Het Manifest 2040 verraadt dat vakwereld blijft schuilen in de holle beleidstaal van het faciliteren en verbinden. Er valt nog veel winst te halen door het beter benutten van de nieuwe ruimtelijke professionals. Het Jaar van de Ruimte is een interessant jaar geworden met een sympathiek ‘Manifest 2040’ als afsluiter. Toch is er weinig veranderd. Het lijkt alsof we, iedereen op zijn eigen manier, gewoon weer verder gaan waar we gebleven zijn. Bovendien is nagelaten een verbinding te leggen met de nieuwe ruimtelijke professional.
DOCUMENT
In dit artikel is ingegaan op de vraag waarom ruimtelijke ordening uiteindelijk weinig wordt ingezet voor de beheersing van veiligheidsrisico 's. De nadruk ligt hierbij op fysieke veiligheidsrisico’s en in het bijzonder op de thema’s externe veiligheid en waterveiligheid. Op basis van onderzoek naar de omgang met deze risico’s in de ruimtelijke ordening, worden drie suggesties gegeven voor het versterken van de positie van veiligheidsvraagstukken bij ruimtelijke ontwikkelingen; (1) realiseren van een mix van communicatieve en dwingende instrumenten voor het meenemen van veiligheid bij ruimtelijke ontwikkelingen; (2) ontwikkeling van gerichte expertise op lokaal niveau; (3) via risicocommunicatie vergroten van risicobewustzijn bij bestuurders en ambtenaren. Deze suggesties zijn gericht op professionals die betrokken zijn bij de verdere ontwikkeling en uitvoering van het ruimtelijke veiligheidsbeleid.
MULTIFILE
De meeste risicodialogen worden gevoerd met professionals en op basis van kaarten en modellen. Burgers hebben tot nu toe in Nederland nog maar amper een rol in de risicodialogen die gehouden worden binnen het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie . Dat is wonderlijk, want zij ervaren aan den lijve waar het heet is in de stad en wat dat met hen doet. Zij zijn als het ware de ultieme graadmeters en ervaren dus ook welke maatregelen effectief zijn tegen hitte. Door burgers te betrekken bij het thema hitte en ze hun ervaringen en ideeën voor oplossingen te laten delen, kunnen zij een bijdrage leveren aan de risicodialoog en uiteindelijk ook aan de realisatie van een hittebestendige stad. Bovendien, wat het klimaatvraagstuk vraagt, is de EXTRA aandacht voor groepen mensen die je normaal gesproken niet betrekt of bereikt, mensen die je echt moet gaan opzoeken en waarvoor je de tijd moet nemen. Daar zitten ook vaak de meest kwetsbare groepen tussen die hun eigen beleving hebben van de zaken die professionals (wel of niet) bedreigingen noemen. Daarnaast wordt er in een risicodialoog met burgers veel minder binnen de lijntjes gekleurd en binnen hokjes gedacht dan wanneer deze met professionals wordt gehouden. Een dialoog met professionals bestaat veel meer uit antwoorden die in lijn zijn met de mores van het werkveld.
DOCUMENT
Al geruime tijd wordt geprobeerd om gezondheid te verbeteren via de inrichting van de leefomgeving. De leefomgeving heeft op verschillende manieren invloed op gezondheid. Denk hierbij aan omgevingsfactoren als luchtvervuiling, het stedelijk hitte-eiland effect, wandel- en fietsinfrastructuur, ontmoetingsplekken, groenstructuren en het voedselaanbod. De rijksoverheid stimuleert lokale overheden, woningcorporaties, gezondheidsinstellingen en private partijen om invulling te geven aan gezonde en leefbare buurten. Ondanks de toegenomen aandacht voor de ruimtelijke aspecten van gezondheid, bestaat er nog veel onduidelijkheid over de vraag welke inrichtingsmaatregelen het meest effectief zijn voor het verbeteren van gezondheidsuitkomsten. Wat is er bekend over de samenhang tussen de leefomgeving en gezondheid? Op welke wijze kan ruimtelijke ordening bijdragen aan een gezonde leefomgeving? En hoe is aandacht voor ruimtelijke gezondheidsverschillen momenteel verankerd in beleid en praktijk? Deze themareeks zoekt antwoorden op deze vragen vanuit onderzoek en praktijk. Dit artikel begint met een beschrijving van de relatie tussen ruimtelijke ordening en gezondheid in Nederland en introduceert daaropvolgend de themareeks.
