Over kantelpunten en de kweek van zee-egels
Gepubliceerd op:
Op het Caribisch eiland Saba werkt docent-onderzoeker Alwin Hylkema met een bijzondere diersoort: de zee-egel Diadema antillarum, een diersoort die het flink te verduren kreeg, voor 98 procent uitstierf en hard nodig is om het koraalrif in goede staat te brengen. Daarom onderzocht Alwin samen met zijn team van Hogeschool Van Hall Larenstein, Wageningen University and Research en lokale natuurbeheerorganisaties hoe deze zee-egel geholpen kan worden – met prachtige resultaten én een RAAK-award als gevolg.
In dit artikel lees je meer over het Diadema-project dat Alwin Hylkema en zijn team uitvoerden. De herbivore zee-egel Diadema antillarum speelt een grote rol bij herstel van koraalriffen in het Caribisch gebied. Alwin en zijn team onderzochten waarom de zee-egel niet natuurlijk herstelt en wat de mogelijke oplossingen daarvoor zijn. Ze ontwikkelden drie innovatieve methoden: De schudtafel als kweekmethode, vestigingscollectoren in water, creëren van voldoende vestigingssubstraat.
In de jaren tachtig van de vorige eeuw stierf maar liefst 98 procent van de Diadema zee-egels, een grazende diersoort die grote invloed heeft op het koraalrif in het Caribisch gebied. Alwin: “Algen kunnen het koraalrif in een razend tempo overgroeien. De zee-egels zijn hard nodig om de algengroei onder controle te houden en het rif schoon te houden van algen, waardoor jonge koralen zich kunnen vestigen. Helaas zijn de zee-egels sinds een massale sterfte in 1983 nauwelijks hersteld.”
Tijd voor verandering. En dus startten Alwin en zijn team een onderzoek. Alwin: “We onderzochten waarom de zee-egels niet natuurlijk herstellen en wat we daaraan kunnen doen. Vervolgens ontwikkelden we drie methoden.”
De eerste methode draait om het kweken van Diadema-larven. “Daarvoor gebruiken we flessen op een schudtafel, waardoor we de larven in beweging houden zonder ze te beschadigen.” Met deze innovatieve methode zijn inmiddels duizenden kleine zee-egels gekweekt.
“Onze onderzoekers ontwikkelden een efficiënte vestigingscollector die gemaakt is van bioballen; vergelijkbaar met een soort kraamkamer, bestand tegen vijanden. Die collector hangen we in het water in de juiste tijd van het jaar. Zo verzamelen we zee-egels. Die worden opgekweekt en als jonge exemplaren op het rif uitgezet.”
De laatste methode heet Assisted Natural Recovery. “We ontdekten dat de allerkleinste zee-egels niet goed gedijden in de huidige leefomgeving. Daarom boden we extra structuur met schuilplaatsen tegen predatoren. Nu vestigen de larven zich op deze structuren, groeien ze beschermd op en komen ze als kleine zee-egels op het rif terecht.”
Samenwerken met studenten is Alwin niet vreemd. “We werken samen met tien verschillende mbo-, hbo- en wo-instellingen; al meer dan driehonderd studenten zetten zich in voor dit project.” Dat aantal loopt nog steeds op. De studenten sluiten zich aan als stagiair of afstudeerder, of volgen de HVHL minor Sustainable Island Management. “Tijdens de minor vertrekken de studenten zelfs voor een drieweekse excursie naar Sint-Eustatius en Saba, waar ze actief meedoen aan het project.”
Niet alleen studenten worden meegenomen in het project. Alwin en zijn team bereiken ook de onderzoeksgemeenschap en de praktijk, onder meer met workshops waarin dertig deelnemers van acht verschillende eilanden al naar Saba kwamen om de ontwikkelde methodes te leren gebruiken.
Goud: het project Diadema won de RAAK-award. Alwin Hylkema en zijn team wonnen onlangs de RAAK-award voor hun toonaangevende praktijkgerichte onderzoek. “Een mooie erkenning”, aldus Alwin. “We krijgen nu nog meer waardering vanuit de onderzoeksgemeenschap. We worden ook gevraagd om deel te nemen aan andere projecten – een bevestiging van ons werk.”
“Het vervolgproject is inmiddels goedgekeurd en 1 januari 2024 gestart. Want hoewel we al grotere stappen gemaakt hebben dan gepland, is het nog niet genoeg. We willen duizenden zee-egels per keer produceren en ervoor zorgen dat ze zich beter en sneller aanpassen aan het leven op het rif. Daarnaast gaan we ons onderzoek verbreden, door ook andere grazers in het Caribisch gebied te onderzoeken. Wie weet kunnen we ook andere egels, krabben en slakken een handje helpen met het verwijderen van algen op het rif. Op die manier hebben jonge koralen een kans om zich te vestigen en kan het rif beter herstellen van verstoringen.”
Gepubliceerd op:
Gepubliceerd op:
Gepubliceerd op:
Gepubliceerd op: