Mantelzorgers hebben voornamelijk op sociaal vlak wensen en behoeften. Zo vinden de mantelzorgers het belangrijk om soms rust te hebben, dit uit zich in de zorg-voorjezelf-dagen en respijtzorg. Verder hebben de mantelzorgers behoefte aan lotgenotencontact en een luisterend oor bijvoorbeeld via internet. Ook kan het internet helpen in de behoefte naar informatie, de mantelzorgers willen graag weten wat er aan de hand is met de zorgbehoevende en wat er speelt op het gebied van de mantelzorg. Verder is er een behoefte aan een helpende hand op organisatorisch gebied bij werkende mantelzorgers, hiervoor is er een mantelzorgmakelaar. De mantelzorgmakelaar kan helpen met onderhandelingen bij de werkgever, maar ook bij het maken van afspraken met instanties. Steeds meer wordt geprobeerd mantelzorg bespreekbaar en herkenbaar te maken door bijvoorbeeld inzet in het onderwijs en onderwerpen op televisie. Dit document is een verslag van de deskresearch Mantelzorg, die is uitgevoerd in het kader van het RAAK-project Ontwerpen voor Zorgverleners.
MULTIFILE
Demand Driven Care plays a key role in the modernization of the Dutch health care system. This modernization is needed because a) clients needs for care increases quantitatively as well as in diversity, b) the financial means for collective services are inadequate, c) the accessibility of health care will depend on clients own responsibility, and d) shortage of professional care givers is foreseen. In the Netherlands, the need for professional care givers increases with an average of 2% every year. Demand Driven Care is an instrument for liberalization of public activities. The Faculty Chair Demand Driven Care focuses on those activities that will contribute to sufficient care supply. Within the program of the chair, activities are executed under the theme of Integrated Care, Substitution, Patient Centred Care, and Home Care Technology with an emphasis on gerontechnology. The Faculty Chair wants to contribute to a better integration and coherence in care. So that clients live and function independently as long as possible and are able to enhance their self management. In addition, health care professionals should be aware of demand driven processes and should have a demand driven attitude towards clients.
DOCUMENT
In de onderzoekslijn Zorg in Balans van het lectoraat Participatie, Zorg en Ondersteuning (Kenniscentrum Sociale Innovatie) staat het verbeteren van de samenwerking tussen formele en informele zorgverleners centraal. Er werden de afgelopen jaren samen met het werkveld competentieprofielen ontwikkeld waarin beschreven werd welke professionele competenties van belang zijn waar het gaat om samenwerken met informele zorgverleners in specifieke situaties. Er is op basis van de bestaande profielen nagedacht over wat er nodig is om in generieke zin, dus los van een specifieke situatie, aandoening of beperking, bekwaam te zijn in de samenwerking met informele zorgverleners. Dit document start met de basishouding waarna we inzoomen op het samenspel met de direct naasten, het bredere netwerk en het zorglandschap. Er wordt steeds gestart met competenties die zowel voor de verpleegkundige als de sociaal werker relevant zijn. Vervolgens worden de beroep specifieke competenties beschreven.
DOCUMENT
Dit project richt zich op kennisontwikkeling over integratie van zorginhoudelijke en technologische randvoorwaarden voor de ontwikkeling van een CVA-portaal dat persoonsgerichte CVA-zorg voor individuele patiënten ondersteunt. Het CVA-portaal is geen nieuwe administratietool maar richt zich op inzage in informatie uit de verschillende EPD’s van de bij een CVA-patiënt betrokken zorgverleners in de eerste lijn: verpleegkundigen en paramedici, zoals fysiotherapeuten, ergotherapeuten en logopedisten. Dit faciliteert digitale interdisciplinaire communicatie en samenwerking binnen het extramurale CVA-zorgproces, waarbij ook de patient en zijn sociale netwerk nauw bij betrokken is. Dit project bouwt voort op een recent door de HAN uitgevoerde exploratieve studie naar de wensen van verpleegkundige en paramedische zorgprofessionals in de eerste lijn met betrekking tot interdisciplinaire communicatie en samenwerking. In deze studie bleek dat er ruimte is voor een ‘verdiepingsslag’ waar het de randvoorwaarden voor een geïntegreerde en persoonsgerichte benadering van CVA-patiënten betreft. Hoewel zorgverleners zich zeker bewust zijn van het belang van samenwerking, bleken hun aanvankelijke wensen voor gedeelde informatie nog onvoldoende gebaseerd te zijn op het perspectief van de patiënt. Het met name monodisciplinaire en aanbodgerichte karakter van de wensen voor informatiedeling staat een geïntegreerde benadering van een individuele patiënt in de weg. Dit vervolgproject hanteert een iteratieve methode voor het vaststellen van de inhoudelijke en technologische randvoorwaarden van een CVA-portaal. Op basis van intensieve interactie tussen technologen en zorgprofessionals worden inzichten verworven in verbindingen tussen relevante informatie uit de eigen EPD’s met het beoogde CVA-portaal. In een pilot zullen de eerste gebruikerservaringen met het concept worden geëvalueerd op basis van casuïstiek. Dit project draagt bij aan de ontwikkeling van een technologische infrastructuur ter ondersteuning van persoonsgerichte zorg van de patiënt en zijn sociale netwerk. De projectresultaten vormen een ‘onderlegger’ voor een beoogd RAAK-mkb project waarin op basis van een werkende versie van een CVA-portaal gebruikersonderzoek zal worden opgeschaald.
