging the deck chairs on the Titanic under the inspirational guidance of the consultancy class. What’s to be done to uphold the inevitable? We need tools that decolonize, redistribute value, conspire and organize. Join the platform exodus. It’s time for a strike on optimization. There is beauty in the breakdown.Extinction Internet is Geert Lovink’s inaugural lecture, held on November 18, 2022 as Professor of Art and Network Cultures, within Modern and Contemporary Art History, Faculty of Humanities, University of Amsterdam.
De digitale transitie van mkb’s, met name in de maakindustrie, is goed onderweg, maar verre van afgerond. Er is een grote vraag naar het invoeren van het (Industrial) Internet of Things om procesdata van productiesystemen te bemachtigen en deze vervolgens te analyseren. Deze analysestap heeft een verdere interesseboost gekregen door de mogelijkheden van artificiële intelligentie (AI), waarmee data-analyses naar een complexer niveau getild kunnen worden. In het RAAK-mkb-project Data in Smart Industry staat deze vraag naar de mogelijkheden van IoT en AI centraal: welke data moeten en kunnen we verzamelen en vervolgens op welke manier analyseren? Met bedrijfspartners uit de maakindustrie zijn verschillende casussen IoT-technologie en machine learning (een subdomein van AI) ingezet in pilot studies. Ter afsluiting van het project wordt, in samenwerking met de brancheorganisatie FME en het smartindustryplatform Boost, en vanuit het RAAK-mkb-project Focus op Vision, een aantal trainingssessies georganiseerd rondom AI. Hierbij wordt het bedrijfsleven onderwezen in het toepassen van AI-technologie vanuit een procesmatig en technisch perspectief, waarbij lering wordt getrokken uit de casussen van het Data in Smart Industry-project. De Top-up-subsidie dient het doel om de geleerde lessen uit het RAAK-mkb-project verder te laten landen in de regio Oost-Nederland. Instrumentaal hierin is TValley, een fieldlab gericht op de ontwikkeling van mechatronische systemen zoals industriële robotica. Met de Top-up-subsidie kan TValley uitgebreid worden met een pijler omtrent IoT en AI, vakgebieden die deels overlap hebben met het huidige domein van het fieldlab. Hiervoor worden de ontwikkelde leermaterialen ingezet en doorontwikkeld om kennis te verspreiden en nieuwe bedrijfscasussen op te starten rondom de thema’s IoT en AI binnen TValley.
100 woorden Ava is een medisch home device die je gebruikt in combinatie met een app op je telefoon vóórdat je naar de huisarts gaat. Ava spreekt, maakt gebruik van Big Data en het internet en zal in staat zijn om onze hartslag, pupilreflex, huidintensiteit en zuurstofgehalte in onze longen te meten. Door elke dag een gezondheidscheck te doen met Ava, hou je meer grip op je gezondheid en wordt de gezondheidszorg efficiënter. De kans op een misdiagnose wordt minimaal en ziekte kan voorkomen worden. De metingen en informatie wordt toegankelijk gemaakt en je blijft zelf beheerder van je eigen medische data.
Genetische zelftesten of Direct-to-consumer genetische testen (DTC-GT) verschaffen consumenten toegang tot genetische gegevens zonder tussenkomst van een arts en kunnen rekenen op een groeiende belangstelling. De testen variëren van vaderschap en genetische genealogie om wereldwijd verwanten op te sporen tot identificatie van genetische factoren die inzicht geven in gezondheid en ziekterisico’s. Omdat de consument zelf beslist over het gebruik van een test, verdwijnt de traditionele rolverdeling tussen zorgverlener en cliënt. Het probleem is dat consumenten zich vaak niet bewust zijn van de consequenties die testuitslagen voor henzelf en hun familie hebben. Omdat genetische zelftesten vaak een beperkt aantal varianten testen met elk een beperkt effect op specifieke eigenschappen, twijfelen genetici aan hun waarde en betrouwbaarheid. Het is dus belangrijk dat aanbieders voldoende informatie bieden over de voor- en nadelen van de test, zodat de gebruiker voor het aanschaffen van de test goed geïnformeerd is. In dit project willen we de waarde, betrouwbaarheid en informatievoorziening van genetische zelftesten onderzoeken en voorlichtingsmateriaal ontwikkelen voor consumenten en professionals in de zorg en de sportwereld. We zullen daarom via het internet een aantal genetische zelftesten aanschaffen en onderzoeken op verschillende aspecten, zoals gebruiksgemak, informatievoorziening, betrouwbaarheid van de test en van de uitslagen, de wetenschappelijke validiteit. Ook zal een checklist met criteria voor de beoordeling van de klinische validiteit en het (klinisch) nut van de testen worden ontwikkeld. Het ontwikkelde voorlichtingsmateriaal zal op basis van het onderzoek afgestemd worden op de behoeften van consumenten en professionals en op een publieke website beschikbaar worden gesteld. Bedrijven kunnen dan op hun websites en in hun informatie en communicatie over testen naar dit materiaal verwijzen. De checklist met beoordelingscriteria zal bedrijven ook informatie opleveren over aandachtspunten waar verbetering mogelijk is. Bovendien zal de informatie uit het onderzoek worden gebruikt voor de voorbereiding van een keuzehulp voor genetische testen.