Hogeschool Van Hall Larenstein focust met onderwijs en praktijkgericht onderzoek op het realiseren van transities met betrekking tot landbouw, voedsel, water, klimaat en leefomgeving. De klimaat-, biodiversiteit- en wateropgaven in Nederland hebben onvoldoende voortgang, omdat we vastzitten in het bestaande landbouwsysteem. De kosten die zijn gekoppeld aan transformatie naar een eigentijds, volhoudbaar landbouwsysteem worden onterecht bij de boer neergelegd. We komen hierdoor niet in transitie.
MULTIFILE
Sinds 2010 produceert Nieuwater ultrapuur water uit effluent van de RWZI Emmen. Dit water wordt als proceswater geleverd aan de NAM in Schoonebeek. Op basis van bijna 10 jaar ervaring kan worden geconcludeerd dat RWZI-effluent een prima bron is voor industriewater, zeker wanneer grond- en oppervlaktewater relatief schaars zijn.
MULTIFILE
De doelstelling van het project is het ontwikkelen van een breed gedragen basis voor samenwerking tussen de partners in het Living Lab Upper Citarum River Basin het opstellen van een breed gedragen Action Plan voor het toepassen van de beginselen van de circulaire economie als basis voor duurzame ontwikkeling van het Upper Citarum River Basin. In november 2016, heeft Hogeschool Van Hall Larenstein namens het Nederlandse Delta Platform een samenwerkingsovereenkomst ondertekend met University of Technology Bandung (ITB). Hiermee is de totstandkoming van het Living Lab Upper Citarum Basin officieel bekrachtigd. Daarnaast zijn ook andere partijen zoals Telkom University, de Radboud Universiteit en Deltares betrokken en wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan de functie van springplank die het Living Lab mogelijk voor het Nederlandse MKB kan bieden. Vlak na de totstandkoming van het Living Lab is afgesproken dat het Living Lab zich zal gaan richten op duurzame ontwikkeling en waterbeheer, waarbij de principes van de circulaire economie als leidend principe zullen worden toegepast. Bovendien is afgesproken om gezamenlijk te werken aan de ontwikkeling van on-derwijsmateriaal. Met dit project zullen tijdens werksessies met de betrokken partners en stakeholders in Bandung de meest veelbelovende kernthema’s voor samenwerking worden geïdentificeerd en verder concreet worden gemaakt. Hiervoor is het noodzakelijk om de ketens van stofstromen in het Citarum River Basin inzichtelijk te maken en hierbij kansen te identificeren voor het Nederlandse bedrijfsleven (MKB). In eerste instantie wordt hierbij ge-dacht aan bouwen met bagger, bouwen met plastic afval, building with nature, drinkwatervoorziening, afwate-ring en afvalwaterzuivering.
Het RAAK Publiek project Vitale infrastructuur in de veerkrachtige delta is een praktijkgericht onderzoek naar uitval van vitale infrastructuur in Zeeland als gevolg van een overstroming. Overstromingen en uitval van vitale infrastructuur zoals elektriciteit, gas, drinkwater, telecom, transport, enzovoorts leidt tot maatschappelijke ontwrichting die verder strekt dan het overstroomde gebied alleen. In het project heeft de gemeente Reimerswaal als pilot gefungeerd. Reimerswaal ligt grotendeels in dijkring 31.Dit is het gebied tussen het Schelde-Rijn kanaal en het kanaal door Zuid-Beveland en is een doorvoergebied richting het westelijk gelegen deel van Zuid-Beveland en Walcheren. In het project is generieke kennis ontwikkeld over alle relevante vitale infrastructuur sectoren en de kwetsbaarheid bij overstromingen. Vervolgens zijn analyses uitgevoerd met overstromingsscenario’s onder verschillende extreme omstandigheden voor de casus Reimerswaal. Omdat de analyses grote hoeveelheden geodata omvatten is de online tool ‘Vitale Assets’ ontwikkeld, waarmee uitval op kaart gevisualiseerd kan worden. Assets (bv., een hoogspanningsstation) kleuren rood (uitval), oranje (onzeker) of groen (geen uitval) op een kaart afhankelijk van de geactiveerde overstromingsscenario’s. Door middel van diverse casestudies door studenten en workshops met de beroepspraktijk is deze kwetsbaarheidsanalyse in de praktijk gebracht en zijn handelingsperspectieven besproken ter versterking van de veerkracht. In een online omgeving is de ontwikkelde kennis samengebracht en ingebed in de Delta Expertise Wiki (www.deltaexpertise.nl/wiki/index.php/VI_Waterveiligheid_en_vitale_infrastructuur_in_Zeeland_VN). Hiermee kunnen beheerders voor de casus Reimerswaal beoordelen welke assets bij overstromingen uitvallen, welke cascade effecten optreden en wat het handelingsperspectief (pro-actie, respons en/of herstel) is om maatregelen te nemen. Op basis van de toepassing op de pilot Reimerswaal is er vanuit het werkveld de vraag gekomen de tool Vitale Assets door te ontwikkelen voor andere gebieden.
Nederland is een waterland. Schoon oppervlaktewater is belangrijk voor de natuur, landbouw en voedsel‐ en drinkwaterproductie en het is daarom zeer belangrijk om verstoringen ervan goed te kunnen meten en begrijpen. Hoe eerder een verstoring van het aquatisch ecosysteem gemeten kan worden, hoe beter de mogelijkheden zijn voor waterbeheerders om het effect ervan te beperken door maatregelen te nemen. In dit project combineert het lectoraat Metabolomics van Hogeschool Leiden eMetabolomics en eDNA, zodat we ‘moleculaire foto’s’ van het onderwaterleven kunnen maken die een schat aan informatie bevatten. Met behulp van deze informatie kunnen we 1) de effecten van verstoringen eerder opsporen 2) de verstoringen beter begrijpen 3) aanknopingspunten identificeren om de verstoringen tegen te gaan. Hiertoe hebben we een consortium samengesteld waarin kennis op het wetenschappelijk gebied van analytische chemie, milieukunde, ecologie en biodiversiteit, bedrijven die actief zijn in deze werkvelden en potentiele eindgebruikers zijn samengebracht. Aan de hand van twee relevante casussen zullen wij eMetabolomics en eDNA technieken ontwikkelen en toepassen. De eerste casus is een relevante biologische verstoring door een invasieve exoot: de rode Amerikaanse rivierkreeft (Procambarus clarkii). De tweede casus een relevante chemische verstoring door het veel gebruikte insecticide thiacloprid. Het onderzoek zal gebruik maken van de laatste nieuwe technieken op het gebied van eMetabolomics en eDNA. Met deze technieken zullen rivierkreeften in detail worden onderzocht in, onder andere, aquaria. Daarnaast zal een belangrijk deel van het onderzoek plaatsvinden in het Levend Lab, een unieke proefopstelling van het Centrum voor Milieukunde van Universiteit Leiden dat bestaat uit 36 slootjes waarin de invloed van thiacloprid op het aquatisch ecosysteem zal worden onderzocht. De samenstelling van het consortium, de state‐of‐the‐art technologie die wordt toegepast én de setting waarin het onderzoek wordt uitgevoerd maken het project zeer aantrekkelijk voor zowel studenten als docenten, waardoor doorwerking in het onderwijs gegarandeerd is.