The cultivation of intrinsic motivation is key in the 21th century, but most students in Dutch vocational education lack this quality. To foster intrinsic motivation, a strong career-learning environment is needed that enables students to develop career competencies and a career identity. However such an environment is absent in much of vocational education in The Netherlands. Research shows that the desired learning must be practice based (real life experiences are key), enable a dialogue (in order to attach personal meaning to real life experiences) and give students more autonomy in making choices in their school careers. Although there has been an increase in the use of portfolios and personal-development plans, these instruments are used mainly for improving success at school but are not in career and work. In addition research on the conversations between student and teachers/work-place mentors shows that the latter talk primarily to (65%), and about (21%), but rarely with (9%) students. The culture in schools is still predominately monological. Most teachers feel uncertain about their abilities to help students in developing career competencies and a career identity, though a growing number of teachers want to be trained in initiating meaningful career dialogues. In order to make such training successful in terms of promoting new guidance behaviours, it is essential that school managers create a strong career-learning environment for teachers. The Standards Era policies (Gatto, 2009) that dominate Dutch vocational education at the moment, however, leaves managers little space to do so. https://doi.org/10.1007/978-3-319-50734-7_7 LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/reinekke-lengelle-phd-767a4322/
MULTIFILE
With the increasing global population, urbanization, the current unsustainable and expansive agricultural practices would be expected to further elevate the risk of food and nutritional insecurity of the global population, which is recognized as a global threat for the 21st century. This paper reviews the demographic changes, urbanization, sustainability of the conventional agricultural systems, the environmental and resource implications and presents possible sustainable alternatives.
DOCUMENT
This paper argues that there is a need for a dialogical learning space because soft skills are becoming increasingly important in an ever more unstable labour market. Where once a monological form of education worked to prepare youth for the future, now a dialogue is required. This dialogue, by definition or in the first place seek consensus, but assumes pluralism and even conflict and is thereby intended to be a true departure from the monological nature of education.
DOCUMENT
In Nederland heeft ongeveer vijftien procent van alle kinderen in het regulier onderwijs problemen met sociale communicatie en met executief functioneren (Autismespectrumproblemen). Deze problemen belemmeren een fijne en effectieve overstap van de basisschool naar de middelbare school. De overstap naar de middelbare school gaat voor kinderen met problemen met sociale communicatie en met flexibiliteit op dit moment gepaard met grote psychosociale en schoolse problemen. Bij veel van deze kinderen escaleren hun problemen meteen na de overstap naar de middelbare school, waardoor onderpresteren, schoolverzuim en vroegtijdig schoolverlaten op de loer liggen. Er zijn op dit moment geen evidence-based interventieprogramma’s voor leerkrachten van groep 8 en mentoren van middelbare scholen beschikbaar die hen kunnen helpen om deze kinderen preventief goed voor te bereiden op deze schooltransitie. In 2014 heeft een consortium van Rotterdamse kennisinstellingen, onderwijsorganisaties, instellingen voor jeugdhulp en verschillende Mkb-partners een SIA RAAK-Mkb subsidie ontvangen om te werken aan een wetenschappelijk onderbouwde oplossing voor dit urgente maatschappelijke, wetenschappelijke en onderwijskundige vraagstuk. Met behulp van deze subsidie is het eerste prototype van de serious game A.L.I.B.I. ontwikkeld. Dit eerste prototype richt zich op het preventief versterken van de planning- en organisatievaardigheden van kinderen met Autismespectrumproblemen teneinde hun dagelijks functioneren op de middelbare school te verbeteren. Ten aanzien van het aanpakken van sociale communicatieproblemen is er in dit eerste prototype een klein begin gemaakt met de integratie van game elementen en bijbehorende leerdoelen. Met behulp van voorliggende aanvraag beoogt dit Rotterdamse consortium aan prototype twee van A.L.I.B.I. te werken. Doel van dit project is om een bijbehorend dashboard en bijbehorende trainingsmodule voor leerkrachten en mentoren te ontwikkelen, om A.L.I.B.I. data-gestuurd uit te breiden met een module Sociale relaties en om een kleine pilotstudie onder leerkrachten en kinderen te verrichten naar de ervaren gebruikersvriendelijkheid met dit tweede prototype. De trainingsmodule richt zich op het trainen van leerkrachten en mentoren in het speciaal (basis) onderwijs in het geven van gepersonaliseerde feedback aan kinderen met Autismespectrumproblemen op basis van game data. We leren leerkrachten en mentoren specifiek hoe zij op basis van individuele spelgegevens gepersonaliseerde feedback aan kinderen kunnen geven zodat zij daarmee de gedragsstrategieën die de kinderen met behulp van A.L.I.B.I. aanleren in de klas kunnen versterken en bestendigen. Met deze aanpak beoogt het consortium om generalisatie te bewerkstelligen van de geleerde vaardigheden in de game naar het dagelijks leven van kinderen en hiermee hun dagelijks functioneren op school te verbeteren. Met deze doelstelling sluit onze projectaanvraag nauw aan bij de doelstellingen van SIA KIEM 21th century skills. Speciaal ten behoeve van deze doorontwikkeling wordt het bestaande consortium uitgebreid met de Department of Psychology, Education and Child Studies van de Erasmus Universiteit Rotterdam, en specifiek met de staf van Prof. Dr. Pol van Lier. Prof. van Lier beschikt over een omvangrijke dataset, afkomstig uit verschillende wetenschappelijke studies, die sturend gaat zijn bij de inrichting van de werkzame mechanismen van de nieuwe module Sociale relaties, en meer specifiek de vertaling van onderzoeksdata naar game elementen en leerdoelen van de module Sociale relaties. Indien deze aanvraag wordt toegekend, en prototype twee van A.L.I.B.I. op korte termijn ontwikkeld kan worden, zal er een vervolgaanvraag worden ingediend om de effectiviteit grootschalig met behulp van een quasi-experimenteel design te toetsen.