In Nederland bevindt zich een grote groep jongeren en jongvolwassenen zonder nationaliteit. Zij zijn Nederlands, groeien hier op, maar mogen niet (of slechts gedeeltelijk) naar school, ze mogen niet werken en niet op andere manieren bijdragen aan de maatschappij. Zij worden in een kwetsbare en afhankelijk positie gedwongen en hebben te maken met stigma en uitsluiting. Dit artikel bespreekt de rol van het ongedocumenteerd zijn op de identiteitsontwikkeling van jongeren aan de hand van een casus. Toegang tot onderwijs kan deze jongeren de gelegenheid bieden om zich op een gezonde manier te ontwikkelen, voor zichzelf en de maatschappij. Het biedt hun kans om op een volwaardige manier aan hun toekomst te bouwen.