Het boek ontwikkelt in discussie met de sociologische traditie en met behulp van de ideaaltypische methode een integraal model van professionaliteit waarin de waardevolle kern, de innerlijke samenhang en de contextuele positionering centraal staan. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de identiteit en de positie van professionals. Het model is geschikt als referentiekader voor reflectie op professioneel functioneren en voor onderzoek van professionele praktijken. Het boek is tegelijk goed toegankelijk en goed onderbouwd, en daarmee zowel interessant voor praktijkgerichte professionals als voor sociale wetenschappers.
LINK
Grootstedelijke vraagstukken zoals gebiedsontwikkeling, bestaanszekerheid en duurzaamheid vereisen een aanpak die zich over verschillende – bestuurlijke – domeinen uitstrekt. Dat vraagt om professionals die grenzen tussen die verschillende domeinen weten te overbruggen, om zo tot oplossingen te komen die recht doen aan een veelheid van vaak tegenstrijdige belangen. Deze professionals treden vaak op als ‘boundary spanners’. Maar hoe doen zij dit? En wat kunnen (aankomende) project- en programmamanagers daarvan leren?Op basis van vijf grootstedelijke praktijken laten we zien wat boundary spanners daarbij tegenkomen. Hiermee bieden we handvatten aan andere professionals om grenzen te overbruggen. We delen die kennis graag, om zo bij te dragen aan duurzame oplossingen voor domeinoverstijgende, grootstedelijke vraagstukken.
In maart 2020 breekt in Nederland de coronacrisis uit. Nadat de maatschappelijke impact hiervan langzaam duidelijk wordt, gaan vrijwel direct allerlei maatschappelijke initiatieven van start. Van muziekoptredens voor verpleeghuizen, tot onlineboodschappenhulp; de coronacrisis laat allerlei vormen van onderlinge solidariteit en samenwerking zien. Ook in Den Haag ontstaan spontaan allerlei initiatieven. Zo is begin april het Haagse initiatief ‘Niet hangen maar helpen’ uitgebreid in het (landelijke) nieuws. Uitgangspunt van dit initiatief is dat jongeren niet op straat hangen en daardoor mogelijk boetes oplopen, maar in plaats daarvan kwetsbare ouderen helpen door het brengen van maaltijden en daarmee ook lokale ondernemers steunen. Ook de bewonerscoöperatie Moerwijk haalt in die periode het landelijke nieuws doordat zij een maaltijdenactie zijn gestart, omdat de voedselbank Haaglanden tijdelijk dichtgaat. De opkomst van dergelijke spontane initiatieven sluiten aan op bevindingen uit een grootschalig surveyonderzoek naar de maatschappelijke impact van corona. Hieruit blijkt dat vormen van informele solidariteit als gevolg van de coronacrisis zijn toegenomen in Den Haag en andere steden (Engbersen et al. 2020; Rusinovic et al. 2020). Over het ontstaan en de duurzaamheid van de initiatieven is echter weinig bekend. De centrale vraag van deze studie is dan ook hoe deze maatschappelijke initiatieven in coronatijd zijn ontstaan en hoe deze initiatieven zich kunnen ontwikkelen tot duurzame samenwerkingsverbanden om zo ook op langere termijn de nadelige gevolgen van de coronacrisis het hoofd te kunnen bieden.
De ingezette brede welvaart als maatschappelijke opgave vraagt om een inclusieve arbeidsmarkt en dwingt arbeidsmarktactoren daarvan werk te maken. Een inclusieve arbeidsmarkt is nodig vanwege de alsmaar veranderende arbeidsmarkt die vraagt om flexibiliteit, adaptiviteit en wendbaarheid van iedereen die wil en kan werken. Toch laat onderzoek naar de implementatie van de Wet banenafspraak bij de overheid zien dat doelen niet worden gehaald, stelt het SCP vast dat de huidige Participatiewet onvoldoende aansluit bij wat bijstandsgerechtigden nodig hebben en laat UWV-onderzoek zien dat er nog te veel mensen aan de zijlijn staan. Om doelgroepen met een ondersteuningsbehoefte volwaardig te kunnen includeren op de arbeidsmarkt, is betere samenwerking nodig tussen (professionals van) arbeidsmarktactoren van gemeenten, UWV, arbeidsorganisaties/werkgevers, sociale partners, kennisinstellingen en ervaringsdeskundigen. Het SPRONG-programma All4Talent richt zich op arbeidsmarktprofessionals, arbeidsorganisaties en samenwerkingsverbanden die er alles aan willen doen om een inclusieve arbeidsmarkt te realiseren, in bijzonder voor doelgroepen met een - al dan niet specifieke - ondersteuningsbehoefte. Het consortium heeft de ambitie om een ‘All4Talent-toolbox’ te ontwikkelen, die bestaat uit nieuwe kennis, best practices, producten en diensten alsook andere vormen van samenwerking. Met die toolbox zijn zowel publiek als private arbeidsmarktprofessionals (changemakers) beter in staat om barrières weg te nemen die arbeidsinclusie in de weg staan. All4Talent wordt uitgevoerd door de SPRONG-groep Hogeschool Arnhem Nijmegen, Hogeschool Utrecht en Hogeschool Windesheim die al langjarig en stevig met elkaar zijn verbonden én consortiumpartners uit verschillende Arbeidsmarktregio’s die dezelfde ambities en doelen nastreven. All4Talent gaat in deze Arbeidsmarktregio’s fungeren als regisseur van alle inclusievraagstukken op de vier belangrijke transitiedomeinen van de arbeidsmarkt, namelijk: school-werk, arbeidsbeperkt-werk, werkloos-werk, niet-werkend naar werk en school-werk. De onderzoeksinfrastructuur wordt gevormd door leergemeenschappen: onbenut arbeidspotentieel, inclusieve organisaties, inclusieve arbeidsmarkt, wendbare professionals en inclusieve technologieën waarlangs nieuwe kennis in projecten wordt ontwikkeld. All4Talent-sluit aan bij de KIA Maatschappelijk Verdienvermogen.
