Het rapport beschrijft onderzoek medegefinancierd door Regieorgaan SIA onderdeel van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Onderzoekpartners: Fieke Grooters (Inbo Architectenbureau), Kees Boot (Ingenieursbureau BOOT), Ruben Vrijhoef (Hogeschool Utrecht). Uit de inleiding: Onze grondstoffenvoorraad is eindig en toch worden nog steeds kostbare materialen afgedankt. Dat kan beter: door het sluiten van kringlopen en de realisatie van een circulaire economie. Met name de bouwsector is een grote materiaal- en grondstoffenverslinder (CE, 2014; en CBS, PBL & WUR, 2017), materialen en grondstoffen waar bovendien veel fossiele energie voor nodig is (Chuchí et al, 2014). Circulaire toepassingen kunnen dus juist in de bouw een groot verschil maken. Alleen al in de regio Utrecht zijn er de komende jaren (2018-2022) ruim 200 bouw- en sloopprojecten (Metabolic & SGS Search, 2018). In opdracht van de Utrechtse gemeenten schatten Metabolic en SGS Search (2018) in dat er tussen 2018 en 2022 in de regio Utrecht ruim 5 miljoen ton materiaal nodig is, terwijl er in die periode 250 duizend ton beschikbaar komt. Kortom, er wordt in Utrecht meer gebouwd dan gesloopt. Tegelijk is het met het oog op de toekomst relevant om na te gaan hoe nu gebouwen kunnen worden ontworpen die passen in een circulaire economie. In dit project – Old School, New School – is de vraag dan ook hoe we materialen en producten kunnen hergebruiken door ze een tweede leven te geven. Dit project is een samenwerking van de Hogeschool Utrecht met ingenieursbureau BOOT en architectenbureau Inbo, waarbij tevens een aantal partners uit het Cirkelstadnetwerk en studenten van de Hogeschool Utrecht zijn betrokken.
DOCUMENT
Dit project draagt bij aan het versterken van “de kennisketen van de Drentse vrijetijdseconomie”. De kennisketen wordt onder meer gevormd door kennisinstellingen, brancheverenigingen, overheden, bancaire instellingen, ondernemers en loopt van vergaren en verzamelen van data en kennis tot het ontsluiten ervan naar gebruikers. Het project beoogd de volgende doelen: Inventarisatie van het data-aanbod in Drenthe bij diverse partijen Inventarisatie van hoe partijen in het domein VTE de data-behoefte prioriteren. Input leveren voor de verdere uitbouw van de kennisketen in de context van Leisure Valley Drenthe.
DOCUMENT
Met betrekking tot het doel van de summerschools die aan het onderzoek hebben deelgenomen is een driedeling zichtbaar, op basis van twee ingrediënten, namelijk het wegwerken van deficiënties, het binden & boeien van studenten of een combinatie van beide. Over het algemeen wordt aangegeven dat de summerschool voor alle studenten is bedoeld. Een aantal summerschools geeft wel aan dat een bepaald type student mogelijk meer kan profiteren van de summerschool. Bij een aantal summerschools wordt bepaalde groepen studenten zodoende extra aangeraden om deel te nemen aan de summerschool.
DOCUMENT
Posterpresentatie ter gelegenheid van de presentatie lectoraat tijdens partnerdag SICT 21 juni 2013 over inventarisatie aanbod ehealth interventies in Nederland op het gebied van roken, drugs, stress, dementie, depressie, gokken, alcohol, angst en eetstoornissen.
DOCUMENT
Inventarisatie van en onderzoek naar mogelijkheden van hoger onderwijs in Dordrecht/regio Drechtsteden. Waar liggen de kansen voor de regio voor wat betreft het faciliteren en organiseren van hoger onderwijs. Waar lis behoefte aan en wat is er mogelijk.
DOCUMENT
De commissie Werner pleitte ooit voor invloed van verpleegkundigen op alle niveaus van de instelling, wat leidde tot een opmars van de Verpleegkundige Advies Raden. Zet die groei nog altijd door? Dit artikel beschrijft een eerste landelijke inventarisatie door onderzoekers van het Kenniscentrum Innovatie van Zorgverlening en studenten van de Bachelor Verpleegkunde van de Hogeschool Utrecht. Daarnaast is gekeken hoe leden van de VAR’s hun invloed op het beleid ervaren.
DOCUMENT
Uit een inventarisatie blijkt dat er in Noord-Nederland 56 instituten bestaan waar in georganiseerd verband muziekles wordt gegeven door 2 of meer docenten; 9 in Drenthe, 23 in Friesland en 25 in Groningen. Er bestaan uiteenlopende organisatievormen zoals kunstencentra (11), collectieven (11)privéscholen (31) en netwerkorganisaties (3) waarbinnen docenten meer of minder intensief samenwerken. Lestarieven lopen uiteen van € 24,- tot € 52,- euro per uur. 20 instituten worden financieel ondersteund door de gemeente. Bij 12 van de 56 instituten zijn muziekdocenten in dienst. De manier waarop instituten zich profileren, of ze inzetten op samenspel of juist op de individuele les, of ze leerlinggericht zijn of met een centraal leerplan werken, loopt sterk uiteen.Onze conclusie is dat muziekles en de muziekschool niet zijn verdwenen. Gemeentelijke subsidies zijn in veel gevallen afgenomen of weggevallen en dat leidt vooral in de meer perifeer gelegen gebieden tot een onvoldoende gevarieerd aanbod. Tegelijkertijd tekenden we ook meer positieve geluiden op van docenten die energie krijgen van de nieuwe verschijningsvormen. Het gereorganiseerde werkveld nodigt uit tot het doen van verder onderzoek. We denken daarbij aan een verdieping van deze snelle inventarisatie waarbij we in gesprek gaan met meer vertegenwoordigers uit het veld, een inventarisatie van privédocenten en onderzoek naar de ‘fair pay’ van muziekdocenten. Het kan een opmaat zijn om met partners uit het veld praktijkgericht vervolgonderzoek vorm te geven, bijvoorbeeld gericht op de ontwikkeling van nieuwe praktijken van lesgeven of van professionele ontwikkeling.
