Beknopte informatie over het project Brabantse basisscholen in beweging (BBiB).
Dit boek met portretten in de retail laat zien hoe mensen in de uitoefening van hun beroep verschillen en wat dit betekent voor de ontwikkeling van future-proof skills en kwaliteiten van winkelmedewerkers.
Kinderen, maar zeker kleuters vinden bewegen doorgaans leuk. Het is namelijk de natuurlijke behoefte van kleuters om in beweging te zijn; zo ontdekken ze de wereld! Ze leren door te spelen en bewegen waarbij de spraak- en taalontwikkeling, cognitieve, sociaal-emotionele, én de motorische ontwikkeling hand in hand gaan.
LINK
De inzet van blended care in de zorg neemt toe. Hierbij wordt fysieke begeleiding (face-to-face) met persoonlijke aandacht door een zorgprofessional afgewisseld met digitale zorg in de vorm van een platform of mobiele applicatie (eHealth). De digitale zorg versterkt de mogelijkheden van cliënten om in hun eigen omgeving te werken aan gezondheidsdoelen en handvatten tijdens de face-to-face momenten. Een specifieke groep die baat kan hebben bij blended care zijn ouderen die na revalidatie in de geriatrische revalidatiezorg (GRZ) thuis verder revalideren. Focus op zowel bewegen (door fysio- en oefentherapeut) en voedingsgedrag (door diëtist) is hierbij essentieel. Echter, na een intensieve zorgperiode tijdens hun opname wordt revalidatie veelal thuis afgeschaald en overgenomen door een ambulant begeleidingstraject of de eerste lijn. Een groot gedeelte van de ouderen ervaart een terugval in fysiek functioneren en zelfredzaamheid bij thuiskomt en heeft baat bij intensieve zorg omtrent voeding en beweging. Een blended interventie die gezond beweeg- en voedingsgedrag combineert biedt kansen. Hierbij is maatwerk voor deze kwetsbare ouderen vereist. Ambulante en eerste lijn diëtisten, fysio- en oefentherapeuten erkennen de meerwaarde van blended care maar missen handvatten en kennis over hoe blended-care ingezet kan worden bij kwetsbare ouderen. Het doel van het huidige project is ouderen én hun behandelaren te ondersteunen bij het optimaliseren van fysiek functioneren in de thuissituatie, door een blended voeding- en beweegprogramma te ontwikkelen en te testen in de praktijk. Ouderen, professionals en ICT-professionals worden betrokken in verschillende co-creatie sessies om gebruikersbehoefte, acceptatie en technische eisen te verkennen als mede inhoudelijke eisen zoals verhouding face-to-face en online. In samenspraak met gebruikers wordt de blended BITE-IT interventie ontwikkeld op basis van een bestaand platform, waarbij ook gekeken wordt naar het gebruik van bestaande en succesvolle applicaties. De BITE-IT interventie wordt uitgebreid getoetst op haalbaarheid en eerste effectiviteit in de praktijk.
Het aanleren en verbeteren van bewegingen is essentieel voor mensen in de revalidatie. Mensen met een verworven neurologische aandoening (bijvoorbeeld volwassenen na een beroerte), moeten bewegingen vaak opnieuw leren en verbeteren om weer zelfstandig te kunnen functioneren. Dit motorisch leren is een complex en multifactorieel proces. Zorgprofessionals zoals fysio- en ergotherapeuten willen graag een meer inzicht hebben in deze complexiteit zodat zij interventies (nog) meer op maat kunnen aanbieden. Dit maatwerk is nodig voor het duurzaam aanleren en verbeteren van bewegingen. Op het moment is onvoldoende duidelijk welke factoren (mogelijk) van invloed zijn. Docenten, studenten en praktijkbegeleiders (zoals Paramedisch Centrum Zuid) van de zorgopleidingen van Zuyd Hogeschool hebben samen met onderzoekers sterk behoefte aan een beter en vollediger overzicht van deze potentieel beïnvloedende factoren, dat zij in dit project samen met experts vanuit verschillende onderzoekdisciplines (Radboud Universiteit, VU Amsterdam, Universiteit Hasselt, Brunel University) willen ontwikkelen. Doelstelling van dit project is een inventarisatie van factoren die het leren van bewegingen bij mensen na beroerte in de praktijk kunnen beïnvloeden. Hiervoor zal een expertpanel een overzicht van factoren samenstellen op basis van theorie en onderzoeksresultaten. Vervolgens worden de geïdentificeerde factoren door zorgprofessionals (binnen het Kennisnetwerk CVA Nederland) beoordeeld op herkenbaarheid (praktische relevantie) en haalbaarheid (praktisch meetbaar) voor de dagelijkse praktijk. Het resultaat van dit project is een overzicht van factoren die (in theorie en praktijk) het aanleren en verbeteren van bewegingen na een beroerte kunnen beïnvloeden. Deze inventarisatie is een eerste stap om de haalbaarheid van een dynamisch model voor motorisch leren na een beroerte voor de praktijk te verkennen. Zowel zorgprofessionals als ook de betrokkenen kennisinstellingen zullen dan ook belangrijke gebruikers van het resultaat zijn.
De openbare ruimte biedt veel kansen om mensen aan het bewegen en sporten te krijgen en daarmee gezondheidswinst te realiseren. Er wordt echter zelden onderzocht hoe men daadwerkelijk gebruik maakt van openbare sport- en beweegplekken. Deze inzichten zijn nodig om op termijn optimaal gebruik te kunnen maken van de openbare ruimte in de strijd tegen overgewicht en bewegingsarmoede. Dit postdoc onderzoek beoogt hieraan bij te dragen door kennis te ontwikkelen over het gebruik van openbare sport- en beweegplekken. Onderzocht wordt hoe de fysieke kenmerken van openbare sport- en beweegplekken gerelateerd zijn aan het beweeggedrag van gebruikers. Ook wordt onderzocht in welke mate het organiseren van sportactiviteiten het gebruik van dergelijke plekken beïnvloedt.