De synergie tussen Robotica en AI biedt vele oplossingsmogelijkheden voor (internationale) maatschappelijke opgaven waarvoor we staan (SDG’s, de EU Grand-Challenges, KIA’s). Een consortium van thans 9 Hogescholen, TKI-HTSM en Holland Robotics (community >600 organisaties) slaan de handen ineen om de ontwikkeling van praktijkkennis te versnellen, kennis te delen en betekenisvolle oplossingen te realiseren voor allehande vraagstukken op het gebied van de zorg, het klimaat, onze veiligheid, duurzame energievoorziening, het verdienvermogen van de Nederlandse (maak)industrie en het onderwijs. Robotisering en AI biedt publiek/private organisaties nieuwe mogelijkheden om taken, diensten en processen meer efficiënt, veilig en (kosten)effectief uit te voeren. Robots werken (steeds meer) samen met mensen en kunnen gevaarlijke en/of moeilijke taken overnemen. Ze creëren ook nieuwe mogelijkheden, die anders niet mogelijk zijn. Dit platform, aansluitend bij de KIA-Sleuteltechnologieën, heeft ambities om praktijkkennis sneller te ontwikkelen, deze te bundelen en toe te passen in relevante applicatiedomeinen. Alle mooie ontwikkelingen ten spijt, is het lerende vermogen en/of het autonoom handelen van robots nog minder dan dat van mensen. Robots hebben bijvoorbeeld moeite met het omgaan met onvoorziene omstandigheden en werken in ongestructureerde omgevingen. Om robots te kunnen laten denken en doen als mensen, is er nog een lange weg te gaan. De echte synergie tussen Robotica & AI, waarop dit platform zich richt, heeft een veelbelovend potentieel om de volgende sprong te maken om de bovengenoemde uitdagingen aan te gaan. Platformdeelnemers willen, op basis van een gezamenlijk roadmap, nieuwe praktijkkennis delen, ontwikkelen en toepassen in relevante (applicatie)domeinen. Zo worden betekenisvolle bijdragen geleverd aan urgente maatschappelijk vraagstukken. Het platform heeft als doel om in de quintuple helix kennis duurzaam te laten circuleren, een wenkend perspectief te bieden voor alle stakeholders, Applied Smart Robotica & AI-onderzoek beter landelijk en internationaal te positioneren, te focussen op meervoudige waardecreatie en gezamenlijk te werken aan iconische projecten.
Ambitie: Arnhem is een toekomstbestendige stad die duurzaam, groen, kansrijk en verbonden is. Gemeente en kennisinstellingen maken hier, in een circulaire economie, op een creatieve manier samen met maatschappelijke organisaties, ondernemers en burgers werk van: Arnhem maakt Het consortium van het CDKM-traject ‘Arnhem maakt’ bestaat uit de partners van Arnhem Studiestad: gemeente Arnhem en de kennisinstellingen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN), ArtEZ, Hogeschool Van Hall Larenstein (HVHL) en Rijn IJssel. In 2019 had het consortium de ambitie om professionals op te leiden die het verschil maken bij belangrijke maatschappelijke vraagstukken. Dit heeft onder andere vorm gekregen in samenwerking in de Arnhemse wijken in bijvoorbeeld de labs en werkplaatsen van de HAN en Rijn IJssel en andere samenwerkingen op kleine schaal. Deze initiatieven brengen lerende (aankomend) professionals in contact met levensechte vragen en er wordt kennis ontwikkeld en gedeeld die voor het beantwoorden van die vragen van belang zijn. In 2023-2025 zetten we deze samenwerkingen voort, schalen op en verbinden over instellingen heen, zodat er meer studenten, docenten en onderzoekers samen leren en werken aan de vragen in de stad. De ervaringen en opbrengsten van de CDKM-projecten leren ons echter ook dat écht impact maken niet eenvoudig is: bestaande onderwijspraktijken, (machts)relaties, systemen werken soms belemmerend. Het implementeren van het samenwerken aan complexe maatschappelijke opgaven vraagt om een toekomstbestendige manier van kennisontwikkeling: multilevel, interdisciplinair en inclusief. Wij voelen als consortium de urgentie om onze krachten te bundelen voor het ontwikkelen van deze kennis en het implementeren ervan voor een sociaal, economisch en ecologisch toekomstbestendig Arnhem. Daarom ontwerpen en implementeren we in dit project een gezamenlijke kennisvisie die de samenwerking voor een toekomstbestendige stad verlegt en verankert. Het geeft een verandering van perspectief voor leren en samenwerken bij complexe maatschappelijk opgaven in en voor Arnhem.