Biodiversiteitsverlies is een urgent probleem. Daarom startte Inga Wolframm, lector Duurzame Paardenhouderij aan Hogeschool Hall van Larenstein, het project: biodiverse paardenhouderijen. Daar hebben velen zich bij aangesloten, waaronder Yteke Elte, dierenarts aan de faculteit Diergeneeskunde en Annet van den Hoeven, manege- en pensionstaleigenaresse. Hun doel? Paardenhouderijen transformeren tot groene verbinders die bijdragen aan natuurherstel én paardenwelzijn.
LINK
In Nederland is een instrument nodig om persoonlijk herstel te meten bij mensen met ernstige psychische aandoeningen ten behoeve van Routine Outcome Measuring (ROM). Het doel van het huidige project waarvan verslag wordt gedaan, is om de ervaringen met het gebruik van deze vragenlijst nader te onderzoeken en vast te stellen of het instrument geschikt is gebruik in de praktijk van de GGZ bij ernstige psychische aandoeningen. Presentatie bij de wetenschappelijke symposium ronde II van het 13e Landelijke Phrenos Psychosecongres. Zwolle, Nederland. 23 november 2017.
DOCUMENT
Deze publicatie is het resultaat van een internationaal onderzoeksproject dat zich afspeelde van 2012-2014. De deelnemende organisaties waren vier universiteiten/hogescholen, een aantal instellingen voor zorg en welzijn, en mensen met psychische en verstandelijke beperkingen uit Amersfoort en Maastricht in Nederland, Budapest in Hongarije en Tallinn in Estland De verhalen in dit boek zijn afkomstig uit de interviews die tijdens het project gehouden zijn door de onderzoekers. De portretten illustreren ervaringen van ziekte, beperkingen en herstel, met uitsluiting en insluiting. Zij reflecteren ook ervaringen met het gebruik van maatschappelijke dienstverlening en geestelijke gezondheidszorg. Door deze verhalen te lezen zien we hoe veelzijdig het leven kan zijn, en wat de uitdagingen zijn voor echte participatie in de samenleving In dit boek beschrijven we ook in het kort een aantal thema’s die belangrijk zijn om professionele hulp- en dienstverlening meer te richten op het ondersteunen van herstel en participatie. Om verder te lezen zijn bronnen opgenomen. Samen vormen deze thema’s een nieuw en waardevol raamwerk -De betekenis van herstel, empowerment en participatie • Principes van herstel-gebaseerde en persoon-gecentreerde dienstverlening • Het belang van peer support en informele zorg • De transformatie van institutionele naar gemeenschapszorg • Essentiele kwaliteiten van professionals: visie, attitude, taal, gedrag • Steun voor het leven in de samenleving • De rechten van mensen met een beperking, en strategieën om deze rechten toe te passen
DOCUMENT
Het onderzoek richt zich op het in kaart brengen van de ecologische kwaliteit van groene daken in relatie tot het lokale ecosysteem op hoogte in Amsterdam, met als doel een netwerk van blauwgroene daken te creëren dat bijdraagt aan biodiversiteit. Groene daken kunnen een belangrijke rol spelen in de vergroening van steden, het verbeteren van biodiversiteit en het bevorderen van klimaatbestendigheid. Het onderzoek is een samenwerking tussen Yuverta (practoraat Groene Leefbare Stad), Hogeschool Utrecht (lectoraat Nieuwe Energie in de Stad), Readar, Rooftop Revolution en de gemeente Amsterdam. Het belang van natuur inclusief bouwen neemt toe, en veel bedrijven zijn positief over het integreren van groen in hun bouwprojecten. Groene daken kunnen bijdragen aan de Europese Natuurherstelwet, die een vergroting van de groene ruimte in steden vereist. Ze bieden ruimte voor biodiversiteit, waterretentie, hittevermindering en multifunctioneel gebruik, zoals duurzame energieproductie. Dit onderzoek richt zich op het verkrijgen van meer inzicht in de ecologische impact van verschillende types groene daken, zodat deze optimaal aansluiten op de omgeving. De centrale vraag van het onderzoek is hoe de ecologische kwaliteit van Amsterdamse daken systematisch kan worden beoordeeld en gemonitord. Het doel is een beoordelingskader te ontwikkelen voor groene daken, met aandacht voor beplanting, substraat en de aansluiting op lokale biotopen. Het onderzoek beoogt ook het in kaart brengen van bestaande groene daken en het identificeren van typen daken die het meeste potentieel hebben voor biodiversiteit en klimaataanpassing. Het consortium heeft als doel een solide basis te leggen voor toekomstig onderzoek en samenwerking, waarbij kennis van onderwijsinstellingen, praktijkpartners en lokale overheden wordt gecombineerd. Het onderzoek biedt een belangrijke stap in het verbeteren van de ecologische waarde van stedelijke groene daken en draagt bij aan de bredere doelstellingen voor duurzame steden.