LINK
Jongerenwerkers steken veel tijd en energie in het opbouwen en onderhouden van relaties met jongeren. Dat wordt door andere professionals vaak niet begrepen of gewaardeerd. Onderzoekers en jongerenwerkers geven inzicht in de ethische praktijkkanten van jongerenwerk. Jongerenwerkers bewegen in een ethisch spanningsveld dat voor veel mensen onzichtbaar blijft omdat zij, soms als enige, het directe belang van de jongeren mee laten wegen in hun werk.
MULTIFILE
Full text via link. Volgens het opleidingsdocument in het hoger onderwijs is het sociaal werk een ‘talig’ beroep. Maar dat is eenzijdig en onhoudbaar. Kunst en creativiteit kunnen professionals ‘meertalig’ maken, betogen drie lectoren van verschillende hogescholen.
LINK
Het wrijft en schuurt in de samenwerking tussen ervaringsdeskundigen en professionals, blijkt uit de praktijk. Dit zou kunnen komen doordat er wederzijds onbegrip is voor elkaars kennis. Ook zijn er vooroordelen over en weer die een negatieve invloed kunnen hebben op hoe men elkaars werk waardeert. Er is nog veel te winnen in de samenwerking. Dat vraagt begrip van weerszijden en verder onderzoek naar waarom het precies zo moeizaam gaat.
LINK
Grootstedelijke vraagstukken zoals gebiedsontwikkeling, bestaanszekerheid en duurzaamheid vereisen een aanpak die zich over verschillende – bestuurlijke – domeinen uitstrekt. Dat vraagt om professionals die grenzen tussen die verschillende domeinen weten te overbruggen, om zo tot oplossingen te komen die recht doen aan een veelheid van vaak tegenstrijdige belangen. Deze professionals treden vaak op als ‘boundary spanners’. Maar hoe doen zij dit? En wat kunnen (aankomende) project- en programmamanagers daarvan leren?Op basis van vijf grootstedelijke praktijken laten we zien wat boundary spanners daarbij tegenkomen. Hiermee bieden we handvatten aan andere professionals om grenzen te overbruggen. We delen die kennis graag, om zo bij te dragen aan duurzame oplossingen voor domeinoverstijgende, grootstedelijke vraagstukken.
DOCUMENT
Leegstand domineert het debat en de beeldvorming over de vastgoedmarkt in Nederland. Vrijwel dagelijks berichten media over de ernst en toename van incourante en inefficiënt gebruikte kantoren, winkels en bedrijventerreinen, de daaraan gekoppelde waardedaling van het vastgoed en de ruimtelijke, economische en sociale gevolgen van leegstand voor zowel de betrokken vastgoedpartijen als de samenleving als geheel. In deze bijdrage verkennen we welke posities de overheid inneemt bij de aanpak van leegstand en welke implicaties deze opstelling heeft voor het handelen van medewerkers van gemeenten, provincies en regionale samenwerkingsverbanden: de publieke professional. We bespreken de praktische obstakels, kennis- en uitvoeringsvragen waar publieke professionals bij hun taakuitvoering tegenaan lopen en reflecteren aan de hand hiervan op de verschuivende verhoudingen tussen publieke en private actoren in de aanpak van werk- en winkellocaties. Het artikel sluit af met een pleidooi voor de vorming van een regionale ‘community of practice’, waarin publieke professionals ondersteund kunnen worden bij de ontwikkeling en uitwisseling van kennis, data en gereedschappen
DOCUMENT
Full text via link. Werken in multidisciplinaire wijkteams zal naar verwachting leiden tot fricties en onduidelijkheden over ethische vraagstukken. Tijd en ruimte voor ethisch beraad zijn nodig om de sociale professional houvast te bieden voor het nemen van verantwoorde beslissingen.
LINK