De Veenkoloniën zijn er in geslaagd een spraakmakend initiatief tot wasdom te brengen: het regionale kennisarrangement, De Werkplaats Veenkoloniën. In 2004 gestart vanuit de Agenda voor de Veenkoloniën en het lectoraat Regionale Transitie van Hogeschool Van Hall Larenstein. In 2006 bekroond met de HBO-innovatieprijs en in 2008 bestuurlijk bekrachtigd met een Regiocontract. In 2009 versterkt met personen afkomstig uit het succesvolle onderwijsinnovatieproject 'Value in the Valley'. Aanleiding voor deze brochure is de afronding van het RAAKproject Veenland; interactief vernieuwen. Een project dat door de werkplaatsmethodiek allerlei onverwachte wendingen heeft gekregen. In deze publicatie leest u als eerste een aantal stellingnamen van betrokken partijen uit het onderwijs, onderzoek, ondernemerschap en de politiek. Vervolgens stellen we het Werkplaatsconcept aan u voor. Daarna nemen we de praktijk onder de loep. We analyseren ten slotte de ontwikkelingen van het RAAKproject dat in zijn mislukking een inspiratie voor vernieuwing werd; de leermomenten worden geformuleerd. Ten slotte beschrijven we hoe het proces aan de hand van deze lessen wordt voortgezet. De brochure is gelardeerd met statements en ervaringen van ervaringsdeskundigen; zowel bestuurders, als ondernemers, studenten en docenten, onder zoekers en stakeholders.
MULTIFILE
Kruidenrijk grasland staat volop in de belangstelling. Melkveehouders ontdekken steeds meer de positieve kanten van grasland met een grotere diversiteit aan kruiden, vlinderbloemigen en grassen. Dit is in de afgelopen jaren versterkt doordat de zuivelketen in samenwerking met de supermarktketens en ngo’s programma’s hebben ontwikkeld voor duurzame zuivel, waarbij meer biodiversiteit in het grasland een belangrijk thema is. Met toenemende belangstelling in de praktijk komen ook de vragen: hoe krijg je dan meer kruiden in het grasland, hoe hou je ze erin, hoe win je daar het beste ruwvoer van en hoe gebruik je dat in het rantsoen. Kortom, hoe maak je het een duurzaam onderdeel van je bedrijf. Om die redenen is in Friesland in 2017 het project Koeien en Kruiden gestart. Samen met de agrarische collectieven in Friesland, het Louis Bolk Instituut, Dairy Campus, de Vlinderstichting en Hogeschool Van Hall Larenstein is onderzoek gedaan naar biodiversiteit in kruidenrijk grasland, het beheer daarvan en de inpassing in het bedrijf. Het project bestond uit drie onderdelen: - In kaart brengen van de best practices van kruidenrijk grasland op 5 praktijkbedrijven - Demo’s op 6 bedrijven met het inzaaien en doorzaaien van kruidenrijke mengsels - Experiment Mengsels en Management op Dairy Campus Goed zicht op de voordelen en meer toepasbare vakkennis over aanleg en beheer van kruidenrijk grasland verlaagt de drempel om er in de praktijk mee aan de slag te gaan.
MULTIFILE
De term criminele inmenging is reeds onderdeel van het maatschappelijk en criminologisch discours, maar binnen de academische literatuur niet gedefinieerd en geconceptualiseerd. Bij criminele inmenging maken criminele organisaties gebruik van bonafide bedrijven voor de facilitering van criminele bedrijfsprocessen. We introduceren een definitie op basis van empirisch onderzoek en onderscheiden hierbinnen drie vormen hoe bonafide bedrijven als facilitator kunnen optreden. Dit schijnt zowel licht op de vehikelfunctie van ondernemingen als op manieren waarop criminele organisaties die vehikelfunctie aanwenden. Door te illustreren hoe verweving plaatsvindt, hopen we handvatten te bieden om ongewenste verwevenheid te voorkomen.English: Summary:While not a new phenomenon, research on criminal intrusion in (small) businesses is often focussed on the perspective of the criminal, reconstructed after a crime has taken place. In this article we add the perspective of the entrepreneur from the moment he/she is confronted with early signs of possible criminal intrusion. Firstly, we introduce a definition of criminal intrusion, based on 18 cases of (attempted) criminal intrusion in small business: The process by which an actor of a criminal organization turns to and associates with a bona fide corporation, making that corporation a facilitator of criminal business process without its deliberate intent. Secondly, we distinguish three (not necessarily limitative) main practices on how this facilitation of crime takes place within the scope of criminal intrusion in bona fide businesses: 1) a transactional model, which focusses on an exchange of products or services between criminal organizations and businesses; 2) a parasitic relationship where operational processes are abused for criminal gains, and 3) infiltration, in which targeted infiltration, corruption of employees or ‘criminal investment’ takes place to gain a foothold within the business. By introducing a theoretical framework for the categorisation of cases, we hope to further develop the possibilities of (criminological) analysis of criminal intrusion, while simultaneously provide small business owners insights to strengthen their resilience against organised crime.