DOCUMENT
Deze inventarisatie is uitgevoerd als voorbereidend onderzoek naar de vraag: Wat voor lokale voedselinitiatieven zijn er in Groningen en wat hebben deze nodig om hun beoogde meerwaarde blijvend te kunnen realiseren en zichtbaar te maken?Deze inventarisatie op basis van literatuurstudie en interviews geeft:- een overzicht van bestaande voedselinitiatieven rond de stadsregio Groningen;- een beeld van de meerwaarde zoals die in de literatuur en vanuit de praktijk is aangegeven;- knelpunten waar lokale voedselinitiatieven mee te maken (kunnen) krijgen;- aanbevelingen voor toekomstige ontwikkeling van lokale voedselinitiatieven, zoals aangetroffen in literatuur en praktijk.
DOCUMENT
Aanleiding voor het maken van deze inventarisatie, is de behoefte om initiatieven rondom Duurzaam Ameland met elkaar te verbinden en de belangen en ideeën van de verschillende betrokken partijen dichter naar elkaar toe te brengen. Een dergelijke inventarisatie biedt aanknopingspunten voor een gezamenlijke visie en een betere coördinatie van alle initiatieven.
DOCUMENT
Binnen de ouderenzorg in Nederland speelt zorginnovatie en technologische vooruitgang een cruciale rol om de uitdagingen van de krimpende arbeidsmarkt aan te pakken en de zorgkwaliteit te handhaven of te verbeteren. In het project 'Regionale inventarisatie en infrastructuur zorgtechnologie', gefinancierd door het Zorgkantoor, bundelt ZorgScala de krachten om gezamenlijk aan zorginnovatie te werken. In fase 1 van dit project is een inventarisatie gedaan van de recent ingezette zorginnovaties binnen de ZorgScala-organisaties. Er stonden twee kernvragen centraal: 1 Welke zorginnovaties zijn ingezet binnen ZorgScala in de afgelopen twee jaar tot nu? 2. Wat zijn de opgedane ervaringen met de inzet van deze zorginnovaties? Deze vragen zijn beantwoord door het uitzetten van een vragenlijst onder alle ZorgScala-organisaties. De vragenlijst bestond uit twee delen: een brede inventarisatie van alle ingezette innovaties van de afgelopen twee jaar en een verdiepende vragenlijst met vragen over onder andere de doelstelling van de innovatie, de doelgroep, de setting, de status van het project, de evaluatie en de bekostiging. e inventarisatie heeft een overzicht opgeleverd van 93 unieke innovaties. Deze zijn ingedeeld in zes categorieen, namelijk: 1. domotica en veiligheid 2. zorg op afstand en digitale communicatie 3. sociale robots en innovaties ter vergroting van het welzijn 4. ondersteuning van zorgmedewerkers 5. andere organisatie van zorg en werkprocessen 6. implementatiestrategieen en optimalisatie. Dit rapport geeft een uitgebreid overzicht van de innovaties per categorie. Voor 62 van deze innovaties is de verdiepende vragenlijst ingevuld. Wat betreft de doelstelling zijn innovaties meestal gericht op clienten, ter bevordering van o.a. mentaal en fysiek welzijn, vrijheid, veiligheid, privacy, hygiene en zelfredzaamheid. Ten tweede heeft een groot deel van de innovaties de zorgverlener als focus, met als doel arbeidsbesparing, grip op het werk, tijd voor de client, en taakdifferentiatie. Ten derde zijn er innovaties gericht op een efficiente organisatie, met nadruk op procesen kwaliteitsverbeteringen. De laatste categorie omvat diverse doelen zoals duurzaamheid en het ontzorgen van mantelzorgers. De beoogde doelgroep van de innovaties varieert, met algemene groepen clienten en zorgverleners als meest genoemde. Specifieke groepen worden ook benoemd, met een focus op nieuwe intramurale clienten, thuiswonende clienten met dementie, en ontslagen ziekenhuispatienten. Qua setting worden de innovaties zowel intra- als extramuraal toegepast, waarbij intramurale settings zoals huiskamers en woonzorg het vaakst genoemd worden. De helft van de innovaties is ge"implementeerd in de dagelijkse praktijk, terwijl anderen zich in verschillende stadia van ontwikkeling bevinden. Evaluaties van innovaties worden niet standaard uitgevoerd, bij 32 van de 62 innovaties was dit wel het geval. Vaak gebeurde dit via gesprekken met gebruikers, evaluatieformulieren of dossiersteekproeven. Kosten en bekostiging van innovaties varieren sterk, met uiteenlopende bedragen en financieringsmethoden, waardoor een directe vergelijking moeilijk is.
DOCUMENT