Werken met sekswerkers heeft invloed in de eigen ‘slaapkamer’ van hulpverleners – zowel positief als negatief. Om dat laatste tegen te gaan, is het volgens Anke van den Dries en Marc Hoijtink belangrijk om het taboe hierover te doorbreken. En wel op plekken waar je het niet direct zou verwachten: in de organisaties van waaruit hulpverleners hun gespecialiseerde hulp geven aan sekswerkers.
LINK
This article traces the emergence of one particular genre of discourse, the genre of "new realism" in the Dutch public debates on multicultural society from the early 1990s till Spring 2002. The focus upon different "genres" implies an interest in the performative power of discourse, i.e. the way in which any discourse, in or by its descriptions of reality, (co)produces that reality. Four distinctive characteristics of "new realism" are detected in three subsequent public debates, culminating in the genre of "hyper-realism", of which the immensely successful and recently murdered politician Pim Fortuyn proved to be the consummate champion. Cet article explique le développement d'un genre particulier de discours, le "nouveau réalisme", au sein du débat public sur la société multiculturelle aux Pays Bas. La période étudidée s'étale du début des années 1990 jusqu'au printemps 2002. L'importance attribuée aux différents "genres" reflète un intérêt pour le pouvoir performatif du discours, notamment la facon dont le discours (co)produit la réalité qu'il décrit. On décèle quatre traits distinctifs du "nouveau réalisme" dans trois débats publics qui débouchent sur le "hyper-réalisme" genre dont Pim Fortuyn, homme politique ayant connu un grand succès et victime récente d'un meurtre,s'était fait le champion attitré.
De recente toename in het aantal bedwantsen in de Westerse wereld leidt ertoe dat steeds meer mensen in contact komen met deze insecten. Vroege detectie is cruciaal voor een snelle bestrijding. Dit is echter lastig door de cryptische leefwijze van de bedwants, en vereist vaak destructieve maatregelen. In dit project onderzoeken HAS Hogeschool en BioMon of het haalbaar is om een bedwantsdetectiekit te ontwikkelen waarmee de aanwezigheid van bedwants DNA in ruimten bepaald kan worden door het nemen van een swab of stofzuigersample. Bovendien wordt onderzocht hoe dit product en deze dienst efficiënt op de markt gezet kan worden.
Wij willen mensen aanzetten tot een goed gesprek over het niet voldoen aan het ‘perfecte plaatje’. De maatschappij heeft hoge verwachtingen van ons als individu: je moet je best doen op school, goede cijfers halen, je opleiding afronden, een baan vinden en houden – om nog maar niet te spreken van (vaak onuitgesproken) verwachtingen over je relaties, kinderen, emoties en je uiterlijk. Als je niet voldoet aan de verwachting van je omgeving zijn deze onderwerpen kleine conversatiebommetjes: er wordt niet over gesproken, of je voelt je in een hoek gedrukt als het wel ter sprake komt. Maar waarom is dat eigenlijk? In onze TaboeTent laten we mensen in kleine groepjes laagdrempelig precies dat gesprek voeren. Want niemand voldoet aan het perfecte plaatje, en dat mogen we best wat vaker – zonder oordeel – met elkaar delen. Deelnemers knutselen ‘het perfecte plaatje’ in elkaar, waarbij we hen een aantal vragen meegeven om over na te denken. Aan het eind vragen we hen om te delen wat ze hebben bedacht, en hoe we dit soort gesprekken volgens hen meer zouden kunnen stimuleren. Deze werkvorm, waarin we met creatieve activiteit het ongemak wegnemen, is nog druk in ontwikkeling. De werkvorm is eerder ingezet voor gesprekken over menstruatie en inclusie (met het naaien van maandverband in plaats van tekenen), en is geschikt voor allerlei vormen van taboes die we bespreekbaar willen maken. De input die uit dit onderzoek komt, is voor ons nieuw materiaal om mee door te werken in onze bestaande onderzoekslijn “Ontwerpen voor Taboes”. In die onderzoekslijn doen wij praktijkgericht onderzoek naar manieren om met ontwerp taboes inzichtelijk, bespreekbaar, en zelfs doorbreekbaar te maken. De uitkomsten van ‘Het Perfecte Plaatje’ helpen ons om onze werkvorm verder te ontwikkelen, en ons onderzoek voor de komende jaren vorm te geven.
Een taboe is iets dat wordt beschouwd als ongepast om te gebruiken, te doen of over te spreken. Hoewel taboes sociaal wenselijk of zelfs noodzakelijk kunnen zijn, veroorzaken ze soms ook fysieke of mentale problemen. Bijvoorbeeld omdat mensen anderen niet met hun ziekte, handicap of geldproblemen lastig willen vallen. Goed productontwerp kan bijdragen aan het bespreekbaar maken of zelfs doorbreken van taboes, maar kent een aantal specifieke uitdagingen. Met name de vraag welke ontwerpstrategiën je in kunt zetten voor het ontwerpen voor taboes is relevant voor ontwerpprofessionals. Om deze vraag verder te onderzoeken wordt in dit project een design case uitgevoerd voor de Alopecia Vereniging. Alopecia is een haaraandoening waarbij iemand plotseling (gedeeltelijk) kaal wordt. In de design case wordt een product ontwikkeld dat het leven van mensen met Alopecia aangenamer maakt. Parallel aan de design case wordt gereflecteerd op het ontwerpproces en de toegepaste ontwerpstrategiën, met als doel een eerste inzicht te krijgen in hoe je kunt ontwerpen voor taboes. De resultaten van de design case en het parallele traject vormen de basis van een vervolgonderzoek waarin ontwerpen voor taboes verder wordt uitgediept.