In een hybride virtueel klaslokaal (HVC) zijn docenten en/of studenten zowel fysiek als digitaal synchroon bij een onderwijsonderdeel aanwezig. De online studenten danwel docenten kunnen thuis zijn, of bevinden zich bijvoorbeeld in een authentiek werksituatie of ergens in het buitenland. Hybride virtuele klaslokalen zijn ontworpen om studenten op locatie en studenten op afstand aan elkaar te verbinden. De fysieke en digitale onderwijsactiviteiten lopen synchroon aan elkaar. Het kan daarmee ook digitaal aanschuifonderwijs genoemd worden. Wat zijn de voordelen van het HVC? Wanneer gebruik je het en wanneer gebruik je het niet? Op welke manier gebruik je het dan en welke consequenties heeft dit voor het didactische repertoire? Welke technische opstellingen horen hierbij? Het lectoraat Teaching Learning & Technology heeft onderzoek gedaan naar de inzet van HVC in het onderwijs en vanuit interviews met docenten en ondersteuners praktische handvaten ontwikkeld op zowel didactisch als technisch niveau. Deze zijn te lezen in het onderzoeksrapport.
MULTIFILE
Hoewel het belang van leiderschap in hybride werken wordt erkend, ontbreekt nog een concreet kader voor hybride leiderschap in competentieprofielen. Aan de hand van een uitgebreid internationaal literatuuronderzoek heeft onderzoeker/docent management & organisatie Wouter Smit een verkenning gemaakt van hoe dit profiel eruit kan zien.
LINK
Op papier lijkt hybride werken een uitkomst voor mensen met een arbeidsbeperking. In de praktijk wordt deze kans te weinig gegrepen, zo blijkt uit onderzoek van Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Saxion. Het zit 'm vaak in kleine aanpassingen die al veel verbetering brengen.Hybride werken, waarbij een deel van de tijd thuis en een deel op kantoor wordt gewerkt, biedt veel voordelen voor medewerkers met een arbeidsbeperking. Denk bijvoorbeeld aan meer flexibiliteit in werkuren, autonomie in werktaken en het bewaken van de werk-privé balans. De realiteit blijkt echter een stuk weerbarstiger.
LINK
Adolescenten brengen steeds meer vrije tijd door met het spelen van games en bevinden zich mede daardoor in een hybride leefwereld. Deze relatief nieuwe wereld brengt nieuwe uitdagingen mee rondom identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn; voor gamende adolescenten zelf, maar ook hun (professionele) opvoeders. Wij onderzoeken de relatie tussen gamen, identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn en de rol die (professionele) opvoeders hierin hebben.Doel Op dit moment ontbreekt kennis over de relatie tussen gamen, identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn van adolescenten en is het onder andere lastig om handvatten voor (professionele) opvoeders te ontwikkelen. Handvatten kunnen helpen om beter aan te sluiten bij de leefwereld en behoeftes van gamende adolescenten. De resultaten van dit onderzoek kunnen bijdragen aan een positieve (sociale) identiteitsontwikkeling van gamende adolescenten in een hybride wereld. Resultaten Het promotieonderzoek gaat verschillende wetenschappelijke publicaties opleveren. We vertalen onze resultaten samen met professionals, opvoeders en adolescenten naar praktische handvatten voor (professionele) opvoeders. De betrokken praktijkpartners en opleidingen geven deze wetenschappelijk onderbouwde inzichten en handvatten een passende plaats in hun curricula en werkwijzen. Looptijd 01 september 2022 - 01 september 2026 Aanpak Dit promotieonderzoek heeft een praktijkgericht, mixed-methods design. Voor de kwantitatieve analyse maken we gebruik van longitudinale data van het Digital Youth project van Universiteit Utrecht. De kwalitatieve data wordt verzameld door symbolic netnography (een digitale variant van etnografisch onderzoek), interviews en participerende observaties met adolescenten en (professionele) opvoeders. In samenspraak met adolescenten en (professionele) opvoeders worden deze inzichten vertaald naar praktische handvatten.
Adolescenten brengen steeds meer vrije tijd door met het spelen van games en bevinden zich mede daardoor in een hybride leefwereld. Deze relatief nieuwe wereld brengt nieuwe uitdagingen mee rondom identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn; voor gamende adolescenten zelf, maar ook hun (professionele) opvoeders. Wij onderzoeken de relatie tussen gamen, identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn en de rol die (professionele) opvoeders hierin hebben.
Veel mbo-opleidingen kiezen voor praktijkroutes, hybride leeromgevingen en gepersonaliseerde leerroutes. Dit levert dilemma’s op bij de afsluiting van de opleiding. Gebruikelijke examens passen vaak niet meer. Deze opleidingen willen informatie uit het onderwijs laten meewegen in de diplomabeslissing en een mix aan bewijzen gebruiken uit praktijk, werk en andere leeromgevingen.