Het lectoraat ‘Klimaatrobuuste landschappen: verbinden van landbouw en natuur ‘ zal onderzoek doen naar de bijdrage van andere vormen van landbouw aan het verbeteren van waterkwaliteit en biodiversiteit door een koppeling met de natuur te maken. De droogte van afgelopen zomers heeft tot opbrengstenderving geleid bij agrariërs en de natuur is beschadigd door verdroging. Er worden momenteel maatregelen getroffen om droge periodes beter op te vangen in de toekomst. Bijvoorbeeld in beekdallandschappen wordt het water langer vastgehouden en hierdoor worden sommige gebieden te nat om de huidige bedrijfsvoering van agrariërs door te zetten. Dit biedt het kansen voor andere agrarische gebruiksvormen en dit te combineren met natuurherstel. Op de drogere delen kunnen droogte resistente gewassen geteeld worden zoals sorghum op een natuurinclusieve wijze. De natte gebieden in het landschap kunnen dienen als waterbuffer en natte teelten kan het water filteren. Dit heeft een positief effect op waterkwaliteit, biodiversiteit in de omliggende natuur. Echter, voordat een agrariër kan om schakelen naar andere landbouwvormen heeft deze onder andere kennis en ervaring nodig. De centrale onderzoeksvraag luidt: Op welke wijze kunnen klimaatrobuuste landschappen bijdragen aan het verbinden van landbouw en natuur, om zo biodiversiteit en waterkwaliteit te verbeteren en agrarisch perspectief te ontwikkelen? Er zal onderzoek verricht worden langs drie onderzoekslijnen welke zullen leiden tot: 1) praktijkkennis op het gebied van nieuwe teeltechnieken ten behoeve van het verdienmodel, 2) kennisontwikkeling over de wijze hoe de verbinding tussen klimaatrobuuste landbouw, natuurontwikkeling en waterkwaliteit gemaakt kan worden ten behoeve van de biodiversiteit en 3) het agrarisch vakmanschap zal verder ontwikkeld worden door kennisdeling. Het lectoraat zal een belangrijke bijdrage leveren aan onderwijsontwikkeling en adviezen richting de overheid over het instrumentarium om zo de transitie naar een klimaatrobuuste landschappen verder in gang te zetten voor een gezonde leefomgeving in een veranderend klimaat.
Nederland heeft in het Natura 2000 Beheerplan Deltawateren richtlijnen vastgelegd voor natuurbehoud en biodiversiteit. De Nederlandse wateren en de deltagebieden maken tweederde uit van de Natura 2000 gebieden en vormen een belangrijk leefgebied voor kustbroedvogels en zijn voor trekvogels onmisbaar als rustgebied en plek om te foerageren. Om natuurbeheer effectiever te kunnen laten verlopen, is monitoring van de dynamiek van estuariene natuur in de deltabeheercyclus van groot belang. Het biedt publieke professionals mogelijkheden om systeemontwerpen en/of systeemingrepen (tijdig) aan te passen. Voor projectmonitoring wordt gebruik gemaakt van conventionele meettechnieken die veelal arbeidsintensief en dus kostbaar zijn. Doel van dit project is te onderzoeken of het monitoren van natuurherstelprojecten efficiënter kan. Kernvraag is of door de inzet van nieuwe meettechnieken meer of andersoortige data tegen lagere kosten, over grotere arealen en met betere temporele resoluties kan worden vergaard. Oftewel meer systeembegrip. Op drie locaties in de Westerschelde (Baalhoek, Knuitershoek en Perkpolder) wordt geëxperimenteerd met innovatieve meettechnieken om beter inzicht te krijgen op factoren die van invloed zijn op het functioneren van getijdenecosystemen. Data van negen kernparameters wordt ingewonnen: (1) vogelaantallen, (2) benthos als vogelvoedsel, (3) benthos als bioturbator, (4) middelgrootte schaal morfologie, (5) grootschalige morfologie, (6) korte termijn (dagelijkse) veranderingen in sedimenthoogte, (7) bodemdichtheid, (8) hydrodynamiek: stroming /golven en (9) sedimentconcentraties in water. Het activiteitenplan bestaat uit zes werkpakketten: (1)het fysiek inrichten van de meetlocaties, (2) data-acquisitie op zowel conventionele- als innovatieve wijze, (3) data-analyse door vergelijkend onderzoek, (4) het ontwikkelen van een afwegingskader voor publieke professionals, (5) een plan van doorwerking en (6) projectmanagement. Na afronding van elke meetcampagne worden data geanalyseerd en vergeleken met modellen en kennis die tot dan toe bekend is. Kennis en expertise wordt op de DeltaExpertise-site (HZ Body of Knowledge) gestructureerd en ontsloten met behulp van de Expertise Management Methodologie en de Soft Systems Methodologie.