Dit project richt zich op revalidatieprofessionals die werkzaam zijn in centra voor geriatrische revalidatie (GR, voorheen: GRZ). Als gevolg van het toenemende aantal kwetsbare ouderen dat in GR-centra revalideert, de steeds complexere zorgvraag en het oplopende personeelstekort, ervaren GR-professionals een toenemende werkdruk. Ze vinden het lastig om nog kwalitatief goede revalidatiezorg te leveren en ervaren hierdoor minder werkplezier. Ze hebben behoefte aan een goed uitvoerbare werkwijze om in het revalidatieproces samen te werken met informele zorgverleners, zoals familieleden en vrienden van revalidanten en vrijwilligers. Ze verwachten dat dit de kwaliteit van revalidatiezorg ten goede komt en de werkdruk vermindert. Ze weten echter niet hoe ze de samenwerking het beste vorm kunnen geven: het vraagt een andere manier van werken en zal in eerste instantie tijd kosten. In dit project worden samen met GR-professionals en informele zorgverleners werkwijzen ontwikkeld om intensiever samen te werken. Allereerst worden de nu nog versnipperde praktijkkennis, ervaringen en ‘best practices’ van diverse GR-organisaties m.b.t. dit samenwerken bijeen gebracht. Vervolgens worden bij twee GR-organisaties middels ontwerpgericht actieonderzoek nieuwe werkwijzen ontworpen, uitgetest, geëvalueerd, en geïmplementeerd. Het project sluit aan bij de gewenste transities in de (revalidatie-)zorg: als gevolg van de toenemende vergrijzing en de afname van het aantal werkenden moet in de toekomst een groter beroep gedaan worden op informele zorg. Voor de doelgroep kwetsbare ouderen die revalideert op de GR is de samenwerking tussen formele en informele zorgverleners belangrijk: als familieleden en vrienden hen tijdens de opname samen met professionals kunnen ondersteunen in hun herstel, komt dit de revalidatie en hun functioneren na ontslag ten goede. In het geval de oudere geen netwerk heeft, kunnen vrijwilligers een rol spelen. De kennis en materialen die in dit subsidieproject ontwikkeld worden, worden gepubliceerd in de vorm van een handreiking voor GR-professionals en vertaald naar een onderwijsaanbod voor mbo-/hbo-revalidatieprofessionals.
Persoonlijkheidsstoornissen zijn ernstige veelvoorkomende psychiatrische stoornissen met vergaande beperkingen in psychisch en sociaal functioneren en met negatieve gevolgen voor werk, intieme en sociale contacten. Het behandelen van patiënten met een persoonlijkheidsstoornis is een belangrijk maatschappelijk vraagstuk, dat aansluit bij behandelrichtlijnen en verschillende landelijke kennisagenda’s. Vaktherapie (beeldende, dans-, drama-, muziek en psychomotorische therapie) is een veel ingezette behandeling. Volgens professionals, patiënten en eerste onderzoeksresultaten is vaktherapie veelbelovend voor het bevorderen van het welbevinden van patiënten met een persoonlijkheidsstoornis. Het bevorderen van welbevinden (i.e. zich psychologisch, emotioneel en sociaal goed voelen) is belangrijk naast het verminderen van klachten: beide zijn belangrijk voor goede geestelijke gezondheid en patiënten met een persoonlijkheidsstoornis hebben vaak een laag welbevinden. Een vaktherapeutische behandelmodule gericht op het bevorderen van het welbevinden van patiënten met een persoonlijkheidsstoornis is echter nog niet ontwikkeld en onderzocht op effectiviteit. Voorgesteld onderzoek richt zich op de ontwikkeling en evaluatie van een vaktherapeutische behandelmodule met vaktherapeutische interventies ter bevordering van het welbevinden van patiënten met een persoonlijkheidsstoornis. Op geleide van een uitgebreide vraagarticulatie onder vaktherapeuten, samenwerkende zorgverleners en patiënten, wordt de vaktherapeutische behandelmodule gebaseerd op Schematherapie, een bewezen effectieve en veel ingezette gesprekstherapie. De behandelmodule wordt ontwikkeld en geëvalueerd door een consortium van kennisinstellingen, expertisecentra voor de diagnostiek en behandeling van persoonlijkheidsstoornissen en de brancheorganisatie van vaktherapeuten en patiëntenorganisaties. Dit gebeurt in vier werkpakketten: Ontwikkeling vaktherapeutische module (Werkpakket 1), Randvoorwaarden implementatie vaktherapeutische module (Werkpakket 2), Haalbaarheid vaktherapeutische module (Werkpakket 3) en Pilot evaluatie vaktherapeutische module (Werkpakket 4), die gebaseerd zijn op de stapsgewijze Intervention Mapping Methode. De effectiviteit wordt onderzocht in een haalbare pilot evaluatie (het multiple baseline single case experimental design). Data worden zowel kwantitatief als kwalitatief geanalyseerd. De vaktherapeutische module wordt duurzaam ingebed in praktijk en onderwijs. Kernwoorden: Vaktherapie, Schematherapie, Persoonlijkheidsstoornissen cluster B/C, Positieve Psychologie, Welbevinden, Psychiatrie